Een zolderkamertje op de Buys Ballotstraat, Utrecht. Gelegen aan een in onbruik geraakt goederenspoor, dat in die tijd dienst deed voor plezierritjes met de stoomlocomotief van het nabijgelegen Spoorwegmuseum. In het voorjaar van 1997 volgde ik bij Maarten van Rossum het doctoraal werkcollege De Culturele Invloed van Televisie op de 20ste eeuw. Via een krantenartikel waarin een Servisch bergdorp werd vergeleken met Twin Peaks stuitte ik op het onderwerp voor mijn paper. Een baanbrekend stukje televisiegeschiedenis, waarvoor Mark ‘Hill Street Blues’ Frost en cultregisseur David Lynch verantwoordelijk waren. De blauwdruk voor Twin Peaks was Lynch’ naargeestige, psychologische thriller Blue Velvet (1986). Zowel het typische late jaren 50-sfeertje als hoofdrolspeler Kyle MacLachlan werden getransplanteerd van het broeierige zuiden naar het kille noorden, nachtclubzangeres Isabella Rosellini werd ingeruild voor de engelachtige Julee Cruise.

Afgelopen juni ontviel die laatste ons op 65-jarige leeftijd. Op de golven van de twee seizoenen Twin Peaks die in 1990 en 1991 op de Nederlandse televisie te zien waren, wist Cruise met hulp van componist Angelo Badalamenti en cultregisseur David Lynch tot twee keer toe de Top 20 te halen met haar visitekaartje: het etherische Falling. Haar verbintenis met de heren dateerde echter al van daarvoor: nadat het niet gelukt was om voor Blue Velvet de rechten te zekeren van This Mortal Coil’s cover van Tim Buckley’s Song To The Siren (iets dat overigens tien jaar later wel lukte voor Lynch’ Lost Highway), vroegen zij Cruise om dan maar een nummer van hun hand voor de film op te nemen: Mysteries Of Love. Dit beviel zo goed, dat zij een heel album volschreven voor Cruise: Floating Into The Night (1989). Een instrumentale versie van het nummer Falling verscheen een jaar later achter de openingscredits van Twin Peaks en drukte onmiskenbaar een stempel op de ziel van de serie.

Op dat Utrechtse zolderkamertje bingde ik alle 30 episodes, zodat mijn paper op tijd af zou komen. De pilot en de eerste zeven bloedstollende afleveringen hielden het Nederlandse kijkerspubliek in hun greep. Uit de spaarzame literatuur die ik ernaast las, begreep ik dat fans niet uitgepraat raakten over de diepere betekenis achter al die buitenissigheden die in de serie opdoken: een FBI-agent met door boeddhisme ingegeven onderzoeksmethoden en een voorliefde voor kersentaart en zwarte koffie; een vrouw die rond sjokte met een blok hout dat aanwijzingen communiceerde over de vermoorde Laura Palmer, reuzen en dwergen die in visioenen verschenen en kwade geest Bob die bezit nam van argeloze inwoners van het 51.201 zielen tellende stadje en hen aanzette tot gruwelijke daden.

Na het 1ste seizoen volgde een 2de, met drie keer zoveel afleveringen. Lynch verloor zich ietwat in de plot: de serie verzandde in soapy terzijdes, met een onverwachte stunner van een slotaflevering, eindigend in de metafysische Black Lodge (een soort onderwereld waar iedereen achterstevoren praat en naast de vermoorde Laura ook de FBI-agent verzeild raakt en niet meer weg komt). Een belangrijke constante bleef de muziek: Badalamenti’s stemmige, jazzy instrumentaaltjes zoals Audrey’s Dance en Dance of the Dream Man (dat hier al eens werd besproken) en Julee Cruise, die halverwege de serie in een sleutelepisode mocht komen opdraven om te zingen in de Roadhouse bar, net nadat de reus It is happening again heeft verkondigd en de oplossing van de moord aanstaande is. Anders dan een collegablogger oordeelde, vind ik Falling Twin Peaks ten voeten uit; de eerste tonen en Julee Cruise’s half gefluister doen me steevast terug verlangen naar het goederenspoor aan de Buys Ballotstraat.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.