Op sommige plekken ligt de muziekgeschiedenis voor het oprapen. Château d’Hérouville nabij Parijs is zo’n plek. De pianist/componist Frederic Chopin woonde er een tijdje en Vincent van Gogh schilderde het kasteel, al heeft dat weinig met muziek van doen. Maar de echte muzikale geschiedenis begint als de Franse filmcomponist Michel Magne het kasteel koopt in 1962. Als de linkervleugel van het kasteel afbrandt in 1969 verbouwd hij het kasteel tot opname studio, en als dat een succes is bouwt hij er in 1972 een tweede zestien-sporen studio bij. Met dertig kamers, een zwembad en een tennisbaan was het van 1970 tot 1985 een veelgebruikte opname plek.
Grateful Dead hebben er gelogeerd toen ze op een festival in Parijs zouden spelen. Wegens hevige regen ging het festival niet door. Uit verveling besloten ze de dorpsbewoners uit te nodigen en een concert te geven in de achtertuin, naast het zwembad. Zowel de bootleg als de video opnamen circuleren op internet.
David Bowie nam er de albums Pinups en een deel van Low op. Tijdens die laatste opname sessies weigerde Bowie in hem toegewezen kamer te slapen; er zat daar een duistere plek waar het ook nog eens kouder was. En Brian Eno werd er elke ochtend gewekt door iemand die aan zijn schouder schudde, eenmaal zijn ogen open was er niemand. Misschien dat het de geest was van Louis Armand I van Bourbon-Conti die er kasteelheer was van 1680 tot 1685 nadat hij op achttien jarige leeftijd trouwde met de dertienjarige Marie-Anne, de buitenechtelijke dochter Lodewijk XIV. Beiden hadden geen seksuele voorlichting gehad en de huwelijksnacht draaide op een ramp uit waarbij zij hem afwees. Louis Armand nam daarop de ene na de andere minnares tot de koning hem naar de oorlog in Hongarije stuurde. Hij keerde terug van het front toen zijn wettelijke vrouw ziek werd. Zij overleefde de pokken, hij was na vijf dagen dood.
Iggy Pop schreef er China Girl, wat jaren later een hit voor David Bowie zou worden, nadat hij in het kasteel werd afgewezen door de Vietnamese Kuelan Nguyen die daar was met de Franse rocker Jacques Higelin.
Pink Floyd neemt er Obscured By Clouds op, The Bee Gees hun hits How Deep Is Your Love en Stayin’ Alive. Joan Baez, Cat Stevens, Rick Wakeman, Jethro Tull, Uriah Heep, Rainbow, Fleetwood Mac en Michael Schenker Group zijn nog wat grote namen die er platen hebben opgenomen.
Elton John nam drie albums op in Château d’Hérouville: Honky Château en Don’t Shoot Me I’m Only the Piano Player, beiden in 1972 en Goodbye Yellow Brick Road een jaar later, waarbij de titel van het eerste album geïnspireerd was door het kasteel. Honky Cat, een funky New Orleans liedje in de stijl van Dr John en Allen Toussaint, was de tweede single van het album.
In 1985 sluit de studio, een jaar na de zelfmoord van Michael Magne. Krakers en onkruid nemen vervolgens bezit van het kasteel. Pas in 2015 wordt het kasteel verkocht en in de kelder treffen de kersverse eigenaren, die van plan zijn de studio weer in ere te herstellen, de piano aan waar Elton John zijn Goodbye Yellow Brick Road op heeft gespeeld.
