Blue Monday is de beste PR-stunt van de afgelopen tien jaar. In 2005 bedacht een Britse psycholoog een formule om de meest deprimerende dag van het jaar te bepalen. Had iets te maken met het mislukken van goede voornemens, al lang geen vakantie meer gehad, voorlopig geen vakantie en het is VERDOEME nog maandag ook.
Elk jaar roepen we weer met zijn allen dat het Blue Monday is, en elk jaar roepen we er ook achteraan dat het allemaal onzin is. Dat zal die psycholoog verder worst wezen: hij hoeft nooit meer te adverteren.
Maar een fijne soundtrack voor een baaldag is natuurlijk wel handig. Gewoon, voor de zekerheid.
Keuze Bas van Sambeek: Joy Division – In a Lonely Place (1980)
In a Lonely Place is geen mooi nummer. Het doet pijn om te luisteren
Joy Division is de voorganger van Blue Monday‘s New Order. Het deprimerendste nummer van Joy Division kiezen is lastig, maar het is daardoor vrij eenvoudig te stellen dat Joy Division de depressiefste bands ooit is. De voorgeschiedenis en het uiteindelijke einde van de band – met de suïcide van zanger Ian Curtis – geven bijna elk nummer van de band een grauwe bijsmaak.
Joy Division is ontstaan vanuit de punk van de jaren ’70 en leidt eigenhandig de depressie in muziek van de jaren ’80 in. Gevoed door de persoonlijke pijn van Curtis legt de band de uitzichtloosheid van het leven in Engeland in die tijd vast in muziek. Curtis lijdt aan epilepsie – wat de reden is om de belichting bij optredens richting het obscure te dimmen. Hij woont in het troosteloze Macclesfield in het Engeland van de jaren tachtig, is te jong getrouwd en heeft een existentialistische kijk op het leven. Dat is geen vrolijk uitgangspunt en de verdere achteruitgang van zijn gezondheid versterkt zijn depressiviteit. Daarbovenop wordt Joy Division succesvol, waardoor Curtis voor verleidingen komt te staan die hij niet aankan. Hij wordt verliefd op een andere vrouw en raakt verscheurd in het proces.
In a Lonely Place is geen mooi nummer. Het doet pijn om te luisteren. Het is een van de twee laatste nummers die opgenomen zijn door Joy Division en visualiseert de gebeurtenissen van de dagen erna:
Caressing the marble and stone
Love that was special for one
The waste in the fever I heat
How I wish you were here with me nowBody that curls in and dies
And shares that awful daylight
Warm like a dog round your feet
How I wish you were here with me nowHangman looks round as he waits
Cord stretches tight then it breaks
Someday we will die in your dreams
How I wish we were here with you now
Het nummer is meer dan deprimerend, het is desperaat. De precieze betekenis blijft verborgen in poëzie, maar Curtis blijkt zo desperaat dat hij op zondag 18 mei 1980 een einde maakt aan zijn leven door zich op te hangen in de keuken van zijn huis. Hij was pas 23, maar voor hem kwamen er geen blue mondays meer.
Keuze Frans Kraaikamp: David Sylvian – Brilliant Trees (1984)
Bij het horen van dit nummer moet ik altijd even een paar keer slikken
Sommige nummers maken een onuitwisbaar stemmige indruk. Soms is dat fijn en soms niet. Het neemt niet weg dat stemmige muziek ook heel mooi kan zijn. Deze Blue Monday kom ik door met David Sylvian.
David Sylvian is niet bepaald het prototype vrolijke jongen. Hij heeft een voorkeur voor muziek die tot in de kleine details is uitgewerkt. Nadat hij een aantal platen met de band Japan had gemaakt bracht hij in 1984 – op 26 jarige leeftijd – zijn eerste soloplaat Brilliant Trees uit. Deze debuutplaat staat (Pulling Punches even daargelaten) vol met schitterende nummers. Het is een heerlijk album voor de donkere winteravonden. Echt een aanrader!
Een van de nummers is de titeltrack Brilliant Trees. Een zeer rustig en lang nummer met allerlei sounds die je (muzikale) zintuigen tot het uiterste prikkelen. David Sylvian ‘s belangrijkste wapen is zijn stem. Daarmee sleept hij je mee, of je wil of niet. Verzetten heeft geen zin. Ik geef me er graag aan over!
And there you stand
Making my life possible
Raise my hands up to heaven
But only you could knowMy whole world stands in front of me
By the look in your eyes
By the look in your eyes
My whole life stretches in front of me
Reaching up like a flower
Leading my life back to the soil.
Keuze Martijn Janssen: Bob Dylan – Most Of The Time (1989)
Het leven is even heerlijk miserabel
Het zit even niet mee. Ik heb geen zin meer. In niets. In zo’n situatie als deze zijn mijn muzikale opties ook nog beperkt. Hoewel een depressief meesterwerk is Berlin van Lou Reed dan echt teveel van het goede.
Nee, op dit moment verwelkom ik liever het gezelschap van Lou’s tijdsgenoot en net zo’n grote (zo niet nog grotere) levende legende Bob Dylan. Zet ik zijn jaren ’90 meesterwerk (ja, na zoveel jaren actief kon hij nog steeds verrassen met een steengoed album) Time Out Of Mind op dan ben ik aan het eind weer een stuk vrolijker. Hoewel het een hele donkere plaat is voel ik me er beter door. “Ik kan me dan wel ellendig voelen, maar bij Bob Dylan is het nog veel erger!” En dat is dan een opluchting.
Maar ik wil niet opgelucht zijn! Gelukkig is er dan Most Of The Time van zijn jaren ’80 meesterwerk (ja, die woorden gaan ook samen voor Dylan) Oh Mercy. Na jaren dwalen door die kille jaren tachtig had hij het wel gezien. En maakte zo een niet-kil klinkende plaat; niet een die je afstoot, maar waar je naar toe getrokken wordt.
De sombere en zompige productie van Daniel Lanois zuigt je in het nummer, zodat je helemaal wordt omgeven door de melancholie. En dan doen de zacht krakende stem en neerslachtige tekst van Dylan de rest. Want meestal denkt hij niet meer aan die verbroken relatie, maar uit alles blijkt dat het nu niet ‘meestal’ is. En ik? Ik zucht nogmaals diep en ga naast hem zitten. Gedeelde droefheid is dubbele droefheid. En het leven is even heerlijk miserabel.
Keuze Freek Janssen: Hallo Venray – Tuck The Man (1991)
Alledaags burgermannenleed; voor Tuck is het altijd Blue Monday
Verliezen, de eeuwige loser, defaitisme; Hallo Venray heeft het thema op een bijna literaire wijze in zijn liedjes verwerkt. Hun liedjes (althans, op de eerste cd’s) werden vaak geschreven vanuit een loser, of vanuit iemand die er eentje genadeloos afwees.
De meest tragische figuur in het werk van de Haagse (ja, Haagse) band is Tuck. Tuck is een man, met een baan. Hij was goed op school, daar kwam hij zijn eerste vriendin tegen – ze zijn nog steeds samen. Tuck heeft een baan, hij werkt hard, omdat hij weet dat de rekeningen betaald moeten worden.
Eigenlijk wil hij acteur worden en beroemd zijn. En eigenlijk wil hij bij een andere vrouw zijn: ‘the one with the sun in her eyes’.
One day I’m gonna be an actor
And sing a song to the girl I’m after
I’ve been waiting so long, I want to have her
And my love is so strong, I’ll die if I won’t have herAnd when I get to her lips, we’ll give a kiss
And fill the emptiness we felt so long in our hearts
Natuurlijk gaat Tuck haar nooit krijgen.
Er zijn mensen die depressiever zijn dan Tuck, teksten die wanhopiger zijn en liedjes die melancholischer gezongen worden. Toch kan geen liedje me zo droevig stemmen als Tuck The Man.
Misschien wel omdat Tuck het meest alledaagse burgermannenleed met zich meedraagt, en dat dagelijks. Voor Tuck is het altijd Blue Monday
Keuze Boudewijn Goossens: Counting Crows – Perfect Blue Buildings (1993)
Houd het nummer van Stichting Korrelatie alvast bij de hand
Mijn muzieksmaak is belabberd. There, I’ve said it. En ja, over smaak valt te twisten, zo kun je ongeveer nergens beter lezen als hier. Maar een slechte muzieksmaak is ook een muzieksmaak. Mijn muzieksmaak is mainstream met wat uitschieters her en der. (Her)ken te weinig, luister te weinig en van alle genoemde liedjes op de site ken ik er drie, denk ik. Aan de andere kant krijg ik wel zin om meer te luisteren. En te schrijven, dus bij dezen.
Maandag is het Blue Monday. De meest depressieve dag van het jaar, volgens een onderzoek. Daar horen droevige liedjes bij en in mijn ogen komt Perfect Blue Buildings van Counting Crows op een hoge plek binnen in de ‘warm bad met scheermesjes-hitlijst’. Ik leerde de band kennen eind vorige eeuw. Waarschijnlijk dankzij Mr. Jones en het (helaas) onovertroffen debuutalbum August & Everything After. Op dat meesterwerk stonden ook bijvoorbeeld het dramatische Round Here en catchy Rain King.
En Perfect Blue Buildings. Een nummer dat doordrenkt is van melancholie, droefheid en het zo kenmerkende stemgeluid van Adam Duritz. Als hij zingt, voelt het alsof hij het keer op keer opnieuw beleeft. Ik hou ervan. Dancemuziek moet op en top dance zijn, rockmuziek moet gierende gitaren hebben en van melancholische muziek moet je wel wat droevig worden. Dat lukt: in Perfect Blue Buildings werken zowel de stem als de deprimerende lyrics mee aan de zwaarte van het nummer.
Wat de diepere betekenis van de teksten nu ook mag zijn (van vaker bezongen eenzaamheid tot heroïneverslaving, wie het weet mag het zeggen), Duritz maakt het nummer een hoogvlieger op Blauwe Maandag. Let op:
It’s 4:30 A.M. on a Tuesday
It doesn’t get much worse than this
In beds in little rooms in buildings in the middle
of these lives which are completely meaningless
Help me stay awake, I’m falling…
Hij bezingt letterlijk de misère die hij voelt, de uitzichtloze situatie. ‘It doesn’t get much worse than this’ zegt het wel zo’n beetje, zeker in combinatie met de betekenisloze levens van twee regels verder. Vanuit complete droefheid wens je jezelf een donker, zwart en onvindbaar plekje toe, althans zo denkt hij er zelf over:
Gonna get me a little oblivion, baby
Try to keep myself away from me (myself and) me
Oblivion is, ondanks de wat verdrietige betekenis, een van de allermooiste woorden in het Engels en potver, wat past het goed in dit nummer. De tranen lopen me over mijn wangen terwijl ik dit schrijf en het is nog niet eens Blue Monday. Kun je nagaan hoe het maandag zal zijn. Kortom: dit moet hem zijn. Doe alle lichten uit, ga comfortabel op een bank liggen en luister. En geniet.
En oh ja: Stichting Korrelatie kun je bellen op 0900 – 1450. Ze staan maandag voor je klaar.
Keuze Marèse Peters: Jeroen van Merwijk – Het Leven is Kut (1996)
En is het een keer niet kut, dan is het klote
Het leven is kut. Het leven is kut. Het leven is algeheel totaal volkomen kut. Absoluut totaal volslagen en volledig kut. Kut, kut, kut, kut en nog een keertje kut.
‘s Ochtends sta je op en het gaat gelijk al kut. Alweer de honderdduizend niet gewonnen, dus da’s kut. Geen Nobelprijs voor de vrede en geen Oscar, kut. Dat is toch niet normaal meer, zoveel pech. Dat is toch kut!
Het leven is kut. Het leven is kut. En we gaan maar door, dat is het idiote. Het leven is algeheel totaal volslagen en volledig kut. En is het een keer niet kut, dan is het klote.
Je moet een jas gaan kopen. Kijk, da’s op zichzelf al kut. Je gaat naar buiten en het regent, dus dat is dan extra kut. Je koopt die jas, je trekt hem aan, dan schijnt de zon ineens. Kut, kun je die jas weer uitdoen. Loop je met zo`n kutjas rond. Da’s kut!
Het leven is kut. Het leven is kut. Eerst een kutjeugd, in een kutstad, in een kutland.
Da’s al kut. Dan in een kutzaal tussen kutpubliek. Da’s nog een keertje kut. Dan kun je nog zo`n kutlied mee gaan zingen, nog eens extra kut. Omdat zo’n kut-Van Merwijk denkt dat zoiets leuk is. Acht keer kut! Kut, kut, kut, kut en nog een keertje kut.
Nou kan je zeggen wat je wil, maar zeg nou zelf: het leven is kut!
Keuze Edgar Kruize: Nine Inch Nails – And All That Could Have Been (2002)
Ontegenzeggelijk een van de meest deprimerende liedjes ooit opgenomen en uitgebracht
Misschien is de meest depressieve dag van het jaar niet het meest uitgelezen moment om And All That Could Have Been van Nine Inch Nails op te zetten. Het is ontegenzeggelijk een van de meest deprimerende liedjes ooit opgenomen en uitgebracht.
Het nummer staat op de sowieso niet heel vrolijke cd Still, die als tijdelijke tweede schijf was bijgevoegd op de ‘deluxe edition’ van het And All That Could Have Been live-album. Dat live-album – waar de titeltrack doodleuk niet op staat – voelt inmiddels ook al wat gedateerd en maakt amper zijn rondjes nog. Die bonussschijf Still is twaalf jaar na de release in alle ijskoude mistroostigheid echter nog altijd goed voor pijn in de buik, kippenvel en trillende traanbuisjes.
Still bestaat uit heropnames van enkele oudere nummers en een aantal (destijds) niet elders uitgebrachte nummers die gezamenlijk de luisteraar langs de bodem van de diepste afgrond doen scheren. Het voor iedereen die met depressie te maken heeft (gehad) pijnlijk herkenbare And All That Could Have Been is het absulute dieptepunt. Trent Reznor mompelt en kreunt zijn tekst er uit, het relaas van iemand die in al zijn ongelukkigheid niet eens meer ziet wie er voor hem is en iedereen om hem heen resoluut wegduwt.
If only I could see
In my
Nothing
You meant everything
Everything to me
Als ware het stemmingswisselingen, verandert de track continue van maat en tempo, terwijl het muzikaal ook lagen opbouwt en weer afbreekt. Het creëert een dreigende sfeer, een situatie die steeds donkerder wordt en de tekst glijdt ook alleen maar verder de diepte in.
I am
Tainted
And happiness and peace of mind
Were never meant for me
De muziek kronkelt, draait, peurt in je ziel. En op het moment dat alles abrubt stopt voelt dat de eerste keer dat je het hoort als een schrikmoment. Alle keren daarna als een keiharde stomp in de maag.
https://www.youtube.com/watch?v=rwc-amI7AmE
[polldaddy poll=7728428]
Nog een remedie: een quizje spelen over Blue Monday: http://www.muziekvragen.nl/2014/01/weekendquiz-238-blue-monday.html