Wel of niet de klok verzetten? Ooit wijdde Arjen Lubach een item aan de voor- en tegenstanders. De aanleiding: de Europese Unie zou bezig zijn met plannen om in alle landen de klok gelijk te zetten en het fenomeen zomer-/ wintertijd af te schaffen.

De wereld was te klein, de roep om een referendum klonk vrijwel direct. Als het dan één onwrikbare tijd moest worden, dan toch zeker de zomertijd! Een stuk gezelliger immers, als het lekker lang licht blijft. Op de van hem bekende wijze ontmaskerde Lubach die drogredenering: als we de zomertijd naar de winter zouden doortrekken, zit je om 10:00 ’s ochtends op je werk nog steeds in het donker.

Lekker alles bij het oude laten dus, al is het altijd weer balen als de zomertijd ingaat: een uur minder slaap. Voor de slapelozen onder ons zou de voorkeur weleens uit kunnen gaan naar de wintertijd…

Keuze Peter van Cappelle: The Beatles – I’m Only Sleeping (1966)

Nooit klonken The Beatles zo dromerig en zwoel

Valt een Beatlesnummer nog als ondergewaardeerd aan te merken? Ook voor een groot fan als ondergetekende is dat bijna onmogelijk. Of juist niet? Want mijn grote ergernis aan minder grote (of totaal-niet) liefhebbers van The Fab Four is dat zij vaak geneigd zijn om ze af te doen met zoete hits al Yellow Submarine, Hey Jude of Let It Be. Om naar aanleiding daarvan te stellen dat het maar een braaf bandje was, omdat dezelfde mensen nooit hebben gehoord van het revolutionere Tomorrow Never Knows, of niet weten dat een hardrock nummer als Helter Skelter toch echt niet oorspronkelijk van U2 is.

Het door John Lennon geschreven I’m Only Sleeping komt net als het eerder genoemde Tomorrow Never Knows (en ja, ook Yellow Submarine) van het album Revolver. Wat mij betreft het sterkste Beatlesalbum. Ja, beter dan Sgt. Pepper. Omdat Revolver zoveel meer elementen bevat die van invloed zouden blijken op de popmuziek die in de halve eeuw erna volgde. Want waren The Beatles in Tomorrow Never Knows eigenlijk niet de pioniers geweest van het sampelen?
I’m Only Sleeping klinkt dromerig en zwoel. Niet alleen door het onderwerp (want Lennon hield van lang uitslapen en was liever lui dan actief, in tegenstelling tot Paul McCartney die vaak al ‘s ochtends vroeg klaar stond om aan de slag te gaan in de Abbey Road Studios), maar ook door door mooie samen gezongen koortjes tussen Lennon en McCartney en het effect van de achterstevoren afgespeelde gitaarpartijen van George Harrison. Een psychedelisch effect wat heel erg bij midden jaren ’60 hoort, maar door de zang van Lennon had het ook niet misstaan in de Britpop hype midden in de jaren ’90 (het was natuurlijk overduidelijk waar de broertjes Gallagher de mosterd vandaan hadden gehaald).

Hoewel ze na 1966 nog verder hun muzikale pallet zouden gaan uitbreiden met de meesterwerken die hierna zouden volgen, hebben The Beatles na 1966 nooit meer zo dromerig en zwoel geklonken als in I’m Only Sleeping.

Keuze Leendert Douma: John Lennon – How Do You Sleep? (1971)

De grote haat-aan-Paul-song

Nee, dat het nooit meer goed zou komen met The Beatles was wel duidelijk. Op 26 mei 1971 – een paar dagen nadat Paul McCartney het album Ram had uitgebracht – gingen John Lennon, Yoko Ono en The Plastic Ono Band naar de Ascot Sound Studio’s bij zijn huis in Tittenhurst Park om How Do You Sleep? op te nemen. Het werd een van de meest losse en relaxte sessies voor de opnames van het album Imagine. Dat is af te horen aan de muziek, maar niet aan de tekst. Die is een keiharde aanval op McCartney.

Wat wil het geval? In de eerste plaats had Macca de rechtszaak over de juridische ontbinding van The Beatles gewonnen, zeer tegen de zin van de andere drie. Ten tweede hadden Paul en Linda McCartney paginagrote advertenties in het blad Rolling Stone laten plaatsen waarin ze John en Yoko parodieerden in clownskostuum. En kort daarna verscheen dus Ram met daarop de song Too Many People vol vervelende verwijzingen naar Lennon en Ono. Dus het werd tijd om terug te slaan. Heel hard terug te slaan.

Al in het eerste couplet van How Do You Sleep? zong Lennon over de complottheorie dat Paul McCartney allang dood was.

Those freaks was right when they said you was dead
The one mistake you made was in your head

Maar net zo dodelijk waren zijn sneren over Paul McCartney’s muzikale erfenis:

The only thing you done was yesterday
And since you’ve gone you’re just another day

(In een eerste versie had hij als tweede regel geschreven: You probably pinched that bitch anyway… want waarschijnlijk heeft McCartney de melodie van Yesterday gejat.)

En nog een keer doopte hij zijn pen in het vitriool:

The sound you make is muzak to my ears
You must have learned something in all those years

Was het een keiharde afrekening? In een interview vlak voor zijn dood claimde John Lennon dat het nummer vooral een grap was. I wasn’t feeling that vicious at the time. I was using my resentment toward Paul to create a song. Sibling rivalry. Some people don’t see the funny side to it. Too bad.

Saillant detail – nee, eigenlijk veel meer dan een detail – is dat ex-Beatle George Harrison op dit nummer een prachtige solo op de slidegitaar speelde. Koos hij partij? Neuh, de twee waren vrienden en Harrison speelde op veel nummers van Imagine. Hij vond het wel awkward om dat te doen zo kort na de break-up, zo vertelde Harrison in 1987.

In 2008 gaf sir Paul MccCartney eindelijk zijn visie op de rel: I was sleeping very well at the time.

Keuze Klaas Kloosterman: Kevin Ayers – Oh! Wot a Dream (1973)

Meer nog dan John ‘You may say I’m a dreamer’  Lennon kan Kevin Ayers je alles vertellen over dromen en slapen. Als kind al een wat dromerig tiepje, richtte hij als afwezige puber eind jaren 60 met Mike Ratledge en Robert Wyatt The Soft Machine op. Op het debuutalbum van de band staat een van Ayers’ eerste composities: Why are we sleeping? De toon is gezet. Zijn vijfde soloalbum The Confessions of Dr. Dream and Other Stories is geheel en al gewijd aan hetgeen zich in het hoofd afspeelt als de luikjes zijn gesloten.

Van zijn vierde soloalbum komt dit Oh! Wot a Dream, een eerbetoon aan zijn vriend en (Harvest) labelgenoot Syd Barrett van Pink Floyd. De flegmatieke, wat feeërieke Ayers en de eigenzinnige Barrett: een mooi stel met een voorliefde voor het katalyseren van bewustzijnstoestanden met wat maar voorhanden was.

You are the most extraordinary person
You write the most peculiar kind of tunes
I met you floating as I was boating
One afternoon

Wasn’t it the most amazing meeting?
Surrounded by those monsters from the deep
You started telling me a funny story
And I fell asleep

Oh what a dream!
Oh what a dream that was!

Keuze Marco Groen: Alice Cooper – Welcome to my Nightmare (1975)

Voed mijn Frankenstein

Het zal voor liefhebbers van rock als een nare droom klinken: Alice Cooper die een jazz-achtig nummer speelt. In feite is dat ook meteen het leuke van de man die eigenlijk Vincent Damon Furnier heet; hij laat zich niet zo makkelijk in een hokje plaatsen. Nu zullen puristen wellicht meteen gillen dat Alice Cooper de naam van een band is en niet zozeer van een persoon, maar eigenlijk is dat al sinds 1975 niet meer zo. Het was het jaar dat het conceptalbum Welcome to my Nightmare uitkwam, het eerste solo-album van de gelijknamige artiest.

Theater! Cabaret! Plat en voorspelbaar! riepen de critici destijds. Wat ze waren vergeten is het woordje tijdloos, want Cooper zal er altijd zo’n vier nummers van vertolken tijdens concerten. En niet zonder reden, want het is een album dat nog steeds opvallend modern klinkt. Vreemd genoeg zit daar niet altijd het titelnummer bij. Zonde natuurlijk. Naar mijn bescheiden mening kan je een concert nauwelijks beter openen dan met een nummer als Welcome to my Nightmare; zowel tekstueel als muzikaal een onheilspellende opmaat naar een avond waarin al je angsten en doemgedachten voorbij zullen komen. Perfecte gevoelens voor bij een concert, want het brein mag best uitgedaagd worden.

Het liedje kan je overigens vrij letterlijk nemen. Het album Welcome to my Nightmare is een reis door de dromen van een jochie genaamd Steven. Het eerste nummer is dus een introductie in de denkwereld van deze puber. Wacht even, zei ik album? Het is ook een TV-show geweest om de dromen van Steven niet alleen auditief weer te geven. De teksten van hitsingle Only Women Bleed werden hiervoor wel een klein beetje aangepast om het overgevoelige Amerikaanse TV-publiek niet voor het hoofd te stoten.

Keuze Willem Kamps: Sham 69 – Sunday Morning Nightmare (1978)

Kots

Het zal je gebeuren. Kom je als punker bij het zondagochtendgloren thuis van het stappen, teveel gezopen, teveel geknokt, ligt de vriend van je zus in je bed. De zus die zo graag op Olivia Newton wil lijken, terwijl je broer denkt dat ie John Travolta is want; beiden gek op Grease. Dat zijn al geen fijne omstandigheden en dan heb je ook nog de wagen van je pa in de prak gereden. Ja, dat is wel een nachtmerrieachtig scenario. Toch bleven de jongens van Sham 69 vrolijk en zongen er uitbundig over.

De naam van de band werd ontleend aan een stuk vervaagde graffity: Walton and Hersham ’69, de naam van een lokale voetbalclub die in ’69 in een onderafdeling de titel had behaald. Nadat zij The Sex Pistols hadden gezien, stortten zij zich ook op de punkrock. Met succes. Vijf singles bereikten de top 5 van de UK. Door hun voetbalachtergrond en komaf uit de arbeidersklasse viel Sham 69 bij zowel de linkse als rechtse skinheads in de smaak, wat vaak leidde tot onderlinge kloppartijen bij hun optredens.

Ook de nacht voorafgaand aan die zondagochtend liep uit de hand:

I’ve been drinking too many pints of lager
I’ve been getting into to many bleedin’ fights
I came home with sick all down me trousers
I’ve got lovebites all around me neck

Sunday Morning werd dan een Nightmare, en van slaap zal het zeker niet zijn gekomen, maar je krijgt vanzelf weer zin om naar een volgend feestje te gaan. These Guys Know How to Throw a Party. Voor je gaat: haal eerst even die kots van je broek.

Keuze Quint Kik: The Romantics – Talking In Your Sleep (1983)

Creepy 80s klassieker

Vorig jaar stonden we op 2e Paasdag deze plek af aan de familieleden-battle. Mijn dochter vindt het leuk om te schrijven en wierp zich zonder dralen in het strijdperk met een uiteenzetting over het TikTok-fenomeen sped up: versnelde versies van bekende hits. Op zich houdt mijn zoon ook van muziek – nummers uit Fortnite hebben de voorkeur – alleen is taal zeg maar niet echt zijn ding.

En dat geeft allemaal niks: waar mijn dochter mij vergezelt naar concerten van Tramhaus en Personal Trainer, deel ik met mijn zoon een andere voorliefde en wel voor dystopische science fictionfilms. Samen verslonden we menige trilogie: The Hunger Games, The Matrix en Aliens. Onlangs kwam hij echter met iets volstrekt nieuws: horror. We moesten en zouden samen kijken naar FNAF.

Een film, gebaseerd op een vintage video game Five Nights At Freddies. Om de zorg voor zijn kleine zusje op zich te kunnen nemen, moet de hoofdpersoon een baantje als nachtwaker accepteren. Van een verwaarloosd pretpark, waar het blijkt te spoken. Mechanische mascottes met illustere namen als Freddie Fazbear, Chica the Chicken & Foxy the Pirate Fox houden indringers op gepaste afstand.

Het verhaal is flinterdun en de plotgaten houden gelijke tred met de voorspelbare schrikeffecten. Een scene bezorgde me desondanks slapeloze nachten: de confrontatie tussen de nachtwaker en de mascottes. Op een podium, verscholen achter een gordijn. Als ze plotseling in beweging komen, klinkt de creepy 80s-klassieker Talking In Your Sleep van de Romantics door het verlaten pretparkrestaurant. Komt het langs onvermoede weg toch nog goed tussen muziek en mijn zoon…

Keuze Alex van der Heiden: Queensrÿche – Operation Mindcrime (1988)

Marteling

Een goede vriend van me was jarig. Hij was in die tijd student en woonde drie hoog achter in een oude wijk van Rotterdam. Het was gezellig en vrijwel de hele avond werden er goede metalalbums afgespeeld op het cassettedeck. Eén van de vrienden had een zware handicap en kon onder andere niet lopen. We hadden hem aan het begin van de avond met vereende krachten met rolstoel en al over de smalle trappen naar de derde etage getild. Het studentengedeelte van het huis bevond zich op de derde en vierde etage en aan het einde van de avond gingen mensen huiswaarts, of legden hun matje en slaapzak neer op de vierde etage. Op de derde bleef ik, de jarige en de gehandicapte vriend achter en werd het ook voor ons tijd om het licht uit te doen. We hielpen de jongen op de bank, om vervolgens ook naar de bovenste etage te gaan om te slapen. Laat de muziek maar aanstaan, zei de vriend, ik vind Queensrÿche wel lekker en het cassettebandje moet nog anderhalf nummer, dan ga ik ook slapen.

Ik ben geen ochtendmens, maar toch vaak redelijk bijtijds wakker en zo was ik ook die ochtend de eerste die afdaalde van de bovenste etage. Ik trof een vermoeide, halfslapende vriend aan en tamelijk hard muziek van het Queensrÿche-album Operation Mindcrime. Het cassettedeck stond buiten bereik van de vriend die niet kon lopen, dus hij kon ‘m niet uitzetten. De arme jongen had geen oog dicht gedaan, want het cassettedeck stond op autoreverse waardoor de muziek de hele nacht had doorgedraaid en de wakkere goedzak wilde ons niet wakker maken, dus hij had het maar over zich heen laten komen. Over een Operation Mindcrime gesproken. Eén van de heftigste martelmindcrimes is iemand uit de slaap houden…

Keuze Joop Broekman: Coil – The Snow (Answers Come In Dreams II) (1991)

Fijne beats voor als het donker is

Dromen horen (meestal) bij slapen. En met slapen en aanverwante zaken werd mijn inspiratie voor deze battle niet gewekt. Dromen en bijpassende beats, dat lukte beter. Op de valreep.

Ik houd het genre dance totaal niet (meer) bij, dus koester ik de beats die ik tot een jaar of 30 geleden aanschafte. Tenminste, wat daarvan nog in de kast staat. Op zijn tijd is een paar uur subtiel beukende dance heerlijk. Uiteraard doen de keuzes van toen het nog steeds erg fijn.

Het betere en verfijnde stampwerk kon je wel aan iemand als Jack Dangers overlaten. Ik ben één keer bij een optreden van Meat Beat Manifesto geweest. Wat een heerlijk dansfeestje was dat, stilstaan was absoluut geen optie. Dangers remixte ook graag werk van anderen. Met een paar vakgenoten ging hij in 1991 aan de slag met het nummer The Snow van Coil. En dat is een band waar ik alleen nog maar Horse Rotorvator fysiek van in bezit heb. Eerlijk, Love’s Secret Domain (waar The Snow op staat) trok ik destijds niet een heel album lang. Maar tijden veranderen en het zenuwgestel ook, zeg maar. Coil bestaat al een tijd niet meer. Hun muziek is zeker wel tijdloos te noemen. Maar niet iets wat je zomaar even aanzet. Dus ga er gerust even goed voor zitten, nadat je je er goed op hebt ingesteld.

Op The Snow EP heerst nog steeds een bijzonder sfeertje, vind ik. In het (bijna) donker is dit schijfje het best te genieten. Ook vlak voor het slapen gaan.

Keuze Guido Antunes: Fay Lovsky & Joost Swarte – Yawn blues (1992)

I woke up this morning

Hoe komen een gewezen ski-lerares en een wereldberoemd striptekenaar in een rubriek als deze terecht?

Wel, als je ski-lerares Fay Lovsky en je tekenaar Joost Swarte is natuurlijk! Die in 1992 samenwerkten op Lovsky’s 5e album, Jopo in Mono.

Fay leerde ik kennen via de avondspits waar Frits Spits haar kerstsingle Christmas was a friend of mine veel draaide. Ik was daar zo bezeten van dat ik de klokjes elke avond opnam en daar een minuut of twee van achter elkaar afspeelde. Het had voor mij de sfeer van Jona Lewie’s Stop the Cavalry van een paar jaar ervoor. Dat was waarschijnlijk geen toeval omdat Jona Lewie het eerste album van Fay geproduceerd had. De albums van Fay Lovsky ben ik daarna gaan aanschaffen en waren voor mij zelden teleurstellend. Deze multi-instrumentaliste speelt zingende zaag, ukelele maar ook Theremin. Dat instrument heb ik inmiddels ook in huis en probeer ik vooralsnog tevergeefs onder de knie te krijgen.

Hoe Fay en Joost elkaar gevonden hebben weet ik niet. Joost maakte de prachtige hoes bij dit album en de daaropvolgende albums en zong ook nog mee op twee nummers.

Een van deze nummers is het kort en bondige nummer Yawn Blues, waar ik hier aandacht om vraag en dat voor mij menig ochtendgevoel weergeeft.

Keuze Jeroen Mirck: Red Snapper feat. MC Det – The Sleepless (1999)

Vleesgeworden slapeloosheid

Niet kunnen slapen doet je pas beseffen hoe belangrijk slaap is. Zelf heb ik daar gelukkig geen last van, maar de ik-persoon in de tekst van The Sleepless is een meester in zichzelf wakker houden. Zijn brein blijft maar malen, zijn mond blijft maar teksten spuwen. Daarmee is dit liedje de vleesgeworden slapeloosheid. Briljant vertolkt door de Britse band Red Snapper, die weliswaar te boek staat als intrumentaal, maar zich graag laat bijstaan door mondige MC’s. En als die niet meegaan op tournee, rapt Ali Friend gewoon zelf vanachter zijn staande bas. Ik zag ze ooit live en wat zijn ze goed. Let in dit slapeloze nummer vooral op de adembenemende drumpartij. Logisch dat je geen oog meer dicht doet.

Keuze Joris van der Aart: Coil – The Dreamer Is Still Asleep (1999)

May I ask you all for silence

Waarschijnlijk is voor veel mensen Coil geen bekende naam. Begrijpelijk, ook ik leerde dit pas laat kennen, want Coil maakte muziek die ver verwijderd is van de gebaande paden. Collega-blogger Leendert schreef al eens een blog over hen, maar eigenlijk valt er veel meer over Coil te zeggen, echter niet voor vandaag. Het gaat nu immers over slaap.

Als je naar The Dreamer Is Still Asleep gaat luisteren, kun je het beste op een afgelegen plek in het donker naar de hemel staren. Of, als je gewoon thuis bent, doof dan de lichten, sluit je ogen, sluit je af van de wereld.

Coil neemt je namelijk mee de duisternis in. De klanken van The Dreamer Is Still Asleep lijken vrij lieflijk, maar de stem van John Balance laat je vervolgens door je eigen droomwereld zweven en langzaam daal je af. Tien minuten lang wordt je meegenomen, totdat de klanken langzaam wegsterven en er niets meer dan een rustige beat overblijft, als een hartslag die tot rust komt. En uiteindelijk stopt.

Keuze Remco Smith: The Cardigans – 03.45 : No Sleep (2003)

Relativering is onmogelijk

2341. Dat was het telefoonnummer van mijn ouders. Als ik als tiener deze vier getallen op mijn wekkerradio zag wist ik: “Het is weer lastig in slaap vallen.” Zo lang als ik weet is slaap een ding.

Tegenwoordig is niet het probleem het in slaap vallen. Dat kost mij vaak nog geen vijf minuten. Het gevaar schuilt in het nachtelijk toiletbezoek. Stommel ik om half 3 naar de plee en terug, dan bestaat de kans dat ik daarna wel weer wegdommel. Maar de kans is minstens net zo groot dat mijn hoofd dan aan gaat. “Heb ik die cliënt wel gebeld?” “Wanneer moet ik dat processtuk indienen?” “Wanneer doe ik in vredesnaam mijn administratie?” “Ik heb eigenlijk te weinig te doen, gaat dat wel goed komen met mijn bedrijf?” “Ik heb veel te veel te doen, hoe krijg ik mijn werk goed af?” Als mijn hoofd aan is, is er geen houen meer aan. Relativering is onmogelijk, ieder nachtelijk probleem is een megagroot probleem.

Wakker worden om een uur of 6 vind ik geen probleem. Ik werk vooral voor aannemers, die krijg ik om kwart over 6 vaak makkelijker aan de telefoon dan overdag. De tijd tussen 2 en half 5, dat is het ergste moment in de nacht. De gevolgen van slaapgebrek kunnen groot zijn. Somberheid, labiel, mindere concentratie overdag, depressieve gevoelens. Die last in de nacht weer meenemen waardoor slaap weer slechter wordt. A downward spiral.

De aangrijpende afsluiter 03.45 : No Sleep op prachtplaat Long Gone Before Daylight van The Cardigans biedt troost. Midden in de nacht dolen meer mensen, net als ik.

Keuze Halbe Kroes: Norah Jones – Sleepless Nights (2004)

Uren turen

Sommigen hebben het heftiger dan anderen, allen door uiteenlopende redenen. Trauma, stress, middelen gebruik, maar ook simpelweg licht slapen. Sleepless Nights komt voor bij menigeen. Een hoge mate zorgt uiteindelijk voor insomnia, wat ook weer vaak als onderwerp voor veel muziek heeft gezorgd. Alleen slapeloosheid kan ook komen door verliefdheid, door liefde voor iemand of iets. Vlinders in je buik, in je hoofd, zorgen er dan voor dat je ligt te malen, ligt te woelen. En de gedachtes aan datgeen wat niet direct binnen handbereik ligt zorgen ervoor dat je R.E.M. niet tegenkomt in de nachten. Maar ook het gebrek aan liefde, of het verbreken van, kunnen zorgen voor turen naar het plafond.

Zo ook bij dit Norah Jones liedje. Sleepless Nights staat op haar tweede album, Feels Like Home. Na haar debuut is ook dit album een groot succes. Deze twee albums staan bij mij vooraan in de platenkast (naast tig anderen). De jazzy, soulvolle sound van Jones’ stem met de heerlijke begeleidingsband kenmerken mid jaren 2000 een ‘nieuwe’ stroming van jazz-opgeleide artiesten die hun weg naar de mainstream vinden. En toch blijft voor mij Norah Jones eruit springen. Sleepless Nights is weliswaar een cover, ooit geschreven voor The Everly Brothers, maar Norah Jones maakt het haar volledig eigen.

Ondanks het kalme karakter van dit liedje zorgt het bij mij nog steeds voor wakker blijven en volledig opgaan in de muziek. Dan maar slapeloos.

Keuze Walter van Pijkeren: Huilende Rappers – Diep In De Nacht (2011)

Wakker blijven

Een ode aan het nachtelijke Groningen. En nu kan ik een heel betoog gaan schrijven waarom je vooral de hele nacht wakker moet blijven. Maar de best wel legendarische Huilende Rappers leggen zelf in het nummer Diep In De Nacht haarfijn uit waarom slapen voor butjes is. 

Keuze Henkjan Olthuis: Bryan Ferry – Bob Dylan’s Dream (2012)

De dromen van Bob

Dromen, iedereen doet het weleens als we slapen. Soms weet je nog wat je gedroomd hebt en heel soms kan je er wat mee. Bijvoorbeeld een blogje erover schrijven, of een liedje ervan maken. Dat laatste deed Bob Dylan nog weleens, sterker nog (als de songtitels kloppen) best wel vaak 😉

Nou zeggen sommigen dat ome Bob niet ondergewaardeerd is. In huize Henkjan was hij dat echter jarenlang zeker wel. Iets met een stem en een valse kraai. Totdat in 2012 de CD-box Chimes of Freedom op m’n deurmat plofte. 72 songs van Bob Dylan, gecovered door zo ongeveer de who’s who van de muziek (en de titelsong door de maestro himself), dit ter ere van 50 jaar Amnesty International. En ineens hoorde ik hoe ongelofelijk mooi die liedjes van ‘m zijn. Ook Bryan Ferry had een bijdrage: Bob Dylan’s Dream, een kenmerkende Ferry uitvoering, maar toch hoor je ook meteen dat het een Dylan song is. En die past dus prachtig in deze battle.

Keuze Johan Hol: Max Richter – Dream 11 (whisper music) (Pt. 1) (2015)

Ga er maar eens goed voor liggen

Slaap is de periode van inactiviteit en afwezigheid van wakend bewustzijn, waarbij het lichaam tot rust komt, aldus Wikipedia. Maar zie die rust maar eens te vinden in het oh zo drukke dagelijkse bestaan. Je kunt wel op een bepaalde tijd in bed gaan liggen en je ogen dichtdoen, maar garanties voor met een fijn gevoel in slaap vallen en een goede nachtrust zijn er niet.

Voor wie eens op een bijzondere manier in slaap wil vallen of de hele nacht wakker wil blijven, is er het album Sleep van Max Richter: 204 nummers van samen in totaal 8 en half uur. Daar kun je een gemiddelde nacht wel mee vullen.

Sleep is een bijzonder album, een bijzonder project om even aan de hectiek van alledag te ontsnappen. Een ontdekkingsreis ook in het grijze gebied tussen bewustzijn en onderbewustzijn. Of zoals Richter zelf zegt: Het is een stuk waarvan het de bedoeling is dat je er ‘s nachts naar luistert. Ik hoop dat mensen in slaap vallen terwijl ze luisteren, want ik ben op zoek naar wat voor invloed muziek heeft op het bewustzijn – dat fascineert me.

Dus ga er maar eens goed voor liggen en geef je over aan de muziek. Aangezien mijn gemiddelde nachtrust beduidend minder is dan achtenhalf uur, stroom ik in bij track 47.

Keuze Michiel Borst: Bibio – Sleep On The Wing (2020)

Heerlijke droom!

Wat een geluk! Een battle die mijn twee grootste hobby’s combineert. Muziek (vanzelfsprekend) en…. jawel slapen! Waar ik ook ben, hoe druk het in mijn hoofd ook is, slapen kan ik altijd en overal. Zonder goede nachtrust functioneer ik stukken minder. Dromen doe ik ook nog eens als de beste. Dus het lot kon niet beter deze battle editie. Een kwartiertje scrollen door mijn muziekcatalogus leert dat ook popartiesten fan zijn van de nachtrust. Sleeping hier, insomnia daar, er is keuze te over.

Ik kies hier voor een vrij recent nummer, Sleep On The Wing van Bibio. Vrij onbekende artiest maar toch al tien studio albums uitgebracht. De naam Bibio staat overigens voor een geslacht van muggen. Dat gezoem klinkt niet lekker in de oren en houdt menig mens uit haar of zijn… juist, slaap. De muziek van de artiest Bibio klinkt een stuk aangenamer. Denk aan tokkelende gitaren in Nick Drake achtige folk sferen, maar ook ambient komt vaak terug in zijn oeuvre

Het nummer Sleep On The Wing komt van de gelijknamige EP uit 2020. Slechts twee van de tien nummers zijn gezongen, de rest is instrumentaal. Tien prachtige liedjes om bij weg te dromen. In de titeltrack voert Bibio de luisteraar mee naar een onbezorgde wereld, weg uit alle drukte en gekte. Het outtro is prachtig en om heerlijk bij weg te dromen. Slaap lekker!

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.