Ik vond het fantastisch en het was Favoriet bij de DJ’s van de zeezenders, maar de luisteraar werd er niet warm of koud van. Waarom? Leek het teveel op een mindere versie van Procol Harum? Ongetwijfeld zullen de interne veranderingen bij de band niet geholpen hebben om een vaste schare fans aan zich te binden. Maar laten we bij het begin beginnen.
In 1967 werd de single All So Long Ago door de band Sweet Feeling uitgegeven; een Kinks-achtig deuntje. Op de achterkant van het vinyl stond het intrigerende Charles Brown; over het reilen en zeilen van een middelklasse familie. Een obscuur psychedelisch liedje met veel geluidseffecten.
Hun manager, Howard Condor, vroeg de componist en gitarist van de band het lied te herschrijven. Het resultaat was Reflections Of Charlie Brown, gebaseerd op Bach’s Air On A G String. Condor besloot daarop een band zonder commercieel succes, The Fleur De Lys, het herschreven lied op te laten nemen. Er werd gekozen in een vroege psychedelische Procol Harum-stijl. De flipzijde van de single was Hold On, dat door backup-zangeres van de band – Sharon Tandy – in 1968 solo nogmaals uitgebracht werd. Ze zou met haar rauwe stem geen hits scoren tot ze in 1972 (samen met Billy Forest) een cover opnam van Mouth & MacNeal’s Hello-A, hetgeen een vette hit in Zuid-Afrika werd. In 1977 en 1978 nam ze nog twee duetten op, die eveneens grote hits in haar moederland werden.
Terug naar The Fleur de Lys. Zij besloten niet met Condor door te gaan, zodat deze besloot onder de naam Rupert’s People een band te formeren om de single te promoten. Een gelegenheidsband die verder geen liedjes meer opnam. Om de cirkel rond te maken vroeg Condor nogmaals aan The Fleur de Lys onder de nieuwe naam verder te gaan en deze keer gingen ze akkoord. Er werden nog een paar plaatjes opgenomen, zoals het dromerige A Prologue To A Magic World, maar zonder succes. Ze zouden tot eind jaren zestig blijven optreden onder het management van Miles Copeland, die later de manager en producent van The Police en Sting zou worden.
Begin zeventiger jaren werd de naam van de band veranderd in Stonefeather, waarna de toekomstige drummer van The Police, Stewart Copeland, de stokjes in de band overnam. Zonder enig succes gekend te hebben stierf de band een stille dood.
De componist Rod Lynton herschreef Charles Brown gebaseerd op Bach maar zou dat hebben gedaan zonder A Whiter Shade of Pale te hebben gehoord. Saillant detail: Toetsenist Peter Solley, die bijdragen heeft geleverd aan Ruperts People (die echter niet de eindmix haalden) trad later toe tot Procol Harum.
Solley zat in de tussentijd in de ondergewaardeerde bands Paladin, Snafu en Gravy Train.