Een van de meest intrigerende platen van dit jaar is New Long Leg van Dry Cleaning. Of ik de hele plaat goed vind, of plezierig om te luisteren, weet ik eigenlijk niet eens. Maar intrigerend en onontkoombaar is Dry Cleaning zeker.
De plaat past een beetje in een stroming vooral Britse muziek van de laatste jaren. Noemt het postpunk, noem het praatrock. Vergelijkingen zijn makkelijk te maken met Sleaford Mods, Protomartyr. Of iets verder in het spectrum Baxter Dury. Opwindende muziek zonder zang maar met een pratende frontman. Declamerend zoals Sleaford Mods of mijmerend als Baxter Dury. Schatplichtig aan Once in a Lifetime van Talking Heads of aan de muziek van The Fall. Het is muziek die je de laatste tijd vaker hoort in het alternatieve circuit. Fountains D.C. past bijvoorbeeld ook in dit rijtje.
Het bijzondere aan Dry Cleaning is: de band kent geen frontman maar een frontvrouw met een stem die wat doet denken aan Suzanne Vega ten tijde van Luka of Nico in de tijd van Velvet Underground. Niet zingend maar pratend. Fluisterend zonder stemverheffing. En laat het daar soms een beetje wringen. Dry Cleaning grijpt zeer terug naar de jaren ’80. De baslijnen zouden zo uit Pixies-liedjes kunnen komen. Ook Joy Division of The Cure hoor je er in terug. Killing Joke. Muzikaal is het één van de meest opwindende bandjes die ik dit jaar heb gehoord. Maar halverwege de plaat werkt de onderkoelde, maar meeslepende zang van Florence Shaw wat tegen. Wordt het een beetje een maniertje.
Niettemin: opener Scratchcard Lanyard is één van de spannendste en opwindendste liedjes die je dit jaar zult horen. Onontkoombaar bandje dus, Dry Cleaning. Maar consumeer het wel met mate.