Ga je mee naar 1985? Op deze dag werd We Are The World van USA for Africa alarmschijf, om een week later binnen te komen op nummer 15 in de Top 40 en vervolgens – of je nou wil of niet – door te stijgen naar ons collectieve bewustzijn. Het is niet voor niets dat bijna veertig jaar later de documentaire The Greatest Night In Pop verscheen, vol unieke opnames en geweldige anekdotes over het schrijven en opnemen van de liefdadigheidsdraak. Gaat dat horen! Gaat dat zien! Het inspireerde onze bloggers (en één tekenaar) tot een battle met stukken over alle artiesten die een regeltje solo zingen, in de volgorde waarin ze aan bod komen in We Are The World. Geniet nog een keer van deze unieke bijeenkomst en stem op je favoriet.
Keuze Remco Smith: Lionel Richie – Angel (2000)
There comes a time/ When we heed a certain call
Eén van de grootste wereldwijde muzikale draken levert één van de mooiste muziekfilms op. Het anderhalf uur durende The Greatest Night in Pop heeft mij ontroerd, doen lachen, perplex doen staan. Veertig jaar lang heb ik mij nooit afgevraagd hoe zoveel megasterren opeens in één studio konden komen: nu weten we het.
Wat de film naar een hoger niveau tilt, is de persoon van Lionel Richie. Hij neemt ons mee door de dag, door de bizarre schrijfsessies met Michael Jackson. Hij voert ons langs een heerlijk klierende Stevie Wonder. Hij is innemend, geestig en de enthousiaste verteller die ons door de nacht heeft meegenomen. De ideale gids.
Zijn muziek doet mij niet bijster veel, om eerlijk te zijn, maar het is mij een eer dat ik deze battle mag aftrappen. Met Angel, zijn soort van comeback waarmee hij in 2000 opeens een nieuw publiek had gevonden. Voetjes licht aarzelend van de dansvloer, Lionel was toen ook al weer 51, met zijn als altijd suikerzoete stem.
Keuze Joris van der Aart: Stevie Wonder – Higher Ground (1973)
When the world must come together as one / There are people dying
Bij We Are The World kon Stevie Wonder natuurlijk niet ontbreken. Hij was zelfs gevraagd om mee te schrijven, maar kwam pas opdagen toen Michael Jackson en Lionel Richie de demo al bijna af hadden. Tijdens de opname zorgde hij ook voor beroering door opeens een stuk tekst in Swahili te willen toevoegen (waarop Waylon Jennings zelfs wegliep).
Ook op deze site ontbreekt Stevie Wonder niet, want er werden tot vandaag maar liefst 22 (!) blogs aan hem gewijd. Toch ging het nog nooit over Higher Ground, dus gelukkig kan ik daar nog wat over schrijven. Opvallend is dat Stevie Wonder het nummer schreef en opnam in niet meer dan drie uur. En hij speelde ook nog alle instrumenten zelf. Het was alsof hij haast had.
En niet zonder reden. Want niet lang nadat Higher Ground uitkwam, was Wonder betrokken bij een ernstig auto-ongeluk. Hij lag vier dagen in coma. Later zei hij hierover dat hij wist dat er iets ging gebeuren. Hij wist niet hoe of wat, maar wel dat hij de opname gedaan moest krijgen. Dat hij weer herstelde, beschouwde hij als een tweede kans. En opvallend genoeg, is dat precies waar Higher Ground ook over gaat.
Keuze Johan Hol: Paul Simon – One Man’s Ceiling is Another Man’s Floor (1973)
Oh, and it’s time to lend a hand to life/ The greatest gift of all
Toen de oproep kwam voor deze battle was ik er als de kippen bij om Paul Simon te ‘claimen’. Veel lastiger was het om uit hebt het geweldige oeuvre van de beste man een nummer te kiezen dat naadloos aansluit bij het thema USA for Africa.
Remember: one man’s ceiling
Is another man’s floor
Met een beetje verbeelding zou je kunnen zeggen dat USA de ceiling is en Africa de floor. Overigens staat USA in deze context voor United Support of Artists for Africa, en zijn ceiling en floor onlosmakelijk met elkaar verbonden – wat weer een mooi bruggetje vormt naar We are the World.
Ieder leven is anders en helaas worden je kansen in het leven nog veel bepaald door waar je wieg heeft gestaan. Iets wat we in de waan van de dag heel vaak lijken te vergeten, maar waar Paul Simon ons al meer dan 50 (!) jaar aan probeert te herinneren.
Simon nam het nummer in 2018 opnieuw op voor zijn album In the Blue Light. Naar mijn mening een nog betere versie dan het origineel, maar ook hier geldt: One Man’s Ceiling is Another Man’s Floor. Het mooie is dat je de ceiling en floor als elkaars tegenpolen kunt zien in elke denkbare situatie. Het is maar net vanuit welk perspectief je het bekijkt.
Keuze Michiel Borst: Kenny Rogers – Lady (1980)
We can’t go on pretending day by day
Hij is een typische countryzanger. Toch is dat niet wat Kenny Rogers (1938-2020) in ons land bekend heeft gemaakt. Succesvol was hij hier vooral met zijn popduetten: de mega-‘pleasure’ Islands In The Stream met Dolly Parton en het mierzoete We’ve Got Tonight met Sheena Easton.Voor deze battle daarom geen countrynummer.
Dat Lady is geschreven door Lionel Richie lijkt mij mooi toepasselijk: hij is immers de grote aanjager en initiator van We Are The World. Rogers vroeg eind jaren ’70 aan Richie of hij nog een nummer had voor zijn ‘Best of’-LP. Richie gaf hem Lady, dat nog maar half af was. Zijn maten van de Commodores hadden het afgewezen. We zullen nooit weten hoe het dan had geklonken, maar de versie van Rogers is onweerstaanbaar. Country meets soul in een prachtige samensmelting. Het zou uiteindelijk de grootste hit van Kenny Rogers worden. Toch bleef het hier vrij onbekend.
Richie en Rogers werden goede vrienden. Samen zongen ze het nummer ook een aantal keer. De opname hieronder uit 2012 is legendarisch, vooral door de roast over Ritchie, die dat sportief aanvaardt. Vocaal is Rogers dan al minder bij stem, maar de entourage vergoedt alles. Prachtige opnames van twee iconen uit de muziek.
Keuze Hans Dautzenberg: James Ingram – Ya Mo B There (1983)
That someone, somehow will soon make a change
Van de in een zilveren trainingsjasje gehulde man die tussen Kenny Rogers en Tina Turner ingeklemd staat, kun je denken dat hij stiekem naar binnen is geslopen onder het motto ‘bluff your way into stardom’. Later zal hij nog teren op de roem die hij hier vergaart, maar James Ingram was ook een goede kennis van de mannen die de lijnen uitzetten in de nachtelijke samenzang: dirigent Quincy Jones, producent Ken Kragen en de eventjes van zijn Olympus afgedaalde mega superster Michael J.
Ingram heeft wat hits op zijn naam, voornamelijk ballads, ook aangeduid als adult contemporary, vaak in duet zoals Baby, Come To Me met Patti Austin. Met zijn rijke tenorstem is hij vermoedelijk een vaste waarde geweest tussen de huisvlijtige gedichten in Candlelight. Ook als liedjesschrijver weet hij te scoren, bijvoorbeeld voor de eerder genoemde Michael J.
James begint zijn carrière bij Revelation Funk. In 1981 wordt hij gescout door Quincy Jones en mag meedoen op diens prijswinnende album The Dude. In 1983 maakt hij zijn debuutplaat It’s Your Night, met daarop ook het catchy Ya Mo B There. Dat nummer is geschreven door Ingram met Quincy Jones, mede-uitvoerder en zingende berggeit Michael McDonald en Rod Temperton, de toetsenist van Heatwave die onder meer ook Thriller en Off The Wall schreef.
Keuze Alex van der Heiden: Ike and Tina Turner – Walk With Me Lord (I Want You To Be My Friend) (1974)
We’re all a part of God’s great big family
We zijn allemaal een onderdeel van Gods grote familie zong Tina Turner uit volle borst. Gezien haar grote hart en vergevingsgezindheid denk ik dat ze het ook echt meende in 1985. Ik vermoed wel dat ze er andere gedachten op na hield dan bij de opnames van het gospelalbum samen met Ike Turner. Iedereen weet hoe ze vastzat in een gewelddadige relatie. Misschien was het lied Walk With Me Lord (I Want You To Be My Friend) van dat gospelalbum wel een wanhopige schreeuw om uit de vicieuze cirkel van geweld te komen.
Eind jaren zeventig vindt Tina Turner haar geloof binnen het Boeddhisme. Verder is zij altijd erg open-minded geweest. Ze sluit haar carrière af met een multireligieus album Children Beyond. Het is van totaal andere aard dan het muzikale gospelhoogstandje uit 1974, waar wanhoop en gospel op een bittere manier samen komen. Maar die stem mensen, die stem! Zo is er toch maar één geweest, soms zo zwoel en dan weer enorm krachtig, maar altijd onmiskenbaar Tina Turner.
Keuze Freek Janssen: Billy Joel – Root Beer Rag (1974)
And the truth, you know, love is all we need
Je kunt Billy Joel gerust een briljant liedjesschrijver noemen. Als je zowel romantische ballades als She’s Always a Woman en Just the Way You Are kunt componeren als pophits van het kaliber Uptown Girl, dan ben je een grote. En dan hebben we het nog niet eens gehad over zijn Top 2000-knaller Piano Man.
Menig pianoman en -vrouw heeft zijn vingers gekneusd tijdens het instuderen van Root Beer Rag. Ik leerde het liedje kennen dankzij mijn zoon. Hij is 16 en slagwerker, zowel niet-melodisch (lees: drummen) als melodisch, en dan het liefst op de marimba. Vorig jaar deed hij met een aantal andere marimbaïsten mee aan een concours, een soort wedstrijd waarin je voor een jury mag spelen en wordt beoordeeld. Dan haal je natuurlijk alles uit de kast. Het ensemble speelde een marimba-bewerking van Root Beer Rag van Billie Joel.
Ik snapte er geen zak van, hoe die jongens dat voor elkaar kregen, met die stokken (vier per per soon) op die houten latjes. Zo snel. En nog synchroon ook.
Root Beer Rag is een ragtime-liedje. Ragtime was een voorloper van de jazz, mega-populair in de eerste decennia van de twintigste eeuw en kwam voort uit honky-tonk. Het is erg dansbaar, er zitten vooral heel veel noten in. Mijn zoon vindt het genre geweldig, speelt veel ragtime op piano (doet ‘ie gewoon ook nog even).
Begin jaren ’70 kwam ragtime weer in de mode dankzij de film The Sting. Dat was overigens niet de reden waarom Billie Joel besloot een ragtime-liedje te schrijven; dat was omdat hij graag de Moog-synthesizer in een liedje wilde gebruiken. Ragtime bleek zich daar uitstekend voor te lenen. Luister maar naar dit interview uit 1994, waarin hij het liedje ook even ten gehore brengt, na het al jaren niet meer te hebben gespeeld.
Root Beer Rag is ongelofelijk knap geschreven. Het is niet alleen een hele hoop noten op elkaar gepropt, Root Beer Rag zit vol met grappige ritmische en melodische trucjes die het buitengewoon vrolijk maken. Ik zelf krijg elke keer een hele grote dikke smile op mijn gezicht van Root Beer Rag. Luister maar eens naar deze liveversie.
Keuze Henkjan Olthuis: Michael Jackson – Earth Song (1995)
We are the ones who make a brighter day so let’s start giving
Op 3 november 2018 zit ik met m’n gezin in de Ziggo, bij een grootse show van André Kuipers. Uiteraard gaat het over ruimtevaart, maar the message is ook ‘we zijn allemaal astronauten op ruimteschip aarde, laten we er alsjeblieft zuinig op zijn’. Als afsluiter van de show zingt Willemijn Verkaaik Earth Song van Michael Jackson, en ik kan geen mooier en passender slot bedenken. Brok in m’n keel.
“What about sunrise? What about rain? What about all the things that you said we were to gain? What about killing fields? Is there a time? What about all the things that you said was yours and mine?”
Tragisch, maar ook mooi: Earth Song was de laatste song die Michael Jackson on stage zong, één dag voor zijn overlijden, tijdens de voorbereidingen voor zijn This Is It tour. Michael schreef dit lied al in 1988 toen hij op tournee was in Oostenrijk. In 1995 kwam het pas op de plaat terecht, vergezeld van een prachtige videoclip die de boodschap ondersteunt. Hij laat de aarde spreken over alle ellende die de mensen haar aandoen, en herinnert ons op spirituele wijze eraan dat de aarde een geschenk van God is.
Keuze Stefan Koopmanschap: Diana Ross – Everything Is Everything (1970)
There’s a choice we’re making / We’re saving our own lives
Als je een super-supergroep hebt, waarin eigenlijk iedereen een superster is, en je moet iemand kiezen om over te bloggen, dan is dat best moeilijk. Of misschien toch niet? Ja, er deden een heleboel fantastische artiesten mee aan We Are The World. Maar wat mij betreft steken er een paar toch wel met kop en schouders bovenuit. Ja, natuurlijk Paul Simon, Dionne Warwick, Bruce Springsteen, Cyndi Lauper en Ray Charles. En natuurlijk is de manier waarop de track geschreven is door Lionel Richie en Michael Jackson fantastisch. En uiteraard is Quincy Jones een held. Maar in dat lijstje staat ook Diana Ross. Ja, dan weet ik het wel.
Diana Ross heeft zo veel moois gemaakt. Bij The Supremes al, maar later solo nog meer. I’m Coming Out, Chain Reaction, The Boss. Wow! Die stem! Maar wat mij betreft moet je iets dieper duiken. Spotify heeft een heerlijke This Is Diana Ross playlist die sowieso de moeite waard is. Maar ook daar vind ik niet de titelsong van het album Everything Is Everything uit 1970. Ja, 8 jaar voor ik geboren werd, werd dit nummer al gemaakt. Het hele album heeft schrikbarend weinig plays, behalve I’m Still Waiting met ruim 11 miljoen streams op het moment van schrijven. En hoewel I’m Still Waiting inderdaad mooi is ben ik toch van Everything Is Everything. Positief, vrolijk, feelgood. Ik weet niet eens meer precies hoe ik het nummer leerde kennen, maar het blijft me bij en is een heerlijk nummer om in de zomer op te zetten, als je toch al vrolijk bent. Of juist in de winter, als je even een zomerse boost moet hebben. Gegarandeerd: na dit liedje ben je weer vrolijk.
Keuze Mersad Rebronja: Dionne Warwick – You’ve Lost That Lovin’ Feelin’ (1969)
Well, send ’em your heart / So they know that someone cares
Dionne Warwick is een meesterlijke zangeres met enorm veel soul in haar heldere stem. In 1969 produceerde ze samen met Chips Moman het album Soulful. Dit was het eerste album bij Scepter dat ze deed zonder Burt Bacharach en Hal David. Destijds zou het haar meest succesvolle album worden. Het is dan ook een belangrijk album in haar discografie. Ze doet vooral covers van soul-, R&B- en pop-soulnummers. Ze laat een nieuwe kant van zichzelf zien, zingt gewaagd en heeft haar instrument volledig onder controle.
De cover van You’ve Lost That Lovin’ Feelin’ van The Righteous Brothers, geschreven door Barry Mann, Cynthia Weil en Phil Spector, vind ik echt geweldig. Dionne wakkert met haar versie nieuw vuur aan in het nummer. Ze stort haar hart uit over het geweldige drumwerk met schitterende vocalen. Deze cover laat zien hoe goed, hoe muzikaal Dionne is. Voor mij is dit de beste versie van het nummer. In Nederland is ze natuurlijk sowieso ondergewaardeerd, en dit is hier al helemaal obscuur.
Keuze Jasmijn Godding: Willie Nelson – Cowboys Are Frequently Secretly Fond Of Each Other (2006)
And their lives will be stronger and free / As God had shown us by turning stone to bread
Hij was slechts 7 jaar oud toen hij zijn eerste liedje schreef. En 83 jaar later, op 90-jarige leeftijd, brengt hij nog altijd nieuwe muziek uit (zoals het nummer The Border, dat vorige week verscheen): ik heb het natuurlijk over (outlaw) country-legende Willie Nelson!
Een getalenteerde, eigenzinnige man met een reportoire waar je u tegen zegt. Hij gooit regelmatig de kont tegen de krib, maar komt tegelijk heel rustgevend en oprecht over. Daarnaast heeft hij zich gedurende zijn carrière veel ingezet voor activisme en goede doelen, waaronder dus We Are The World. Dit alles komt het mooist tot zijn recht in het nummer Cowboys Are Frequently Secretly Fond Of Each Other. Ja, je leest het goed: een country-plaat over LGBTQ+ Cowboys! Compleet met een referentie naar de stereotypische kink-cultuur:
Say, what do you think all them saddles and boots was about?
Het origineel werd geschreven door Ned Sublette in 1981, met de stem van Nelson als inspiratie in zijn hoofd. Willie vond het fantastisch en besloot het nummer in 2006 uit te brengen als steun aan de LGBTQ+ gemeenschap: I thought it was the funniest goddamn song I’d ever heard. I had it on the bus for 20 years, and people would come in and I’d play it. When Brokeback Mountain came out, it just seemed like a good time to kick it out of the closet (Nelson in 2013)
En daarvoor zijn we je dankbaar Willie!
Keuze Willem Kamps: Al Jarreau – Boogie Down (1983)
And so we all must lend a helping hand
Wat doen we met Al? Dat was de vraag die zich aandiende nadat bijna alle zangers met een solo in We Are The World door onze bloggers waren geclaimd. Een inkijkje in de groepsapp gaat me te ver, maar de teneur was inderdaad wat doen we met Al Jarreau? Niemand had behoefte zich over hem te ontfermen. Het leek wel het kiezen van teams bij gymles. Al bleef met Stevie Wonder als laatste op de bank zitten, want wat moest je met hen? Voor Stevie – misschien niet de meest handige vergelijking, een sportteam – was een verklaring. Hij is hier reeds met twee battles geëerd. Maar Al?
Eigenlijk had ik geen trek in WATW. Het was een mooi initiatief, maar daar houdt het voor mij wel mee op. En met Al had ik al helemaal niks. Als ik in de gelegenheid was geweest had ik Al graag vanaf zijn daktuin (ergens in New York, op de 54ste verdieping of zo) naar beneden gekieperd, want wat een vreselijk lied vind ik zijn Roof Garden. Die gelegenheid zou overigens mooi aansluiten bij de door hem gezongen lijn in WATW: …and so we all must lend a helping hand. Nou graag, Al! Hupsakee.
Kijkend naar The Greatest Night In Pop zie je Al ook een beetje verdwaasd en verbaasd rondkijken. Wat doe ik hier? Ik? Mag ík ook een regel zingen!? Echt? Ja Al, dat mag. Maar laat ik Al niet helemaal afbranden, want hij gaf toch maar mooi gehoor aan de oproep van Harry Belafonte en ook heeft hij best leuke nummers gemaakt. Neem zijn Boogie Down, dat niet onder doet voor Blame It on the Boogie van The Jackson 5 of Boogie Nights van Heatwave. Dus wat doen we met Al? Gewoon, lekker boogieën. Geef hem een Helping Hand.
Keuze Renate van Klinken: Bruce Springsteen – If I Should Fall Behind (1992)
We are the world / We are the children
Heb je je ooit afgevraagd waarom Bruce Springsteen op We Are The World klinkt alsof ie een pak scheermesjes heeft ingeslikt?
Toen Springsteen tijdens het plannen van de opnames voor We Are The World werd gebeld of hij mee wilde doen, hield zijn manager Jon Landau de boot af. Hij zou de avond ervoor zijn tour beëindigen en Bruce vliegt normaal niet de dag na een concert. Maar hij voelde zich machteloos over de hongersnood in Afrika, dus stapte hij eerder in het vliegtuig dan gepland. ‘It was a little soon, I normally wouldn’t have done it, but it looked important,’ zegt hij er zelf over in The Greatest Night In Pop. Best bij stem was hij echter niet, maar het is hem vergeven.
Zelf leerde ik Bruce Springsteen pas in 2006 echt goed kennen, tijdens zijn Seeger Sessions Tour. Tijdens zijn concerten in Dublin speelde hij niet alleen nummers van Pete Seeger, maar ook een aantal nieuwe versies van zijn eigen nummers. Waaronder deze versie van If I Should Fall Behind, in duet met zijn vrouw Patti Scialfa. Normaal ben ik geen fan van haar, maar het duet tussen de twee geliefden tilt het nummer naar een hoger niveau. En het arrangement doet de rest, het maakt het publiek bijna onderdeel van de band. Voor mij is dit een ultiem liefdesliedje.
Should we lose each other in the evening trees
I’ll wait for you, and should I fall behind, will you wait for me?
Keuze Erwin Tijms: Kenny Loggins & Cherlene – Danger Zone (2014)
We are the ones who make a brighter day so let’s start giving
Voor mij was het meteen duidelijk over wie ik wilde schrijven: Kenny Loggins. Hier vooral bekend door die ene hit, Footloose, uit die film over een tiener die het opneemt tegen de gevestigde orde in een stadje waar dansen verboden is.
Maar ik associeer Kenny Loggins met iets heel anders. Iets intens grappigs. En dat heeft alles te maken met het nummer dat ik kies. Een van mijn favoriete series is de animatieserie Archer. Over de belevenissen van een niet al te stabiele spion en zijn collega’s. Een running gag in de serie is dat hoofdpersoon Sterling Archer geregeld refereert aan de Danger Zone, een nummer van Kenny Loggins. Dit tot grote frustratie van zijn vrouwelijke collega Lana. De serie is redelijk cult, maar was populair genoeg om Kenny zelf te strikken voor een aflevering. Hij treedt hierin op en speelt het nummer Danger Zone in countrystijl, op de babyshower van Lana. Ook doet hij nog daadwerkelijk mee in het plot van die aflevering. Iets met een koffer vol plutonium of iemands ziel, maar dat moet je zelf maar eens bekijken. Ik kon het zeer waarderen.
Danger Zone dus. Ook weer zo’n typisch jaren ’80-nummer, uit de nog veel grotere eighties-film Top Gun. Vol met de muzikale clichés die in zo’n nummer horen en heel goed werken: de drums, de gitaar, het past allemaal in het plaatje van een bombastische soundtrack bij een blockbuster. Zelf prefereer ik de versie uit Archer.
Keuze Jeroen Mirck: Steve Perry – Foolish Heart (1984)
There’s a choice we’re making / We’re saving our own lives
Verslaafd is misschien een groot woord, maar ik heb het afgelopen jaar eindeloos zitten kijken naar fragmenten van artiesten die tijdens The Greatest Night in Pop met bloed, zweet en tranen die ene zin perfect op tape probeerden te krijgen. De docu vat het samen, maar de integrale opnames (te vinden op YouTube) zijn misschien nog wel fascinerender. Werkelijk álle takes van de zwoegende Bob Dylan (au!) en het complete ketting-incident met Cyndi Lauper – het is volop smullen.
Temidden van alle chaos is er echter één man die er met kop en schouders bovenuit steekt, die onverstoorbaar telkens weer opnieuw zijn passage noot voor noot perfect weet te zingen. Ik heb het over Steve Perry, de rockzanger van Journey met de gouden stem. Nu heb ik persoonlijk weinig met de glamrock van Journey (al blijft Don’t Stop Believin’ een onbedaarlijke Top2000-kraker), maar het solowerk van Perry is uitermate sympathiek – hoe unverfroren eighties het ook moge klinken.
Een nummer waarin de veelzijdigheid van Perry’s stem goed doorklinkt is Foolish Heart, de vierde single van zijn solodebuut Street Talk uit 1984. De rocker blijkt zijn hand niet om te draaien voor een lekker mopje zwoele R&B. Tijdens het refrein komt zijn handelsmerk langs wanneer zijn stem schijnbaar moeiteloos een paar octaven omhoog schiet. Zangcoaches roemen niet voor niets de souplesse van zijn fabuleuze stem. Die souplesse kennen we ook allemaal uit We are The World. Niemand zingt zo gloedvol There’s a choice we’re making, we’re saving our own lives.
Keuze Marcel Klein: Daryl Hall & John Oates – She’s Gone (1973)
It’s true we’ll make a better day / Just you and me
Ook ik heb met veel plezier de documentaire over dit bijzondere project zitten kijken. Het geeft een fantastisch mooi inzicht in karakters, maar ook in het tot stand komen van dit iconische nummer. Daryl Hall komt niet zo uitgebreid aan bod in de docu, maar had wel een mooie bijdrage die erg goed klonk. Bij het kiezen van een liedje van de beste man kon ik alleen niet om John Oates heen. Samen maakten ze toch betere muziek dan solo, een mooi voorbeeld van 1+1=3. Bij Hall moet ik daar overigens wel één uitzondering op maken. Zijn album Sacred Songs uit 1980 met Robert Fripp is wel echt goed. Daar moet ik nog maar eens een aparte bijdrage over maken.
Ik richt mij nu dus op het duo Darryl Hall en John Oates. Over het algemeen zijn de hits wel bekend en zijn de albumtracks een stuk minder, maar mijn kennismaking met de heren kwam toen ik (toen ik net mijn eerste pick-up kreeg) van een oom een stapeltje platen kreeg. Daar zat een verzamelalbum bij (Rockin’ Easy) waar heel wat goede nummers op staan, waaronder She’s Gone van dit duo.
Hun eerste albums in het begin van de jaren zeventig waren nog een beetje een allegaartje. Ze zochten nog naar hun stijl. Folk, soul, pop, singer-songwriter. Alles door elkaar heen. Niet altijd even goed, maar daartussen zat wel dit nummer. Ingetogen, spannend, emotioneel, pijn, verdriet. Alles wat zo’n nummer nodig had. Dit is zo’n nummer dat al mijn hele muzikale leven meegaat en wat mij betreft het beste is van Darryl Hall (en John Oates).
Keuze Halbe Kroes: Huey Lewis & The News – The Heart Of Rock And Roll (1984)
But if you just believe / There’s no way we can fall
In 1984 heeft de band net hun succesalbum Sports uitgebracht. Hierop staat onder andere de grote hit I Want A New Drug en ze winnen er zelfs een aantal Grammy’s mee. De grote klapper Power Of Love moet dan nog komen. Een grote speler op de Amerikaanse muziekmarkt op dat moment dus.
Ik heb zelf echt een zwak voor de jaren ‘80-rock waarin synths en saxofoon een prominente rol spelen. The Power Station’s Some Like It Hot, Glenn Freys The Heat Is On, J. Geils Band met Freeze-Frame, dat soort werk. Je ziet, mede door bijbehorende films natuurlijk, de Sunset Boulevard voorbij glijden. Cruisin’ down the strip to see some girls. Iets wat in het klein op Scheveningen ook veel gebeurt, met je Cadillac Cabrio testosteron showen. Ook al heb ik zelf die behoefte absoluut niet trouwens.
Huey Lewis & The News maakten muziek die tot dan toe ook op die manier tot stand gekomen was. Redelijk onschuldig en niet diepgravend, een hoog man-vrouw-liefdesliedjes gehalte. Met zijn teksten zal hij nimmer in aanmerking komen voor een Nobelprijs, zoals Dylan. Lewis is ook niet de begenadigde muzikant zoals Stevie, Ray of Quincy dat zijn. En zal ook niet kunnen dansen zoals Tina of Michael.
Toch komt Huey samen met zijn News volop in actie tijdens de opnames van We Are The World. Sterker nog, de rol van de leadzanger wordt zelfs een solo. Prince was uitgenodigd door Richie en Jackson en was zelfs in de buurt ten tijde van deze memorabele nacht. Sheila E. werd zelfs ingevlogen om een kans te behouden dat Prince mee zou doen. Hij zou na Michael Jackson mogen zingen. Toen bleek dat dit echt niet het geval ging zijn, mocht Huey zijn best doen. Ik heb bewondering voor de manier waarop hij zijn solo gewoon doet. De grote Michael Jackson, die 8 jaar jonger was, helpt hem de worsteling te doorstaan. En je ziet de zweetdruppels in de veel genoemde docu tegen het beeld druppen.
Ik ben blij dat Huey Lewis & The News tussen de sterren mocht schitteren. De anderen om hun heen zullen miljoenen albums meer verkopen, maar zij staan er toch maar mooi. In The Heart Of Rock And Roll.
Keuze Quint Kik: Cyndi Lauper – She Bop (1983)
Well, well, well/ Let us realise, oh, that a change can only come
Ze wierp zichzelf op als koningin van de freaks. Op haar debuutalbum She’s So Unusual prijkt Annie Leibovitz’ iconische foto van Cyndi Lauper: een bos oranje haar gehuld in tenue-de-kringloopwinkel. Tijdens de opnamen van haar solo voor We Are The World stuitten de technici op een onverklaarbaar geluid op de achtergrond. Haar overdadig rinkelende bijou-de-bling bleek de stoorzender te zijn.
Ten onrechte zou je Cyndi Lauper kunnen verslijten voor een typetje. Dat malle buurmeisje, waar je je vroeger geen raad mee wist. Haar doldwaze videoclips waren een vaste waarde op MTV. Daarvoor liet ze onder meer haar echte moeder en vriendje opdraven. Vader werd gespeeld door showworstelaar Captain Lou Albano, de nasleep van een door haar manager bedachte PR-stunt.
Die malligheid leidde af van een ster die van meet af aan streed voor haar carrière, waarbij ze eerst nog de nodige tegenslagen moest overwinnen: een manager die haar op persoonlijke titel failliet liet gaan, een cyste op haar stembanden en dan mocht ze voor haar debuut aanvankelijk niet eens zelf de muziek schrijven. Ze moest het doen met covers en nummers van begeleidingsband The Hooters.
Toen het album grotendeels in de verf stond, werkten de frontlieden van die band samen met haar aan een paar kneiters van hits: het voor een Grammy genomineerde Time After Time bijvoorbeeld en ook de derde single She Bop: een gekscherende ode aan masturbatie. Een interview van Lauper met sekstherapeute dokter Ruth bezorgde het nummer een plek tussen de Filthy 15 van senatorsvrouw Tipper Gore. Van trekken word je doof. Of blind: check de musical-achtige finale van de videoclip.
Gelukkig waren de initiatiefnemers achter USA For Africa beslist niet blind voor Cyndi’s talent!
Keuze Guido de Greef: Kim Carnes – Bette Davis Eyes (1981)
When we
Twee woorden. Ik heb de videoclip erop teruggekeken, maar Kim Carnes zingt exact twee woorden solo in We Are The World. Voor de rest wordt haar bijdrage overstemd door Huey Lewis, maar vooral Cyndi Lauper, zoals altijd op orkaankracht.
Maar Carnes’ stem als schuurpapier is niet te missen. Die stem leverde de zangeres in 1981 een megahit op met Bette Davis Eyes, dat negen weken op nr. 1 stond in de Billboard Hot 100. Met dank aan haar toetsenist Bill Cuomo: hij transformeerde het van oorsprong honkytonkliedje (geschreven door Jackie DeShannon) dankzij een slimme synthesizerlijn tot newwavehit. Carnes en DeShannon wonnen er diverse Grammy Awards mee.
Het bleek onmogelijk het succes van Bette Davis Eyes te evenaren. Carnes scoorde nog een handvol hits, maar kwam niet meer in de buurt van de bovenste regionen van de Billboard Hot 100. Na 1985 droogde de stroom hits definitief op. Ze vertrok naar Nashville en richtte zich op de countrymarkt.
Daarmee waren die twee woorden Carnes’ laatste wapenfeit aan het hitfront. Veelzeggend dat ze op We Are The World wordt overschreeuwd door Lauper, die een nieuwe generatie van zangeressen aankondigde.
Keuze Kees de Boer: Bob Dylan – Blind Willie McTell (1983)
(ad lib) There’s a choice we’re making / We’re saving our own lives / It’s true we make a better day /Just you and me
Striptekenaar/kinderboekenmaker Kees de Boer over Bob Dylan: “Ik had nog nooit van Blind Willie McTell gehoord tot een buurman me een cassettebandje gaf met daarop een outtake van Bobs plaat Infidels getiteld Blind Willie McTell. Een van Bobs mooiste nummers. Een aangename verrassing, want ik dacht dat ik zijn songbook inmiddels wel redelijk goed kende. Niet dus. Later verscheen de Bootleg Series Volume 1-3 met daarop dit nummer en nog heel veel meer moois. Bob kan me beter over zijn helden vertellen dan over de wereld.”
Keuze Leendert Douma: Ray Charles and the Blues Brothers– Shake A Tail Feather (1980)
(ad lib) There’s a choice we’re making / We’re saving our own lives / It’s true we make a better day /Just you and me / Come on now, let me hear ya
Wat lekker om al die R&B-grootheden te horen voorbijkomen. Maar geeneen heeft zoveel soul in zijn of haar donder als ome Ray alleen maar in zijn pínk! Voor het bewijs hoeven we niet eens zover terug: naar 1980 om precies te zijn, toen de blinde zanger-pianist een rolletje speelde in de Blues Brothers-film. (Net als James Brown, Aretha Franklin, Cab Calloway en John Lee Hooker overigens.)
In de film is Ray Charles eigenaar van een instrumentenwinkel. Om te bewijzen dat er echt nog wel ‘action’ zit in een tweedehands keyboard, kruipt ‘ie erachter. Zie die handen gaan over de toetsen! En dan – kippenvel – begint ‘ie te zingen. I heard about the fella you’ve been dancing with / All over the neighborhood / So why didn’t you ask me, baby? / Didn’t you think I could?… Die stem! Die intonatie! Die power! Dit is soul/rhythm ’n blues in optima forma. De Blues Brothers-band (half Booker T. & The MG’s en half Blood, Sweat & Tears) schiet ook in actie. En vervolgens neemt Ray Charles allerlei dansjes door: de twist, de loop-de-loop, de duck, de bird, watusi en natuurlijk shake-a-tail-feather. De hele buurt danst mee, met uiteraard de broers Joliet Jake Blues (John Belushi) en Elwood J. Blues (Dan Aykroyd) voorop. Hier word je zooo blij van. En wat zijn die close-ups van Ray Charles mooi, met die spiegelende zonnebril.
Leuk trouwens dat vijf jaar later ook Dan Aykroyd rondstapt in The Greatest Night In Pop, niet als Blues Brother maar in de hoedanigheid van Ghostbuster. John Belushi is dan helaas al overleden. Hij stierf in 1982. Van soul-, blues- én countrylegende Ray Charles hebben we mogen genieten tot 2004. Hij werd 73 jaar oud.