Ik was even terug in mijn gabbertijd. Met duizenden kale koppen onder hetzelfde dak synchroon uit je plaat gaan op die beukende beat. Opgesteld in lange rijen en hakken tot je erbij neervalt. De sfeer, de saamhorigheid, wij tegen de rest… Exact dát gevoel bekroop me weer even toen ik de clip van Witch Doctor van De Staat zag. Heerlijk! En zo héél ver van de hardcore stond het eerlijk gezegd óók niet af. Want die knallende drums waren duidelijk geïnspireerd op de muziek die halverwege de jaren ’90 de boventoon voerde in mijn leven.
Maar goed, het blééf nauurlijk De Staat. De hemel in geschreven door critici die niet mijn taal spraken en kind aan huis op zenders die niet mijn platen draaiden. Ik zag het dan ook als een incidentje, een toevallige samenkomst van muzikale elementen die mijn gehoor eenmalig hadden doen opfleuren.
Totdat ik in de eerste maanden van de lockdown besloot mijn muzikale horizon te verbreden en wat vaker een alternatieve radiozender opzette. Ik leerde in korte tijd veel nieuwe muziek kennen. En ik werd elke keer weer éxtra blij als ik dat kenmerkende ritme van die ene plaat hoorde instarten: Kitty Kitty.
Juist! Van De Staat. Héél anders dan Witch Doctor, maar opnieuw pakte het mij. De slepende beat, de spannende opbouw… Een aangename aanvulling op mijn toch al zo lange lijstje met favoriete nummers, die tot mijn vreugde óók nog eens een plek hoog in de Snob 2000 heeft weten te bemachtigen. En opnieuw met zo’n geweldige clip.