Ik doe al een jaar of tig mee aan dezelfde popquiz met vrienden. Van jongvolwassenen toen we voor het eerst deelnamen, zijn we inmiddels getransformeerd tot een soort van volwassenen, laten we het daar op houden. Soms komen de antwoorden uit de tenen, maar vaak genoeg is het een strijd wie het eerste het goede antwoord zegt. Soms hebben we een plek in de hoogste regionen, maar we staan altijd wel in het linker rijtje. Het gaat natuurlijk vooral om het elkaar treffen, een biertje drinken en over terugkerende thema’s grappen maken. Maar soms, heel soms, roepen fragmenten vraagtekens op bij m’n teamgenoten over artiesten of nummers die voor een van ons dan juist een klassieker is.

Zo was ik laatst authentiek verbaasd (snob als ik ben) dat mijn kameraden Waltz #2 van Elliot Smith niet kenden. Misschien was ik zelfs een beetje verbouwereerd, of geschokt. Elliot Smith..!? De enige singer-songwriter die ik zo’n beetje wél te pruimen vind en die ondanks zijn vroege dood een indrukwekkend mooi oeuvre achtergelaten heeft. Die moet iedereen kennen toch?

Het verhaal is al wel vaker verteld, maar voor wie het niet kent in een notendop van één zin: drank, drugs, depressie en een te vroege dood. Een schimmige dood ook, omdat nooit helemaal duidelijk geworden is of de steekwonden in zijn borst door hemzelf veroorzaakt waren of niet. Het verhaal wordt niet origineel als ik zeg dat die pijnen wel absurd mooie kunst hebben voortgebracht: mijn favoriet Waltz #2 (al bewierookt door Remco Smith), Ballad Of Big Nothing (zou zomaar een nummer van Johan kunnen zijn), Needle In The Hay, Between The Bars of zijn zowaar enige vrolijk klinkende nummer Say Yes. Ook Gus van Sant vond dat hij mooie kunst maakte, waardoor zijn muziek ook in de film Good Will Hunting kwam en zelfs nog een Oscarnominatie kreeg voor Miss Misery.

Either/Or en XO zijn mijn favoriete albums. In dit geval vooral even gevat in een stukje over Speed Trials. Dat heeft vooral te maken met het feit dat het een gouden openingsnummer is dat zo ongelooflijk fijn geproduceerd is door Smith en twee kompanen. Het is zacht opgenomen, met een snaredrum die heel droog de aandacht vraagt naast de akoestische gitaar en de meerlaagse zang. En als je je dan bedenkt dat naast de songwriting en de productie alle instrumenten ook nog eens door Smith zelf ingespeeld zijn, dan kun je niet anders dan concluderen dat een genie aan de conceptie, de creatie en de wieg gestaan heeft van een heel fijn nummer.

Dus heren, luister die albums die ik in de appgroep gezet heb. Volgende popquiz ga ik jullie overhoren.

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.