Muzikaal gezien was het weer, zullen we maar zeggen, bijzonder dit jaar. Billie Eilish was dé belofte, ‘we’ wonnen weer eens een songfestival (met een aardig liedje) en Old Town Road was natuurlijk dé anthem van 2019 (en niet Merol, 3Voor12).
Maar hey, wij doen natuurlijk alleen aan ondergewaardeerde liedjes. En die waren er ook weer genoeg.
Keuze Tricky Dicky: Mouth – Coffee
Ristretto
Zet een pistool tegen mijn hoofd en laat me een keuze maken tussen alcohol of koffie en ik kies het laatste. Ik moet er niet aan denken dat ik ’s ochtends geen lekkere en sterke bak heb om het oude lijf in startmodus te krijgen. Maar ook later op de dag en na het avondeten. Rot maar op met je vele theesmaakjes. In mijn jonge jaren was ik de hele dag op pad om bedrijven te bezoeken, maar na een aantal maanden weet je exact waar ze vieze doorgekookte koffie serveren en waar er prijs gesteld wordt op een lekkere bak pleur. Het verschil tussen een kort gesprekje én het afslaan van een kop slootwater of een goed gesprek met overeenkomstige afspraken. In mijn boekje zegt het iets over de ondernemer wanneer hij doorgekookte bittere koffie durft te schenken. Gebrek aan betrokkenheid en aandacht voor de klant en waarschijnlijk ook het product en het personeel.
Mijn keuze voor de 2019-battle is dus koffie, maar dan van het Krautrockerstrio Mouth uit Keulen. Sinds 2000 maken ze progrock gebaseerd op de muziek uit 1972. Een vet geluid met invloeden van Yes, Genesis, Gentle Giant, Soft Machine, Hatfield & The North en (ongetwijfeld als geintje) James Last. Duitsers en humor…. In 2009 kwam hun debuutalbum Rhizome uit en tegelijkertijd verliet Nick Mavridis de band om een jaar later terug te keren. In 2012 vertrok bassist Jan Wendler en werd opgevolgd door Gerald Kirsch.
Pas in 2016 kwam de opvolger (Vortex) op het BluNoise Records-label, maar vlak daarna overleed hun manager waardoor ze besloten over te stappen naar een ander platenlabel (Tonzonen) waar twee jaar later Floatin’ het levenslicht zag. Wederom bijzonder positieve reacties op hun retro-geluid, maar vlak na de release overleed Kirsch. Ze brachten als een eerbetoon nog een live-album uit onder de naam Live ’72 om nogmaals hun voorkeur voor de ‘oude’ muziek te benadrukken.
Normaal gesproken – na zoveel tegenslag – zou het niet ondenkbaar zijn dat de geest uit de fles is, maar Mouth zocht en vond een nieuw bandlid en begonnen weer met optreden gevolgd door dit jaar de magistrale EP Past – Present – Future. Drie nieuwe tracks en een alternate mix van een publiekslieveling (Into The Light) uitsluitend op rood vinyl. Het openingsnummer Coffee is een combinatie van alle eerdere vermelde bands, maar persoonlijk vind ik ze heel dicht bij het schromelijk onderschatte Atomic Rooster komen. Geen gewone koffie, maar een lekkere ristretto voor de liefhebbers.
Keuze Alex van der Heiden: The Naked Sweat Drips – The Healing
Troost, melancholie, verdriet, pijn en heling
The Naked Sweat Drips hebben in 2019 een prachtig album afgeleverd met de titel Pain In Healing. Ik weet niet wat ik muzikaal gezien van dit album moet vinden, maar na één keer luisteren doet dat er ook helemaal niet toe. Eens in de zoveel tijd komt er muziek uit die je treft, diep treft in je ziel in dit geval. De muziek van deze elpee en in het bijzonder de titelsong The Healing gaan door merg en been. Je hoort de pijn van deze muzikanten die afscheid moeten nemen van hun vriend en bandlid Kristian. Tegelijkertijd hoor je vriendschap en troost terug op dit album en dat resulteert in The Healing. Dat is waar muziek voor bedoeld is.
Kristian aan wie het album is opgedragen doet zelf nog mee op dit album. Niet op gitaar, het instrument dat hij aanvankelijk bespeeld, maar op toetsen. Dit omdat hij door zijn hersentumor niet meer in staat was gitaar te spelen. We luisteren dus naar een aan Kristian aangepaste band en dat maakt het album nog intenser.
Deze muziek zo oprecht en zo puur is afgelopen jaar veel te weinig gehoord op de radio. Zelfs op Kink heb ik nauwelijks iets voorbij horen komen, getuige ook de ‘longlist’ die is verschenen om te stemmen voor de Playlist Of The Year 2019 van Kink. Dan maar op de eigen platenspeler en ik raad iedereen die deze band nog niet beluisterd heeft, om vandaag nog Spotify af te stemmen op The Healing. The Healing geeft alles dat je nodig hebt aan troost, melancholie, verdriet, pijn en heling.
Op de YouTube clip zien we Kristian op toetsen en het zal één van zijn (misschien zijn laatste?) optredens zijn. De vocalen van zanger Stefan Kollee raakt je tot op het bot.
Keuze Danny den Boef: Rammstein – Deutschland
Het schuurt
De beste plaat van het jaar kiezen is een haast onmogelijke opgave, want wat is nou ‘het beste’? Een plaat die je veel gedraaid hebt? Een plaat van je favoriete band of artiest? Een grote hit? Het is lastig. Ik ben gegaan voor gevoel. Welke plaat heeft me nou echt iets gedaan dit jaar? Ik kwam eigenlijk direct uit bij één nummer. Met dikke hoofdletters trok hij voorbij: Deutschland.
We hebben het inderdaad over de Duitse band Rammstein. De uitvinders van het door hunzelf benoemde genre Tanzmetall gaan al sinds 1994 mee. In die 25 jaar zijn ze wereldberoemd geworden, iets dat best bijzonder is. Allereerst is het genre niet direct een allemansvriend, en men zingt in het Duits. Het heeft niets uitgemaakt. Rammstein ging de wereld over. Ze hielden vast aan hun principes en weigerde te buigen om ‘het zoveelste Amerikaanse product’ te worden. Ze hebben altijd hun eigen plan getrokken, en daar wringt het voor velen. Voor mij maakt het de band juist zo interessant. Rammstein buigt niet voor controverses. Ze bezingen zaken waar andere met een grote boog omheen lopen. Ze zijn vaak humorvol, keihard en maatschappijkritisch. Ze weten precies te prikken in wonden die grote groepen mensen omhoog doet schieten van woede en paniek. Vaak is dat het signaal dat je op de juiste plekken drukt.
Al die jaren is Rammstein vaak weggezet als een stel neonazi’s, terwijl ze dat zelf altijd zeer hard ontkennen en tegenspreken. Het beeld dat ze vaak zelf creëren en waarmee ze op een dunne lijn lopen van het toelaatbare, heeft altijd die kritische ondertoon. Neem bijvoorbeeld nummers als Links 2-3-4, Mein Teil, Amerika, Spring en Pussy. Mensen schieten in de stress. Zelfs landen. Wit-Rusland heeft de band in 2010 zelfs tot staatsvijand uitgeroepen door de Maatschappelijke Raad van Zeden. Rammstein voert namelijk propaganda voor ‘geweld, masochisme, homoseksualiteit en andere tegennatuurlijkheden’. Stel je toch eens voor.
Ik keek daarom ook zeer uit naar nieuw materiaal dat dit jaar na een lange sabbatical eindelijk volgde. Er kwam zelfs na 10 jaar een aankondiging voor een nieuw album. Rammstein was weer terug. Ook was daar een nieuwe single genaamd Deutschland. Het was weinig verhullend.
Toen het nummer uitkwam, inclusief een 9 minuten durende soort mini-film als clip, ben ik direct gaan kijken, niet wetend wat te verwachten. Na 9 minuten bleef ik ademloos achter. Het nummer kwam aan als een mokerslag. De clip, de onderwerpen, de muziek maar met name de tekst. Het kwam keihard aan. Rammstein ging in volle vaart door de Duitse geschiedenis en schuwde daarbij niets. De middeleeuwen, de tweede wereldoorlog, de ondergang van de Hindenburg, de RAF, de Stasi en de Holocaust, het kwam allemaal voorbij. Met name die laatste was een nationale open wond waar de band midden in ging staan. Men roerde bruusk met de vingers in de pijn van de natie.
Du (du hast, du hast, du hast, du hast)
Hast viel geweint (geweint, geweint, geweint, geweint)
Im Geist getrennt (getrennt, getrennt, getrennt, getrennt)
Im Herz vereint (vereint, vereint, vereint, vereint)
Duitsland is een geweldig land. Ik hou zielsveel van Duitsland. Het is mijn favoriete land. Maar het heeft een immens complexe geschiedenis. Met name de tweede wereldoorlog is een litteken dat nog steeds niet volledig is geheeld. Zelfs de jongere generaties weten niet precies wat te doen met dat gevoel. Want kun je trots zijn op een prachtig land als Duitsland dat slechts relatief kort geleden enkele van de meest zwarte bladzijden uit de recente geschiedenis op haar geweten heeft? Hoe kun je daar ooit mee omgaan? Het is een pijnlijk taboe dat, geheel op z’n Duits, het liefst zwijgzaam en in stilte moet worden verwerkt. De laatste jaren wordt daar een beetje mee gebroken en probeert men daar opener mee om te gaan. Langzaam en met kleine stappen. En toen was daar Rammstein met Deutschland.
Niet alleen in beeld maar ook in tekst rukt men de wonden weer open en dwingt een ieder het beest in de bek te kijken.
Deutschland – mein Herz in Flammen
Will dich lieben und verdammen
Deutschland – dein Atem kalt
So jung – und doch so altMan kann dich lieben (du liebst, du liebst, du liebst, du liebst)
Und will dich hassen (du hasst, du hasst, du hasst, du hasst)Deutschland – deine Liebe
Ist Fluch und Segen
Deutschland – meine Liebe
Kann ich dir nicht geben
Deutschland!
Van een prachtig land willen houden maar dat ergens niet kunnen. Trots en haat, een vloek en een zegen, slechts gescheiden door een pijnlijk dunne lijn. Dat gevoel, dát gevoel van een hele natie, dat was nog niet eerder zo direct uitgesproken door een grootheid, in dit geval in de vorm van Rammstein.
Uiteraard was er veel te doen om het nummer en met name de clip. Men misbruikte de Holocaust voor marketingdoeleinden aldus enkele Joodse organisaties. Er werd een grens overschreden. En hoewel dat ergens te begrijpen is, zit de pijn hem met name in de schok die het teweegbracht gok ik. Niet eerder was een Duits gezelschap zo hard en direct in het vertellen van de pijnlijke onderdelen van de vaderlandse geschiedenis. En dat schuurt.
Het heeft mij diep, diep ontroert. Zelfs voor mij, geen Duitser maar wel met een grote liefde voor het land, de mensen en de cultuur, kwam het binnen. De eerste paar keer heb ik met natte ogen en huizenhoog kippenvel zitten luisteren. En dat heeft geen één ander nummer dit jaar voor elkaar gekregen. Voor mij de reden om dit nummer als beste van het afgelopen jaar naar voren te schuiven.
Keuze Remco Smith: Operators – Faithless
Of er nog wat op het spel stond
Een crew van zeker veertig man. Twaalf vrachtwagens met opleggers voor de lichtshow. Een limousine voor ieder bandlid. En een manager die er voor zorgt dat er bijvoorbeeld acht flessen van de duurste champagne en een grote bowl met alleen maar blauwe M&M’s in de kleedkamer staan. En na ieder optreden weer een miljoen op je bankrekening. Je zou haast zeggen dat dat het echte Rock’n Roll leven is tegenwoordig.
Liefhebbers van ondergewaardeerde liedjes weten natuurlijk wel beter. Voor menig bandje is een tour bikkelen. Keihard werken. Geen roadies. Geen crew. Zelf de instrumenten neerzetten en stemmen. Geen M&M’s of champagne. En dan maar hopen dat er genoeg mensen komen kijken om in ieder geval de kosten er zo veel mogelijk uit te halen.
Dan Boeckner is naar verluidt in Canada best een grote. Hij is één van de zangers en gitarist van Wolf Parade, in Canada in de divisie net onder Arcade Fire. Het optreden van Wolf Parade tijdens Best Kept Secret in 2016 was niet minder dan een openbaring. Daarnaast houdt Boeckner er nog wat projecten op na, onder andere met Britt Daniels (Spoon) in Divine Fits. In 2019 stond zijn naam opeens in de agenda van Rotown. Bij de band Operators. Voor de luttele som van € 12,50. Uit nieuwsgierigheid ben ik gaan kijken. Bij het voorprogramma stond net veertig man maar ja, dat is wel vaker met een voorprogramma. Het zal zo wel vol lopen.
Nou nee dus. Het toch al niet al te grote Rotown was denk ik voor een derde gevuld. Honderd / honderdvijftig man. Meer was het niet. En daar kom je dan voor uit Canada. Boeckner leek oprecht blij met iedere man en vrouw in het publiek. Hij speelde of hij het publiek nog voor zich te winnen had. Of er nog wat op het spel stond. Met een dik uur was het voorbij maar Operators maakte in dat uur, met fabelachtige visuals, een verpletterende indruk. De muziek van The Operators? Als basis echte goede liedjes. Balancerend op het randje van de rock, lekker rauw, maar duidelijk geënt op de elektronische muziek van begin jaren ’80. Kraftwerk, New Order. Ook een beetje LCD Soundsystem.
Operators bouwden zelf het podium op en weer af. Verkocht zelf na het concert shirtjes en vinyl. En maakte met diverse mensen een praatje na de show. Met oprechte dank dat wij, het publiek, zijn komen kijken. Dat is pas Rock’n Roll. Operators heeft voor mij één van de beste concerten van 2019 gegeven en Faithless is de song van het jaar.
Een ideaal filmpje is er niet. Deze komt er nog het dichtste bij, vanwege de geweldige visuals, de overgave van de Boeckner en de übersexy toetsenist. Andere YouTube-filmpjes hebben daar net niet genoeg beeld van. Het blijft dan wel qua geluid een klein beetje behelpen. Andere filmpjes die qua geluid beter zijn scoren dan weer op de andere zaken minpunten.
Keuze Alex van der Meer: Caroline Polachek – Door
Caroline Yes
Dit jaar kwam het debuutalbum uit van Caroline Polachek, Pang genaamd. Voor mij een verrassend mooi debuut; het album is een schot in de roos. Ik kende Polachek voorheen niet, maar ik ontdekte dat ze al jaren actief was. Zo had ze No Angel al geschreven en geproduceerd – een heel fijn nummer van Beyoncé – alsmede tracks voor Charli XCX, Solange, en Travis Scott. Verder was ze 12 jaar lang onderdeel van de band Chairlift en heeft ze gewerkt onder de namen CEP en Ramona Lisa. Polachek is dus alles behalve een onervaren debutant; er is nog zat andere muziek te vinden van haar. Mooi, zou ik zeggen, want Pang smaakt zeker naar heel veel meer.
Polachek maakt onder haar eigen naam electropop. Maar deze omschrijving is wat beperkt. Ondanks de elektronische instrumentatie is het geluid regelmatig heel warm en weet ze met haar songstructuren en haar stem de emotie aan te spreken. Pang is een album met veel gevoel en sfeer. Soms lijkt het alsof je je in een droom voortbeweegt. Het nummer Door – de eerste single van het album – is een zeer mooi voorbeeld daarvan.
You open the door
To another door, to another door
To another door, to another door
And I’m running through to you
Door is door en door prachtig en blijft continu in je kop zitten. Het is absoluut één van de meest gedenkwaardige tracks van het jaar. Caroline Polachek is dus een naam om te onthouden. Dat heb je wellicht nu wel…. in de gaten.
Keuze Marco Groen: Tool – Invincible
Moeilijke muziek
Miyamoto Musashi was een onoverwinnelijke ronin (een samoerai zonder vaste werkgever) in het 17de-eeuwse Japan. Een man bij wie het woordje nederlaag niet in het woordenboek voorkwam. Dit was mede te danken aan de onorthodoxe vechtstijl van de krijger. Zo gebruikte Musashi niet een, maar twee zwaarden om zijn tegenstanders in de pan te hakken. Ook het gebruik van de rest van zijn lichaam als wapen (hoofd, elleboog) werd niet geschuwd. Op latere leeftijd heeft hij hier een boekje over geschreven: Go Rin No Sho, wat zich het beste laat vertalen als Het Boek Van Vijf Ringen. Een ware bestseller. Zelfs heden ten dage gebruiken veel Japanse managers het werk als leidraad voor hun werk en carrière. Zo kan het dus gebeuren dat onorthodoxe methodes ongekend populair kunnen worden.
In diezelfde lijn zou je de band Tool kunnen bezien: behoorlijk onorthodox, doch zeer serieus genomen door mensen die de moeite hebben genomen om deze soms wat labyrintische muziek te ontrafelen. Net zoals Musashi is Tool niet zo gemakkelijk in een hokje te duwen; de band volgt een geheel eigen lijn, dient geen enkele heer (platenmaatschappij) en er hangt een constante zweem van mysterie over de club van Maynard James Keenan. Die laatste lijkt qua benaderbaarheid ook wel iets te hebben van een chagrijnige samoerai met een veel te scherp zwaard: het is gewoon iets waar je liever niet te dichtbij komt. Wat dat betreft lijkt het nummer Invincible niet helemaal uit de lucht te zijn gevallen. Tekstueel gaat het namelijk over een oude krijger die er moeite mee heeft om relevant te blijven. Dit terwijl hij zelf het onwrikbare geloof heeft dat hij onoverwinnelijk is. Het zou dus over de band (of Maynard) kunnen gaan. Dertien jaar lang heeft men immers weinig tot niets van zich laten horen. Meer dan tien jaar klonk de belofte van een nieuw album. Wat doet dat met iemand? Hoe zou dat gaan wanneer dat album eindelijk echt uitkomt? Doet men er nog wel toe? In dertien jaar tijd kan er namelijk veel gebeuren; de muzieksmaak van mensen kan evolueren, een nieuw generatie muziekliefhebbers komt om de hoek kijken…. What a drag to see an old bag keep sweatin’ ‘n fakin’ for a comeback (Urban Dance Squad), zou een bijbehorende gedachte geweest kunnen zijn.
Maar niets van dit alles! Het album Fear Inoculum kwam uit en zelfs een prijskaartje van € 120 weerhield veel mensen er niet van om blind dit langverwachte werk te kopen. Concerten waren in een mum van tijd uitverkocht en tijdens deze concerten lieten de heren duidelijk merken dat ze nog wel degelijk zeer relevant zijn. Dit tot schok van Taylor Swift-fans, die opeens hun afgod van de troon van de Billboard 200 gestoten zagen worden, door een – voor hen – volslagen onbekende band. Een grote campagne was overbodig; het bericht dat er een nieuw album aankwam en men ging toeren was genoeg. Niet dat dit überhaupt gebeurd was: de meeste Nederlandse radiostations zijn simpelweg totaal niet geïnteresseerd in wat moeilijke muziek. Hapklare brokken kan je wat makkelijker verkopen aan ‘de doelgroep’. Dat het Tool lukt om door marketingstrategieën opgeworpen muren te breken is veelzeggend. De heren lijken inderdaad Invincible te zijn, een nummer dat tevens een van de vlaggenschepen van het album is. In de Amsterdamse Ziggo Dome maakte het in Nederland zijn primeur en werd ten gehore gebracht tussen Schism en Intolerance.
Musashi stierf op latere leeftijd eenzaam in een grot, rechtop zittend, met zijn zwaarden keurig naast zich. Vermoedelijk is niemand echt verbaasd als Maynard ooit een soortgelijk pad kiest, maar dan met gitaren. Dan is hij niet alleen Invincible, maar ook immortal.
Keuze Guido de Greef: Billie Eilish – Bad Guy
Suikeroom
Zelf heb ik geen kinderen, maar ik heb wel nichtjes. De oudste, Esmee, is dertien jaar oud en, als ik m’n zus moet geloven, een echte puber. Ik vind dat wel meevallen, maar ik ben dan ook haar coole oom. Laat eens zien wat je in je Spotifyp-laylist hebt staan, vroeg ik een tijdje terug op een verjaardag. Ik trof wat generieke Top-40-hits, maar daar tussendoor kwam één naam heel vaak terug: Billie Eilish. Zo’n beetje elke scheet die de piepjonge zangeres ooit heeft uitgebracht had het tot de playlist van m’n nichtje geschopt. Wow, Billie Eilish, Billie Eilish, Billie Eilish, zei ik en dacht: het was nog maar een half jaar geleden dat ze weg was van Zara Larsson. Ze knikte en m’n zus verzuchtte: Ja, Billie Eilish is het helemaal.
Billie Eilish doet alles goed om de lievelingszangeres van m’n nichtje (en met haar heel veel leeftijdsgenoten) te zijn. Ze ziet er cool uit, heeft een uitgesproken mening, en maakt spannende liedjes met duistere titels: bury a friend, all the good girls go to hell of you should see me in a crown. En dan heet haar debuutalbum ook nog WHEN WE FALL ASLEEP, WHERE DO WE GO? Alle songtitels zijn in kleine letters geschreven, maar de albumtitel is in hoofdletters, want je niet aan spellingsregels houden is ook enorm cool (al denkt ondergetekende, in het dagelijks leven eindredacteur, hier anders over). Muzikaal speelt Eilish leentjebuur bij Lorde, die vijf jaar geleden nog ieders favoriete tienerzangeres was.
Met bad guy had Eilish dit jaar een Top-40-hit. Dat zegt veel over haar populariteit. Het is, zoals gewoonlijk bij de zangeres, een vreemd liedje dat in de handen van een andere artiest niet eens in de buurt van de hitlijsten zou durven komen. In de tekst speelt ze met persona’s: wie ben ik? Wat vind jij van mij? Wat verwacht je van mij? Ook imago is voor iedere puber een zaak van levensbelang. De put-down komt aan het einde van het refrein, waarin ze dodelijk droogjes duh zegt. Het laatste stuk van het liedje is een vervreemdende monoloog waarin Eilish tegen iemand (haar vriend?) zegt dat ze niet snapt dat een andere vrouw boos op haar is: but maybe it’s because I’m wearing your cologne.
Billie Eilish komt naar Nederland, zei ik een tijdje terug tegen m’n nichtje. Ga je daar heen? Ze knikte wat onverschillig, bijna verlegen. Dan ga je met je oom, pushte m’n zus, die haar opvoedkundige taak van het kinderen meeslepen naar concerten liever aan mij overlaat. Een paar dagen later zat ik exact op tijd klaar achter m’n computer om kaartjes voor het concert te bemachtigen. Het concert was in drie minuten uitverkocht, maar deze oom, met jaren ervaring als het op het scoren van concertkaartjes aankomt, wist twee kaartjes te bemachtigen.
De kans bestaat dat juni volgend jaar Eilish niet meer het snoepje van de week is. Net zoals Lorde nu al een has been is. Dat zien we dan wel weer. Voor nu ben ik nog even Esmee’s coole oom.
Keuze Jan-Dick den Das: Starcrawler – No More Pennies
Geen compromis
Een battle met als onderwerp welke track is de beste van 2019. Ga er maar aan staan, feitelijk een onmogelijke opdracht; er zijn zoveel mooie liedjes gemaakt afgelopen jaar dus welke kies je? Wat een liedje mooi maakt is zo persoonlijk en ook de gemoedstoestand, het weer enzovoort heeft daar invloed op, tenminste bij mij. Om de ‘juiste’ keuze te maken weer veel nummers geluisterd en uiteindelijk kwam ik toch iedere keer weer bij de Starcrawler uit.
Ik rij meerdere keren per week vanuit het Westen richting het Oosten en dan zijn files onvermijdelijk, zeker in maanden als november waar de regen ook van grote invloed is op mensen hun rijgedrag. In de vroege ochtend luister ik dan altijd naar Pinquin Radio. En iedere keer als de beste track van 2019 voorbij kwam werd ik vrolijk en was die file gewoon prima te doen, iedere keer als Arrow de Wilde haar heerlijke stemgeluid de ether ingooide was de file slechts een rij auto’s. Iedere keer als gitarist Henri Ash de openingsriff inzette waren al die achterlichten en koplampen de lichtshow die het nummer No More Pennies ondersteunde.
No More Pennies van Stracrawler dus. Een bandje uit Los Angeles dat sinds 2015 actief is. Inmiddels hebben ze twee albums uitgebracht waaronder dus in 2019 het album Devour You en waar No More pennies dus op staat. Zo’n nummer wat vanaf het begin gewoon heerlijk klinkt, catchy. Zo’n nummer waar je meteen de playlist raadpleegt om te zien welke artiest het is en hoe het nummer heet. Zo’n nummer wat meteen in je kop gaat zitten, klinkt alsof je het al jaren kent en toch nieuw is. Zo’n nummer wat je even meeneemt weg van de realiteit. Zo’n nummer wat je dus uiteindelijk doet besluiten om het aan te wijzen als beste track van 2019. En niet omdat het vernieuwend is, niet omdat het de originaliteitsprijs verdient maar om de energie, het gevoel, en gewoon omdat het compromisloze heerlijke muziek is.
Keuze Der Webmeister: Fontaines D.C. – Boys In The Better Land
Stoomtrein
Punks Not Dead, zo wordt er anno 2019 nog altijd beweerd. Je zou ook kunnen stellen dat Punk -maar ik ben de tel een beetje kwijt- de laatste tijd aan alweer z’n veertiende reincarnatie bezig is. Hoe dan ook werd mijn ouwe Punker-hart dit jaar helemaal vrolijk van het debuutalbum Dogrel van Fontaines D.C. En dan hebben we het niet over Punk als een bak teringherrie, maar Punk als een levenshouding, a way of life.
Eerst was er het smaakvolle voorproefje Too Real, eind 2018, lekker venijnig en scherp, bijna treiterig gezongen, alsof Johnny Rotten nooit weg is geweest. Begin dit jaar gevolgd door het epische Big, een hyperrealistische ode aan Dublin, hometown van de Fontaines uit DC, want DC staat voor Dublin City. Big is heerlijk to the point in 1 minuut en 45 seconden, zoals het een goede punksong betaamt wellicht. Het clipje getuigt tevens van een gezonde afkeer van het sterrendom, de band heeft de hoofdrol namelijk overgelaten aan een 11-jarig buurjongetje.
En sinds april van dit jaar is er dus het album Dogrel. Een instant klassieker. Zo’n album dat ouderwets van voor tot achter boeit, waarvan je nu al weet dat het de tand des tijds glansrijk gaat doorstaan. Met straatlengte voorsprong mijn album van het jaar. Daarop ook mijn persoonlijke Song van het Jaar “Boys in the Better Land”. Het begint heerlijk ingetogen met een recht-toe-recht-aan gitaarriffje, waarna een moddervette baslijn invalt die maakt dat de glazen bij mij thuis zachtjes gaan meetrillen. Of hoor ik nou gewoon een tamboerijn? Tot slot gaan drums en een tweede gitaar meedoen, en zo dendert het nummer 5 minuten lang door, als een stoomtrein op volle snelheid. Op het eerste gehoor tamelijk monotoon, maar met voldoende muzikale chicanes om de spanning er steeds in te houden. Furieuze, opzwepende postpunk in de traditie van The Fall en The Wedding Present. Wat dat betreft zou John Peel, had hij nog geleefd, de band fantastisch hebben gevonden.
Het nummer zou geschreven zijn na een taxiritje met een nogal erg anti-Britse chauffeur aan het stuur. Typisch voor Fontains DC, want hun teksten gaan nooit over hoogdravende emoties. Al hun nummers lijken sociaal-realistische miniatuur beschrijvingen van personen of situaties uit hun directe omgeving, zonder dat het nou gelijk politiek wordt. Rauwe poëzie van de straat, korte statements alsof er graffity wordt voorgelezen, balancerend tussen hoop en wanhoop. De Ierse tongval dikt dat nog eens extra aan.
Er is overigens een officiele video voor bij het nummer, alleen is het geluid een bizar vertraagde versie van het nummer. Als u er al op klikt, zet dan even de afspeelsnelheid op factor 1,25. Hieronder de visueel sobere video, maar wel met het spetterend stoomtrein geluid.
Keuze Marcel Klein: Yola – Faraway Look
Afwezige blik
Het is mooi dat er elk jaar weer opnieuw mooie stemmen opstaan. Dit jaar was dat het geval met Yola. Afkomstig uit Bristol uit Engeland was ze daar opeens met haar solo-album Walk Through Fire. Opeens? Goed, we kenden haar wellicht van Massive Attack en Phantom Limb, maar toch, nu voor het eerst solo maakt ze zeker indruk.
Met een mix van soul en country weet zij zich gelijk een plek in de Amerikaanse country scene te verwerven. En dat is voor een vrouw helemaal niet makkelijk, in een door mannen gedomineerde countrywereld. Ook de productie van het album is niet mis. Dan Auerbach (zanger van The Black Keys) is inmiddels ook een gerenommeerd producer en laat dat ook op dit album zien.
Yola dus! Bekend werd ze bij het country publiek met de band Phantom Limb. Wat opviel is gelijk haar stem. Vol en emotioneel. De band werd behalve in het country genre nooit echt bekend, maar dat is met haar eerste solo-album wel anders. Door de supercountry damesband The Highwomen werd ze gelijk als buitengewoon lid gevraagd en dat is niet zomaar.
Faraway Look is het openingsnummer van het album en gelijk het hoogtepunt. Of Dusty Springfield 2.0 staat te zingen. Maar dan anders. De bijzonder combinatie van soul en country wordt al snel versterkt door de stem van Yola. Wanneer zij zingt, geloof je de stem en krijgt de tekst nog meer waarde mee. Een heerlijk nummer, zelfs als je (zoals ik zelf) niet eens zo van country en soul houdt.
De zangeres zelf heeft al een turbulent leven achter de rug. Yola zegt zelf over dit nummer: Faraway Look doet me denken aan een tijd in mijn leven waarin ik werd aangemoedigd om in mijn rijstrook te blijven en dankbaar te zijn voor mijn lot, wat leidde tot veel innerlijke reflectie. Ik begon te ontdekken dat ik een singer-songwriter was en live gitaar speelde. De mensen om mij heen destijds, vooral die in de muziekindustrie, waren op zijn zachtst gezegd ontmoedigend. In een wereld die elk bezwaar en elke ambitie van een vrouw in twijfel trekt, is de verre blik koning. Niet alleen mensen uit de muziekindustrie waren het niet vaak eens met haar keuzes, ook haar eigen moeder was niet blij dat ze als zangeres bekend probeerde te worden. Dat veroorzaakte ook een afstand met haar moeder en zorgde ervoor dat ze op een gegeven moment dakloos werd en op straat leefde. In dit nummer lijkt het dan ook over haar relatie met haar moeder te gaan.
You lit the candles on the cake
And threw the match down on the floor
Wish I knew what you were wishing for
Handing out the paper plates
To all your friends that you adore
Are you haunted and wanting more?That faraway look in your eyes
It’s getting harder to disguise
Los van het feit dat zij dus autobiografische teksten gebruikt, los van het feit dat country-soul wellicht niet een eerste keus van een platenmaatschappij zou zijn, los van alles wat ze heeft meegemaakt is dit album dus haar doorbraak Met het nummer Faraway Look als uithangbord. Een fantastisch nummer: mijn favoriet voor 2019.
Keuze Eric van den Kieboom: Pijn & Conjurer – High Spirits
Ontdekkingsreis
Stelling 1: Ik vind mezelf een Popmuziek kenner
Stelling 2: Ik heb muzikaal gezien de verkeerde vriendengroep
Stelling 3: Ik blijf te veel hangen in muziek van ‘vroeger’
Stelling 4: Ik heb een zwak voor de wat langere songs
Stelling 5: Ik ben geen concertganger/festivalbezoeker
Stelling 6: Grunten is niks
Hoe kies je een Song van het Jaar als je niet echt up-to-date bent zeg maar?
Wanneer er al in mijn vriendengroep over muziek gepraat wordt is het over Tino Martin, Dré Hazes en nog meer van dat soort geneuzel. Iets nieuws leren kennen via hen heb ik de afgelopen pakweg 35 jaar dan ook niet gedaan. De kennis die ik heb stamt dan ook vooral uit de tijd van mijn 18-28 jaar.
Door YouTube komt er mondjesmaat wat nieuws binnen en af en toe van de radio als ik in de schuur iets aan het doen ben. Voornamelijk de wat langere onbekende songs worden dan verkend op de laptop en een heel enkele keer wordt ik blij verrast in de schuur. Thinking Of A Place van The War On Drugs is daar het perfecte voorbeeld van.
Als je geen concertbezoeker/festivalbezoeker bent komt ook daarlangs niets binnen en ook muziekbladen lees ik praktisch nooit. Simpelweg omdat ik teveel tijdrovende hobby’s heb. Maar toch zat in het lezen voor dit jaar de redding. Zomaar een zaterdagmiddag als mijn maat met een Rocktribune aankomt die iemand bij hem op het werk heeft laten liggen. Zijn vrouw zei geef maar aan Eric die gaat zo’n blad uitpluizen met een pennetje erbij. Nou ze leek wel helderziend, want dat was ook het geval.
Ik ga gelijk naar de CD-recensiepagina’s en tot mijn grote verbazing ken ik (die nogal eens een Popquiz wint) van de ruim 150!! besproken bands er maar liefst één, en dat is omdat er een 40-jarige jubileum editie van een Saxon-CD uit is. Dat wordt dus een grote ontdekkingsreis. Zo heel af en toe gaat er bij een bespreking een vergelijking naar een band waar ik wel eens van gehoord heb. Maar veel wijzer wordt ik niet. Het enige dat ik in het begin leer is dat er ontelbaar veel soorten metal en aanverwante stijlen zijn: industriële sludge noise, cyber-tech metal of nog gekker symfonische female -ronted metal. Het zal allemaal wel. Staat er grunten in de tekst dan sla ik het al gelijk over, wat vooral mijn aandacht krijgt zijn de CD’s waar de wat langere nummers op staan en als er Prog of Symfo (niet female fronted) bij staat krijgt de CD al gauw een cirkeltje.
De eerste voltreffer is het Italiaanse Aldi Dallo Spazio, maar bij voltreffer twee is het echt midden in de roos en daar nog eens het midden van! Pijn & Conjurer blijkt gewoon een (tijdelijke) samensmelting van twee bands te zijn. ⅗ Pijn en ⅖ Conjurer. De tekst die me pakte was de volgende: Luister maar eens naar hoe vakkundig,geduldig en met precisie de negen minuten durende opener High Spirits is opgezet. En in de laatste zin wordt nog eens gezegd wat een klasse-muzikanten dit zijn.
YouTube aan en ook Chromecast en alleen thuis op mijn gemakkie de negen minuten ondergaan via de TV. De eerste tonen doen me denken aan Porcelina van de Pumpkins en ook een vleugje Opeth proef ik. De zang komt er bij en is eigenlijk niet mijn ding, maar doordat de tekst in beeld komt pik ik het, zelfs als het even later grunten wordt. Wat me vooral opvalt hoe lekker de song klinkt en dan vooral de gitaren. Een half uur verder en dus 3x beluisterd ben ik helemaal om, wat een plaat is dit zeg. De andere nummers ook even beluisterd, maar het is een ongelijke strijd.
De eerste keer had ik het bij The Drapery Falls van Opeth. Door A Fair Judgment had ik wel door dat dat toppers waren en toen ik las dat Blackwater Park door Steven Wilson geproduceerd was heb je bij mij al een streepje voor. En dus pikte ik het grunten in The Drapery Falls en werd het een van mijn favorieten, en een paar maanden later bij de (her)ontdekking van CD 2 van Ayreon’s Electric Castle pikte ik het ook daar in Cosmic Fusion. Maar over het algemeen vind ik grunten dus niks. Maar doordat een song voor de rest zo sterk is kan je het hebben, of hoort het er zelfs in. Bedenk maar eens wat Silent Lucidity is zonder 3.30-4.00 om maar een zijstraat te noemen.
Terwijl ik dit alles zit te typen heb ik hem op mijn Koptelefoon staan en dan wordt dat intro nog mooier. Dus dit is mijn plaat van het jaar. Een maand geleden nog nooit van gehoord en nu een kroontje verdiend; het kan raar lopen.
https://www.youtube.com/watch?v=ZbPC7UgaTa0&feature=youtu.be
Keuze Erwin Herkelman: Armin van Buuren – Don’t Let Me Go
Een godsgeschenk
Het aanwezige publiek ging massaal uit zijn dak. Dáár, op de vijfde verjaardag van het immense Untold-festival in Cluj, Roemenië, presenteerde Armin van Buuren na een liveset van maar liefst 7,5 uur als afsluiter zijn allernieuwste single. En dat was er niet zómaar één. Het was er eentje van zijn nieuwste album: Balance. Een album waarop hij óver de grenzen gaat van het genre waar hij groot mee werd: de trance.
Al eerder had hij een andere kant van zichzelf laten zien met poppy nummers als Sunny Days en Wild Wild Son. Maar dit was het ándere uiterste: een hardstyle-plaat. Toen ik het doorkreeg via mijn tijdlijn was ik er even stil van. Als groot liefhebber van de trance van Armin van Buuren én een gigantische hardstyle-fan, leek dit een godsgeschenk.
Hoewel… een dergelijk probeersel had natuurlijk ook makkelijk kunnen mislukken. Maar Mr. Perfect zou Mr. Perfect niet zijn geweest als hij niet ook dit experiment tot een respectabel einde wist te brengen. Hij wist ook wel dat áls hij met een halfbakken imitatie op de proppen zou komen, zijn kop er per direct afgehakt zou worden. Maar zelfs het kritische hardstyle-publiek kon de ‘poging’ wel waarderen, getuige de overwegend positieve reacties op de diverse fansites van het genre.
Een hit werd het natuurlijk niet. Maar ik blijf het magistraal vinden. De DJ, die al ruimschoots zijn sporen heeft verdiend in de muziek, een fanbase heeft van miljoenen mensen uit alle hoeken van de wereld en een inspiratie vormt voor zóveel DJ’s ná hem. De DJ die met zijn wekelijkse podcast in 2021 de 1000ste (!) editie gaat beleven, blijft vernieuwen en zichzelf opnieuw uitvinden. En alleen dát verdient al alle respect.
Keuze Freek Janssen: Son Mieux – Nothing
Het paste misschien niet in de tijdsgeest
De tijdsgeest is een gek fenomeen. Onze muzieksmaak verandert door de jaren heen, en geldt zeker ook voor wat er op de radio gedraaid wordt. In de jaren zestig was je verzekerd van airplay met een psychedelisch liedje met gitaren en Hammond-orgel, nu kun je beter een stemvervormer kopen als je gedraaid wil worden.
Misschien is dat ook wel waar Ondergewaardeerde Liedjes over gaat; muzieksmaken veranderen, oude muziek raakt langzaam uit de gratie en we willen de pareltjes bewaren voor latere generaties. Tegelijkertijd zijn we er ook voor om nieuwe muziek onder de aandacht te brengen die eigenlijk meer aandacht verdiende – in onze humble opinion.
Ondergewaardeerdheid is een persoonlijke mening en het is het gat dat zit tussen de waardering die een liedje krijgt en hoe jij vindt dat het gewaardeerd zou moeten worden. Dit jaar ga ik daarom voor een liedje waarvan ik bij de eerste luisterbeurt dacht wow, dit moet toch wel een hit worden!’
Qua sound lijkt het alsof The Verve en The Waterboys samen een track hebben opgenomen die is geschreven door Gregg Alexander. De songtekst beschrijft precies het gevoel dat (volgens mij) veel mensen tegenwoordig hebben; we hebben nergens meer echt aandacht voor, we leven onze levens als zombies en voelen niet wat we zouden willen voelen.
As we try to get it right
We forget to live our lives
Nothing van de Nederlandse band Son Mieux werd geen hit en eindigde op de 53ste plek van de 3Voor12 Song van het Jaar-verkiezing. Ik had een beetje een flashback naar vorig jaar, toen ik precies hetzelfde had met Twentytwo van Sunflower Bean. Hoe kan het dat ik hier zo veel van verwachtte, maar dat allebei de liedjes niet de aandacht hebben gekregen die ze verdienen?
Het zal ongetwijfeld iets te maken hebben met die tijdsgeest. Twentytwo klinkt alsof het uit de tijd komt van Sixpence Non The Richer, Nothing heeft ook een 90’s vibe met een randje 80’s.
Volgende keer toch maar een stemvervormertje eroverheen gooien dan?
Keuze Joop Broekman: Vampire Weekend – Harmony Hall
Boodschap vóór positiviteit
Eigenlijk is het niet helemaal eerlijk, maar poep gebeurt nu eenmaal. Jaarlijstjes. Iedereen heeft ze al. Ik nog niet. En hoe dat komt? Het wintertripje naar Engeland waar traditiegetrouw een paar meter cd’s ingeslagen wordt, moet nog plaatsvinden. Daarom komt mijn lijstje pas halverwege januari. Maar ik verklap alvast dat Father Of the Bride van Vampire Weekend er zeker in staat. Een album dat geheid voor zonneschijn in mijn hoofd zorgt op mistroostige najaarsdagen.
Voor de battle over 2019 had Father Of The Bride wel concurrentie. En stevig ook, zelfs als geheide en té bekende veilige voorkeuren (zoals Elbow, Rammstein, Tool) weggelaten worden. Uit de hernieuwde samenwerking tussen Calexico en Iron & Wine ontstond de liefdesbaby genaamd Years To Burn. En die prachtschijf draai ik nog wel eens op een rustige zaterdagmorgen. Het nummer Father Mountain werd al snel ook een serieuze kandidaat, maar legde het tóch af tegen de zonnige en vrolijke(re) klanken van Harmony Hall. Erg makkelijk in een periode met meer regen dan zon, dat dan weer wel.
Ik had echt geen idee wat ik van Vampire Weekend’s vierde album moest verwachten. En weet nog steeds niet helemaal wat ik van Modern Vampires Of The City (uit 2013) moet vinden. Daarop was de band duidelijk een nieuwe richting ingeslagen, na de twee pareltjes waarmee internationale faam werd verworven. Pas later hoorde ik dat über-belangrijk bandlid Rostam Batmanglij in 2016 was opgestapt, en dat sommigen vreesden voor het blijven bestaan van de band. Zouden ze muzikaal niet compleet ontsporen?
Nope. Achttien harpoenen worden er op je afgevuurd, wanneer Father Of The Bride klinkt. En zie ze maar eens los gewrikt te krijgen. Misschien als je van steen bent. Eind januari 2019 is Harmony Hall een van de eerste levenstekenen na zes jaar. Toevallig ook de naam van een van de gebouwen van de universiteit van Columbia, waar de band werd opgericht
Anger wants a voice, voices wanna sing
Singers harmonize ’til they can’t hear anything
I thought that I was free from all that questionin’
But every time a problem ends, another one begins
Hoe vertaal je ‘a radiant ray of bright sunlight shining through the darkness’ dan? Het kan, maar zoiets als ‘een stralende straal’ ziet er niet uit, toch? Het was een omschrijving die ik tegenkwam voor dit nummer. Wat is het Engels dan een prachtige taal. Niets aan toe voegen, in dit geval.
De song is een oproep om op te staan tegen onverdraagzaamheid en onderdrukking. Tegen mensen met een vooringenomen mening die je proberen gek te maken. Ga niet mee in hun negativiteit. Want waar zij voor elke oplossing minstens een probleem zien, wil jij wél veranderen. Niet meer terug naar het oude chagrijn. Vooruit kijken naar een zonnige toekomst!
And the stone walls of Harmony Hall bear witness
Anybody with a worried mind could never forgive the sight
Of wicked snakes inside a place you thought was dignified
I don’t wanna live like this, but I don’t wanna die
Het feelgood-gevoel druipt er van af, vooral in het refrein. Een boodschap vóór positiviteit. Doe er gerust wat mee, want ik weet zeker dat je het herkent.
Keuze Stefan Koopmanschap: Underworld – S T A R
2019 is voor mij het jaar van S T A R
2019 is voor mij toch heel erg het jaar van het Drift project van Underworld. Iedere week brachten de heren een nieuwe track uit, ook voorzien van bijbehorend videomateriaal. Het project kwam uiteindelijk tot een hoogtepunt met de release van Drift Series 1. Er is een enkele CD (The Sampler Edition) maar ook een boxset met al het audio- en videomateriaal. Voor ons in Nederland kwam de afsluiting ook in de vorm van een fantastische show in de Ziggo Dome waar zowel het nieuwe materiaal als wat oude klassiekers langs kwamen. Er zaten een paar enorme knallers tussen in de serie, bijvoorbeeld This Must Be Drum Street en Schiphol Test. Maar voor mij was de track van het project toch wel S T A R.
Naast alle namedropping die in S T A R langskomt doet het qua stijl echt weer terugdenken aan het Underworld van Pearls Girl. Het doet weer heel erg denken aan de tijd van Second Toughest Of The Infants. En dat deed me goed. Want hoewel ik eigenlijk bij alles wat Underworld gedaan heeft wel erg blij werd van de muziek heb ik sinds Pearls Girl al tijden niet meer iets gehoord wat zo goed was als Pearls Girl. Dus ja, 2019 is voor mij het jaar van S T A R.
Keuze Marjolein van Elteren: Kate Tempest – People’s Faces
Terug naar het station waar de achtbaanrit begon
Zondag op Best Kept Secret. Begin van de avond staat Kate Tempest in de ‘Five’, een pijnlijke clash met Kurt Vile & The Violators die dan op het hoofdpodium staan. Omdat ik dat weekend de mooiste dingen in de Five heb gezien besluit ik om daar te blijven, zo ontdekte ik even later, aan het einde van haar set, mijn favoriete nummer van 2019: People’s Faces.
Haar nieuwe album, Books Of Traps And Lessons, is dan nog niet uit. Na Europe Is Lost, de opening van haar set, legt Kate uit dat de rest van de show voornamelijk nieuw materiaal bevat, we krijgen veel te horen van Books Of Traps And Lessons. De show voelt alsof je in een dark ride zit, een achtbaan in het donker waarbij je hard naar beneden stort terwijl Kate rapt, spreekt en zingt over de vallen waar je in het leven tegenaan loopt. Drank, drugs, zelfhaat, woede, al haar problemen in een materialistische wereld waarin het lijkt te gaan om zoveel mogelijk geld en spullen verzamelen komen langs. Dan is er een keerpunt in de show. Na de traps komen de lessen. Nooit belerend of arrogant, wel vanuit een diep besef dat we het anders moeten gaan doen met z’n allen. Dat Kate geleerd heeft van die val in de achtbaan in het donker. Dat de achtbaan vertraagt, ze in de verte weer licht kan zien, de adrenaline van de val afneemt en het besef komt dat het allemaal ook wel goed kan komen. Op dat moment begint Kate Tempest aan haar afsluiter van de set: People’s Faces. Een pleidooi waarin ze aangeeft dat we allemaal moeten inzien dat we veel beter kunnen dan dit.
More empathy
Less greed
More respect
Het nummer klinkt hoopvol. Kate Tempest straalt, dezelfde lach hebben we gezien toen ze zong over haar nieuwe liefde in ‘firesmoke’. Je ziet de enorme ontwikkeling die ze heeft doorgemaakt als persoon. Kate zingt over de rust en liefde die ze vindt in de gezichten van mensen:
Even when I’m weak and I’m breaking
I stand weeping at the train station
‘Cause I can see your faces
There is so much peace to be found in people’s faces
En tijdens dat nummer keren we weer terug naar het station waar de achtbaanrit begon. De zon schijnt. De rit stopt. Kate Tempest verlaat het podium. Ik kijk om mij heen en zie mensen huilen, knuffels worden uitgedeeld aan onbekenden en weer anderen blijven nog een paar minuten naar het podium staren, alsof ze nog niet helemaal kunnen geloven wat voor een bizarre rit ze net hebben gemaakt.
Keuze Hans Dautzenberg: Bill Callahan – The Ballad Of The Hulk
Het winkelcentrum
Ik ben de ander, dacht de man. Zijn looprek bleef hangen achter een scheve stoeptegel. Het ergerde hem dat het niet meer zonder lukte. Hij voelde zich verloren. Boos. Zijn ziekte maakte hem vergeetachtig. De wereld was ook vandaag weer nieuw voor hem, zelfs de plekken die hij kende en de mensen. Zijn eigen kinderen… Hij wist hun namen niet.
Het web van betekenissen, gesponnen in zijn hoofd, had steeds minder draadjes. Het werd kleiner en liet los. Het wapperde in de wind. Hij werd de ander. Hij voelde zich dom.
Alleen wat rag van vroeger zat nog in zijn hoofd. Hij concentreerde zich erop. Hoe was ik toen? vroeg hij zich af. Hij besloot dat hij aardig was geweest. Een goed mens. Dat is fijn. Hij twijfelde. Wat is hij daarmee eigenlijk opgeschoten? Had hij misschien vaker boos moeten worden? Zoals de laatste tijd. Als hij de ander was? Dan had hij vaker zijn zin gekregen.
Het looprek schoot vooruit. In de verte bij het station klonk vuurwerk. Een man schuifelde langs de Albert Heijn. De kerstboom knipperde groen.
Keuze Kari-Anne Fygi: Ryan Adams – Fuck the Rain
#MeToo
Ik stond ’s morgens onder de douche met het radionieuws aan. Het geluid stond niet al te hard, met als gevolg dat ik met het kletterend geluid om mij heen het nieuws niet goed hoorde, slechts flarden: New York Times, vrouwen, Metoo, Bryan Adams. Jeetje, dacht ik. Echt? Nee. Niet echt. Het was Ryan Adams.
Het begin van 2019 zag er voor een Ryan Adams-fan goed uit. Adams had aangegeven met veel nieuw werk te komen. Maar liefst drie albums! Van het eerste album was de naam al bekend: Big Colors. En een single. Fuck The Rain. Zo mooi, zo ryanadamsy, dat ik niet kon wachten op al die drie albums. Drie albums!
Maar Adams blijkt een klootzak te zijn. De New York Times pakte half februari groot uit met een artikel over het #metoo-gedrag van de artiest. De F.B.I. startte een onderzoek naar hem. Zeven vrouwen beschuldigen hem van hufterig gedrag. Manipulatie, lastigvallen, seksueel overschrijdend gedrag. Zijn ex-vrouw Mandy Moore, Phoebe Bridgers en andere vrouwen.
De drie albums werden geschrapt. Sponsordeals verscheurd. De kleine tour in het Verenigd Koninkrijk werd gecanceld. Adams zelf verdween van de radar en een totale mediastilte volgde tot juli toen hij zich voorzichtig op sociale media toonde. Met een statement, dat eindigt als volgt:
Believe Women.
Believe Truth.
But never give up on being part of solutions, and healing.
I’ve lost friends who have passed away in this time of self reflection and silence.
I can’t be like that. There’s been too much that mattered.Thank you for your kindness, your support
and for this time I needed to decide how I could be a part of a better tomorrow for everybody.
Sometimes that peace comes from opening yourself up.
That’s who I want to be.
Here’s to that.With love and with faith
In all of us and our best and our faults
Adams is vooralsnog niet veroordeeld en wat de toekomst brengt, dat is onduidelijk. Maar ik denk dat hij terugkomt, als een beter mens. Ik hoop het. Want de wereld is slechter af zonder zijn muziek. Luister maar eens naar Fuck The Rain. Zoals Springsteen ooit zei: Trust the art, not the artist.
https://www.youtube.com/watch?v=X3_lYd9MrjY
Keuze Martijn Vet: Squid – Match Bet
Opwinding en intelligentie
Bij muziek gaat het om de opwinding … Of ga je het weer over orgeltjes en baslijntjes hebben, Vet? Nou, luister: vanaf 2 minuut 45 duelleren de gitaar en de blazers met dissonante jazzy klanken om op 3 minuut 18 tot hét muziekmoment van 2019 te komen. Zeurend orgeltje, pompende bassen en diezelfde gitaar en blazers die nu een subtiele melodie spelen, waarna de song van het jaar naar een spannend einde toe werkt.
Let wel, we hebben het hier over een (post)punkliedje, ofwel een song in het genre waar het bij uitstek draait om opwinding en attitude en waar virtuositeit meestal ver te zoeken is. De jonge band Squid uit Brighton weet op zijn debuut-EP Town Centre opwinding en intelligentie op een aanstekelijke manier te combineren.
In Match Bet verhaalt iemand die het allemaal niet meer zo kan bijbenen hoe zijn slechte hand van gokken hem nog verwarder maakt. Gaat die verschrikkelijke Brexit in 2020 nog een lading heerlijke boze liedjes van bands in de categorie Fontaines D.C., Shame, Idles en Squid opleveren? Ongetwijfeld. In ieder geval verschijnt er een volwaardig debuutalbum van die laatste en van die gedachte alleen al raak ik enorm opgewonden.
Keuze Erwin Tijms: Rapsody – Nina (2019)
Grote doorbraak
De Amerikaanse rapster Rapsody draait al vele jaren mee, maar er is een redelijk grote kans dat u nog nooit van haar gehoord hebt. Ze heeft allerhande features bij andere artiesten op haar naam staan, zowel bij bekende grote namen (met Kendrick Lamar op To Pimp A Butterfly, met Erykah Badu) als bij relatief onbekende hiphopartiesten (of u moet wel goed bekend zijn met het oeuvre van Statik Selektah). Een rapper voor de insiders en de liefhebbers. Haar geluid wordt wel eens vergeleken met dat van Lauryn Hill. Op sommige nummers lijkt haar stem er inderdaad op, toch vind ik de vergelijking enigszins gemakzuchtig.
Dit jaar bracht Rapsody haar album Eve uit, waarop alle nummers vernoemd zijn naar beroemde Afrikaans-Amerikaanse vrouwen. Prima album, goed gerecenseerd ook, maar met net niet genoeg Parkerpunten om tot de grote wereldwijde doorbraak te komen. Terwijl er meer dan genoeg ijzersterke nummers op staan. Cleo (met een sample van Phil Collins), Aaliyah, Serena en Ibtihaj (met features van GZA en D’Angelo en een heerlijk sfeertje) maakten dat het moeilijk was te kiezen welk nummer in te sturen. Ik ga dan toch voor Nina, vernoemd naar haar muzikale held Nina Simone. Omdat op dit openingsnummer meteen al te horen is waar Rapsody’s kwaliteiten liggen. Een prachtige flow waarop ze steeds ‘in control’ is, elegant gebruik van samples in de productie – in dit geval uit Strange Fruit van Miss Simone zelf – en fantastische lyriek. Er is een versie van Nina met videoclip, maar het wonderlijke daaraan is dat die nu net die strofes aan het eind mist die ik zo ontzettend goed vind.
Trying and dying to breathe poetry to rise the light of day
To subconsciously exist cautiously ascending towards freedom
Praying for a breather
Do you see my pain?
Do I seem like prey?
U krijgt van mij dus de audioversie. En ik heb de indruk dat Rapsody nog beter kan dan op Eve. Misschien dat die hele grote doorbraak nog in het verschiet ligt.
Keuze Willem Kamps: Big Thief – Not
Lemming
Mijn keuze voor de Ondergewaardeerde van het afgelopen jaar was snel gemaakt: Not van Big Thief. Hoe vaak ik ‘m al niet heb gehoord, de opwinding blijft. Zodra Adrienne Lenker het eerste akkoord speelt, de drums eronder komen en zij gaat zingen – dat alles in drie maten – voel je de geladenheid, de urgentie, de kracht. En dat terwijl ze eigenlijk in mijn oren een onprettig stemgeluid heeft. Ze klinkt als je verlegen vrijgezelle oudtante Adri, die met haar fragiele, trillende, wat geagiteerde en huilerige stem beter countryliedjes had kunnen zingen, maar wat past het toch ontzettend mooi in die ongepolijste slow temporocker. Je wordt er compleet in meegezogen.
Big Thief komt uit Brooklyn. Althans, daar hebben de leden elkaar in 2015 gevonden. Adrienne Lenker komt oorspronkelijk uit Indianapolis. Samen met haar ouders maakte zij deel uit van een religieuze sekte. Nadat zij die hadden verlaten trok de familie door het land en verbleef telkens in andere huizen en op andere plekken. Zij, haar broer en zus kregen onder andere karate- en zangles om hen onafhankelijk en onbevreesd in het leven te laten staan. Vervolgens maakte Adrienne als puber, aangejaagd door haar vader, een tweetal soloalbums. Een beetje a la de Franse zuchtmeisjes. Dat alles doet wat met je vorming. Losgekomen van pa, ontmoette zij in New York gitarist Buck Meek en zo ontstond naast een huwelijk ook Big Thief.
Not is zes minuten lang lopen op je tenen. Je bent ingestapt en weet dat het doorgaat, met mogelijk fatale gevolgen. Je gevoel zegt mogelijk anders, maar je kúnt hier echt niet afhaken; je móet mee – tot het eind. Zo speelt de band ook: intens, scherp, vinnig maar tegelijkertijd zorgt Lenkers zang voor een onbestemde tederheid. Totdat die zang stopt en de spanning zich ontlaadt in heerlijke pure noise. Big Thief wordt gekarakteriseerd als een indy folkrock-band. Nou, in Not ligt het accent op de rock. Overstuurde, duellerende gitaren die je oren zowel pijnigen als strelen. Luister en laat je meevoeren als de eerste de beste lemming en stort je erin, het is het meer dan waard, niet?
Keuze Jeroen Mirck: Júníus Meyvant – Lay Your Head
Hartverwarmende soul uit IJsland
Ondanks nieuwe muziek van grootheden als Nick Cave en Tool kon er dit jaar voor mij maar één winnaar zijn: de vrij onbekende IJslandse singer-songwriter Júníus Meyvant. Hij betoverde me het hele jaar lang met zijn rijk gearrangeerde muziek. Drie jaar geleden was er al het debuutalbum Floating Harmonies met onder meer de epische gospel Hailslide. De bezieling en kwaliteit van zijn debuut trok hij begin 2019 moeiteloos door op Across The Borders. Een album vol prachtliedjes, waarbij de openingstrack Lay Your Head het meest aan mijn oren verkleefd raakte. Niet alleen heerlijk gezongen, maar extra aanstekelijk door de aanwezigheid van strijkers en een swingend orgeltje.
I got the sun in the sky, waiting on revival
Hole in my chest, ready to be filled
Without your love, I’m all out
Ready to be lonesome
I just lay my head underneath your wing
De muziek van Meyvant is de ultieme kruisbestuiving van stijlen. Hij is een veelzijdig talent dat onbegrijpelijk genoeg nog niet echt is doorgebroken. Het is ook zeker geen eendagsvlieg. Zijn tweede album werd deze zomer alweer gevolgd door een EP getiteld Rearview Paradise. Het rijke geluid van deze bebaarde entertainer verdient een groter podium, dus draag ik daar graag mijn steentje aan bij. Als je Lay Your Head nog niet kent, moet je het nummer nu écht even beluisteren. Hartverwarmende soul uit IJsland. Júníus Meyvant is een openbaring!
Keuze Roland Kroes: Billie Eilish – Everything I Wanted
Nakomertje
Boem. En toen ineens, half november, was mijn song van het jaar er. Ik had ‘m niet aan zien komen, omdat Billie Eilish gewoon nog van haar geweldige debuutalbum leek te oogsten. Ja, dat album dat hoog in mijn favorietenlijst stond aan het begin van het jaar. En dat aan het einde van het jaar aanvallen van Lana del Rey, Michael Kiwanuka en Karen O & Danger Mouse van zich af had weten te slaan. Double whammy dus voor Billie Eilish, bij mij. Maar het is niet alleen een geweldig nummer, Everything I Wanted, dat op eenzelfde wijze een intieme sfeer oproept zoals bij wel meer nummers van Billie Eilish.
De tekst van het nummer gaat namelijk over de worsteling van Billie Eilish met haar bekendheid. Aan de ene kant de voordelen, omdat iedereen haar geweldig vindt en er voor haar is. En aan de andere kant de kwetsbaarheid dat dit alles een droom zou kunnen zijn. Met tussendoor nog vileine opmerkingen of mensen wel nadenken over wat ze zeggen: If they knew what they said would go straight to my head – What would they say instead. Niet zomaar een overpeinzing voor iemand die in het openbaar heeft verteld dat ze depressies heeft gehad.
Maar het is niet nodig. Eilish veroverde de wereld met haar eerste album. En levert zomaar, ineens, aan het einde van het jaar (met een nummer dat níet op dat album stond), het nummer van het jaar af.
[polldaddy poll=10477674]