Na Jungleland, Nightswimming en Rebellion (Lies). Na kerstliedjes van Joni Mitchell en Skik. Na David Gray. Na de bliepjes en zwelgen in zelfmedelijden.
Vonden wij het wel weer eens tijd voor een onversneden bak TERINGHERRIE!
Keuze Tom Vervoort: King Khan – Zombies
Over uw lichaamsdelen heb ik niet te oordelen
Veel obscuurder dan dit gaat het op deze blog niet worden, denk ik. Veel eenvoudiger, qua rock ‘n roll ook niet.
Eerst ging ik even zoeken naar de betekenis van het woord ‘vuig’. Dat bleek:
Let op: Spelling (deels) uit 1864: [bijvoegelijk naamwoord] en [bijwoord] (er, -st), gering, gemeen, laag, slecht; [oudtijds] ) traag, vadzig.
~HEID, v. [geen meervoud] gemeenheid, laagheid.
Who the fuck is King Khan, hoor ik u vanonder uw mooi versierde kerstboom vragen. Wel, zoek het even op. Wikipedia kan u daarbij ontzettend helpen. De King is een Indiase Canadese garagerocker. De man en zijn vrienden spelen vuige muziek. Muziek die rechtstreeks naar mijn strot en mijn kruis grijpt. Over uw lichaamsdelen heb ik niet te oordelen.
Zoals alle echt vuige rock ‘n roll moet u Khan op z’n minst 1 keer live gezien hebben. Ik ben daar enkele jaren geleden in geslaagd. In de Botanique in Brussel. Een gebeurtenis, want bands als The King Khan and BBQ Show, of King Khan and The Shrines hebben weinig interesse in het marketingmuziekgewijs veroveren van Europa… Tenzij men hen grote hoeveelheden alcohol, drugs en blote wijven belooft.
Het fragment dat ik hier gekozen heb, is een eenvoudige introductie. Als u ooit via een affiche, een site of pakweg per telefoon de mededeling krijgt dat King Khan in een straal van tachtig kilometer rondom u gaat optreden, ga dan. De zaal zal vol rare mensen staan die van vuige rock ‘n roll houden. Er zal gerookt worden terwijl dat volgens de wet en dus volgens de organisatoren niet mag, er zal een hoeveelheid alcohol gedronken worden die zo goed als dodelijk is. Sommige vrouwen zullen misschien hun borsten laten zien. Er zal gedanst worden.
Trouwens: Lick my open sock!
Keuze Machiel Crielaard: Kyuss – Odyssey
Een trip naar rokerige, zwoele avonden in de woestijn
Als ‘The Dude’ uit The Big Lebowski een favoriete rock ‘n’roll band heeft, dan moet dat Kyuss zijn. Deze woestijnrockers uit Palm Desert, Californië zijn vuig, maar met een chille attitude. Ze zijn heavy zonder metal en mixen een straffe cocktail van lome, groovy gitaarriffs met fuzzy partjes psychedelica.
Dit unieke gedowntunede geluid ontstond bij jamsessies in de woestijn waarbij de gitaren werden aangesloten op aggregaten en basversterkers. Het losse fundament van woestijnzand eiste echter al snel zijn tol in de vorm van bezettingswisselingen. Na drie albums, een EP en een halfbakken Best of ging de stekker er uit. Gitarist en mede oprichter Josh Homme richtte vervolgens Queens of the Stone Age op waarmee hij, in tegenstelling tot met Kyuss, wel bij het grotere publiek doorbrak. Het korte bestaan van Kyuss en de weinige keren dat ze live te zien waren heeft echter wel een mysterieuze zweem van ‘legendarisch’ rondom de band opgeleverd. Zoals het ware grootmeesters betaamt werden ze dan ook pas ná hun loopbaan echt erkend als de grondleggers van het stoner rock-genre.
Wat mij betreft is hun signature track Odyssey van het album Welcome to Sky Valley. De track opent met geestverruimende gitaarriffjes om vervolgens op te zwellen tot het typische, zware, ronkende stoner geluid. De indringende stem van John Garcia in combinatie met een brute ritme sectie, afgewisseld met spacende improvisatie neemt je mee op een trip naar rokerige, zwoele avonden in de woestijn. Om je vervolgens als een dieseltruck voorbij te razen en achter te laten in de felle Californische zon met zand tussen je tanden en een piep in je oren.
Keuze Robert Arnold: Living Colour – Money Talks
Het vage klasgenootje belooft een bandje van Lenny Kravitz, je krijgt Living Colour
Mijn eerste cassettebandje waar geen Wham, George Michael, Madonna, Michael Jackson, Supertramp, Level 42, Dire Straits of U2 op stond was een bandje die ik kreeg van een nieuwe klasgenoot.
De zomer was geweest, en na twee jaren brugklas waren er bijna allemaal nieuwe klasgenoten in 3 Atheneum. Een van die nieuwe klasgenoten was een wat zonderling figuur, opvallend door één pluk lang haar en omdat hij altijd een koptelefoon op had. Waar ik nog stoeide met een rode walkman met oranje oordoppen, was hij in het bezit van een echte discman. En deze jongen had niet alleen een discman, maar ook nog eens een indrukwekkende cd verzameling. Ceedees van bands waar ik nog nooit van gehoord had. Van Halen, Metallica, Steve Vai, Guns n Roses, REM.
Iedere dag vroeg ik waar hij naar luisterde, meestal kon ik niets met het antwoord, maar een keer vertelde hij me dat hij luisterde naar Lenny Kravitz. En daar had ik wel eens een poster van gezien in het schoolcafé. Nieuwsgierig naar hoe die Lenny Kravitz dan wel zou klinken, vroeg ik hem of hij die voor mij op een bandje kon opnemen. Dat kon wel, en dus kreeg ik een paar dagen later een bandje van Living Colour. Typisch Remco zou later blijken, en dat bandje van Lenny Kravitz kwam niet veel later, maar ik kon niet anders dan dat bandje in m’n rode walkmannetje proppen en me ontzettend verbazen over wat ik hoorde. Ik vond Dire Straits en U2 toen behoorlijk ruig, maar dat verbleekte bij wat ik hoorde. Harde gitaren, solo’s, funky ritmes, Time’s up, Elvis is dead. Ik vond en vind het geweldig.
Money Talks is van de EP Biscuits uit 1991 en 1 van mijn favoriete Living Colour nummers. Luister hoe dit liedje ontspoort en hoe ontzettend vuig dat klinkt…
Keuze Freek Janssen: Foo Fighters – White Limo
‘Slechts’ twee uur spelen met 40 graden: hadden ze maar niet met White Limo moeten beginnen
Mijn eerste bandje dat niet Michael Jackson of George Michael was, zal waarschijnlijk Helloween zijn geweest. Of misschien Guns N’ Roses (maar ik vrees het eerste).
Foo Fighters leerde ik pas kennen op mijn achttiende. En ik zou ze weer vrij snel vergeten. Na This Is A Call, dat ik op single had (die kocht je toen nog), ben ik ze een beetje uit het oog verloren. Af en toe hadden ze weer een nieuw album uit en dan werden ze weer een paar maanden gedraaid op 3FM. Niks mis mee, maar niet interessant genoeg om nog eens in te duiken en serieus naar een album te luisteren.
Het keerpunt kwam denk ik in 2008. Ik was niet op Pinkpop maar Tweede Pinksterdag werd voor een belangrijk deel besteed aan het kijken van live-registraties op Nederland 3.
Ik wist niet wat ik meemaakte.
Zelfs thuis gierde de adrenaline door mijn aderen. Zelden zag ik een band (laat staan rockers die al rond de veertig zijn) met zoveel energie en plezier op het podium staan. En nog retestrak spelen ook! Wat me nog bijstaat is enorm twee grijnzende gebitten tegenover elkaar, eentje met blond haar en de ander bruin.
Vuige rock, de Foo Fighters kunnen dat.
Foo Fighters is ook niet echt een band waar we snel een hele battle aan zullen wijden. Echte hits hebben ze niet gehad (Learn To Fly kwam nog enigszins in de buurt), en eigenlijk gaat het ook helemaal niet om de liedjes. Dat is waarschijnlijk ook de reden waarom de singles op 3FM mij nooit konden bekoren. Totdat ik ze live had gezien.
Zondag 19 augustus 2012. Een zomerdag in zinderende hitte wordt afgesloten in de Alpha-tent. Het begon eigenlijk net af te koelen, totdat je de tent binnenliep, daar haalde het kwik met gemak veertig graden. Dave Grohl en zijn vrienden, inmiddels ruim over de veertig, speelden de tent he-le-maal plat. “Welcome to the hottest Foo Fighers show ever. This is crazy.”
Okay, ze spelen de tweeëneenhalf uur niet vol, maar houden het na twee uur voor gezien. Hadden ze maar niet moeten beginnen met White Limo.
Keuze Roel Kramer: The Black Crowes – Twice As Hard
Vuige rock verhoudt zich tot Nick en Simon als neuken tot liefkozen
Volgens van Dale:
“Vuig” (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord)
1 gemeen, slecht
Mijn definitie van vuige rock is vooral ‘smerig’. Rock die je in een donkere kroeg te horen krijgt. Waar met bier gesmeten wordt. Waar nog gerookt wordt. Waar de mannen zich van de jongens onderscheiden. Muziek waar de seks vanaf druipt. Vuige rock verhoudt zich tot Nick en Simon als neuken tot liefkozen. Vuige rock is riffs. Vette, vieze licks op Gibsons over Marshallversterkers. En wie doet dat gemener en slechter – en dús beter – dan The Black Crowes? Niemand.
Ik had meer nummers van The Black Crowes kunnen kiezen, maar de eerste seconden van Twice as Hard van hun debuutalbum Shake Your Money Maker – ook al zo’n vuige titel – maken direct duidelijk wat ik bedoel: dat wordt zuipen, roken en neuken.
Deze liveversie is beter dan die op het album, want vuige rock moet je live horen. Je kunt deze opname vinden op de bonusdisc van By Your Side.
[polldaddy poll=6797563]
Roel geeft de definitie van Vuig: Gemeen, slecht. Luister naar het eerste couplet van Crazy Dan, en je weet dat Scratch Acid de überdefinitie van vuig bezingt:
This guy doused his wife in gasoline
Then he went and he set the bitch on fire
You see Crazy Dan was the name of the man
He was pretty much a high strung jerk and a liar
En in de coupletten die volgen gaat het echt niet veel beter met Dan.
http://www.youtube.com/watch?v=VC39GJBfVQA
Met dank aan die ene persoon die, buiten mezelf, voor King Khan stemde 🙂