Was 2014 het jaar van Rather Be van Clean Bandit? Of toch van Home van Dotan?

Zoals elk jaar hebben wij zo onze eigen gedachtes bij dé song van het jaar. In 2012 werd Jump From The Fence van Robin Block door onze lezers uitgeroepen tot het meest ondergewaardeerde liedje van het jaar. Vorig jaar was The Wonder Years met Passing Through A Screen Door.

Welk liedje gaat er dit jaar met de trofee vandoor?

Keuze Robert Arnold: Conor Oberst – You Are Your Mother’s Child

Conor pleegt hier een Borsatootje/Ewbankje, maar dan op een snobwaardige manier

Het mooiste van 2014 is natuurlijk Typhoon’s Liefste, het Ramses Shaffy-achtige outro geeft mij keer op keer kippenvel. En anders is het wel Rita Zipora’s Wasem, waarom is dat niet vaker op de radio gedraaid? Of misschien uit ‘Het Winsconsin van 2014/2015’ IJsland’s Asgeir met Going Home.

Toch ga ik hier vol voor een ander liedje pleiten, en wel voor Conor Oberst’s You Are Your Mother’s Child. Het is niet de eerste keer dat ik het hier over een liedje van Conor heb, eerder besprak ik al Bright Eyes’ First Day of My Life, wat mij betreft één van de mooiste liedjes ooit gemaakt. Ben ik een fan? Nee, ik kan je eerlijk gezegd nog geen vier liedjes opnoemen, maar toevalligerwijs ben ik langs het nieuwe album van Oberst geshuffeld. En dit liedje bleef me bij.

Ik heb het even nagezocht, maar Marco Borsato’s, of moet ik zeggen John Ewbank’s, Dochters staat op nummer 68 in de Top 2000. En dat is hoger dan bijvoorbeeld Purple Rain van Prince, of House of the Rising Sun van the Animals of Bitter Sweet Symphony van The Verve en dat is snobtechnisch natuurlijk belachelijk. Ik kan beredeneren waarom Dochters eigenlijk een niemendalletje is, maar ik (vader van twee dochters) wordt toch iedere keer gegrepen door het liedje. En dat vind deze snob natuurlijk niets.

Conor doet met You Are Your Mother’s Child een Borsatootje/Ewbankje, maar dan op een snobwaardige manier. Het beschrijft de relatie van moeder en zoon vanuit perspectief van de vader en ook hier worden de verschillende fases in het leven van de zoon besproken.

I remember the day you appeared on this earth
with eyes like the ocean, got blood on my shirt
From my camera angle it looked like it hurt
but your mama had a big old smile

Niks geen overproductie, gewoon een gitaar en de stem van Conor. Het thema is duidelijk:

You are your mother’s child
And she’ll keep you for a while
Someday you’ll be grown and then you’ll be on your own

Naast het oplepelen van verschillende momenten uit de jeugd van de zoon, heeft vader Oberst ook nog wat adviezen:

Life’s a roller coaster, keep your arms inside

De relatie tussen moeder en vader wordt duidelijk, maar uiteindelijk gaat het lied natuurlijk over de vader zelf.

Although he’s a bastard, make your papa proud
you’re a fine young man an I got no doubt
that you’re gonna do this better
Cause you’re your mother’s child
She had you for a while
But now you’re grown, may you never be on your own

Arme papa. Volgend jaar in de Snob 2000?

Keuze Peter van Cappelle: War On Drugs – Eyes To The Wind

Alsof Adam Granduciel in vier coupletten mijn situatie wist te omschrijven

Het is inmiddels vrij voorspelbaar, omdat Lost In The Dream bijna overal hoog in de eindejaar lijstjes staat. Maar voor mij is er in het afgelopen jaar ook geen enkel ander album geweest dat ik zo vaak heb gedraaid dan Lost In The Dream. Natuurlijk omdat het muzikaal vrij pakkend is. Zeker door de invloeden van Bruce Springsteen en Bob Dylan die er overduidelijk in terug te horen zijn. En dan heb je al snel mijn aandacht. Maar ook de teksten op het album waren voor mij persoonlijk belangrijk. Waarschijnlijk door de persoonlijke en donkere thema’s die de teksten beschrijven. Wat mij een beetje deed denken aan Springsteen’s Nebreska. Hoewel hier en daar juist de invloed van het album daarna is terug te horen: Born In The U.S.A. Luister maar eens naar Burning en vergelijk het maar eens met Dancing In The Dark.

Maar dat ter zijde. Red Eyes was de aanstekelijke eerste single die mij nooit is gaan vervelend. Ook niet toen het een radiohit werd. En Under The Pressure wordt in veel eindejaar lijstjes ook als een hoogtepunt gezien. Maar voor mij persoonlijk was Eyes To The Wind het nummer dat mij misschien wel het meest aanspraak. Een nummer dat klinkt als een lichtpunt in de duisternis. Of juist als het lichtpunt aan het einde van de donkere tunnel.

Voor mij was 2014 een jaar met (heel cliché) vele ups en downs. Waarbij het laatste helaas nog weleens de onderhand nam, maar wonder boven wonder er toch nog wist uit te komen. Soms heb je weleens bij een bepaalde plaat dat die net op het juiste moment voorbij komt, en het net is alsof het jouw gevoel beschrijft. En dat had ik met dit album. En vooral met Eyes To The Wind. Alsof Adam Granduciel in vier coupletten mijn situatie wist te omschrijven in dit Bob Dylan-achtige nummer.

Zoals het moeilijk kunnen loslaten van zorgen:

So I’ll set my eyes to the wind, but it won’t be easy to leave it all again.

Maar uiteindelijk ook vooruitkijkend:

As you set your eyes to the wind and you see me pull away again. Haven’t lost it on a friend.

Keuze Marco Lagerwerf: Augustines – Nothing To Lose But Your Head

Het ultieme liedje voor wie in 2015 een nieuwe weg in wil slaan

Het afgelopen jaar was best een leuk muziekjaar. Geen baanbrekend jaar, zoals 1994 dat was, maar wel een jaar waarin zowel nieuwe als gevestigde artiesten met sterke albums op de proppen kwamen. Ik noem maar een Royal Blood, Jungle, War On Drugs, Temples en de wonderschone nieuwe van Damien Rice. Deze hebben daar (terecht) ook alle credits voor gekregen. Toch is er ook muziek die meer verdiend dan dat wat ze gekregen hebben. De nieuwe plaat van Augustines bijvoorbeeld.

De uit Brooklyn afkomstige band Augustines, ooit begonnen als We Are Augustines, bracht in februari dit jaar een nieuw, gelijknamig, album uit. Ik kwam er begin dit jaar mee in aanraking toen het Britse radiostation Xfm de single Nothing To Lose But Your Head begon te draaien. Het greep direct mijn aandacht. Toen de DJ het afkondigde kende ik heel die band nog niet, maar ben wel meteen de muziek gaan opzoeken. Hun nieuwste album bestaat uit louter sterke en volwassen Indie-rockliedjes waarvan eerdergenoemde single het beste voorbeeld is.

Nothing To Lose But Your Head is een heel optimistisch liedje. Toen zanger Billy McCartney gevraagd werd naar de betekenis van het nummer haalde hij het Amerikaanse gezegde Dance With Who Brung Ya aan. Het betekent zoiets als: blijf met diegene die je gebracht heeft waar je nu bent. Je moet beseffen dat de tijd NU aangebroken is om echt iets te gaan doen. De dagen van rondzwerven en het wachten op dat éne juiste moment zijn nu echt voorbij. Er is nooit een juist moment, dus ga gewoon. Je hebt immers niets te verliezen. Alleen je hoofd…

Misschien is dit wel het ultieme liedje voor mensen die 2015 een nieuwe weg in willen slaan, of juist die dingen beter willen doen die in 2014 net niet helemaal lukten. Als we dan massaal op oudejaarsavond het jaar gaan afsluiten met het grijsgedraaide Hotel California van The Eagles, laten we dan de nieuwjaarsnacht, en daarmee het jaar 2015, beginnen met Nothing To Lose But Your Head van Augustines, gewoon om het jaar een positieve vibe mee te geven.

Misschien brengt het net wat meer kleur aan de grijze wolken die op sommige momenten boven ieders leven hangen. Je hebt niets te verliezen, pak je kansen en ga ervoor!

Keuze Danny den Boef: Strand of Oaks – JM

Het is nog steeds niet duidelijk of zijn baard nou zo groot is, of dat zijn haar gewoon doorloopt tot zijn navel

Strand of Oaks is geen band. Het is een ‘project’, en wel van Timothy Showalter. Altijd als ik dat lees of hoor, moet ik zuchten en zie ik allerlei zweverige bedoelingen voor me van artiesten (of conceptuele kunstenaars zoals ze zichzelf dan vaak graag noemen) met moeilijk haar. Nou, ook dat plaatje klopt. Timothy, of het project Strand of Oaks, heeft moeilijk haar. Niet L’Oreal-gespleten-haarpuntjes-moeilijk, maar gewoon moeilijk in de zin van, het-is-nogal-veel. Het is mij dan ook nog steeds niet duidelijk of zijn baard nou zo groot is, of dat zijn haar gewoon heel ver en vrolijk doorloopt tot zijn navel. Ongeveer. 

Hoe dan ook, ik ben uiteraard niet de moeilijkste en zodoende gaf ik ook het project met baard/haar een eerlijke kans. Het mooie aan muziek is dat het enorm kan verrassen, ondanks de onaantrekkelijke verpakking (Fleet Foxes, anyone?). Het nummer waar het om ging was de single JM. Juist, JM. Geen idee wat ik er mee moest, u bent ongetwijfeld net zo verrast als dat ik was, maar open minded drukte ik op play. 

Ik weet niet of ik de enige ben, maar als het op muziek aankomt weet ik 9 van de 10 keer binnen een paar tellen of het boeit of niet. Dit boeide vanaf de eerste tel. Traag, vervormd gitaarspel en een hoge mooie stem die een verhaal vertelt. 

En dan ineens, uit het niets, gitaren. Elektrisch. Veel. En weer door met zingen. En daarna nog meer gitaar. Sterker nog, de laatste ruim 2,5 minuut is een gitaarsolo zoals een gitaarsolo hoort te zijn. Vuig, vies, rauw, slepend, en eindeloos. Spot on dus. 

We horen ze nog veel te weinig, échte gitaarsolo’s. Het nummer duurt ook nog eens gewoon een keiharde 7:25 minuten. En dat is zo fijn. Het is een hele dikke behaarde middelvinger van deze meneer, nee, wacht, van dit project richting de gevestigde orde en huidige hap-slik-weg muziekindustrie. Ga vooral zo door Strand of Oaks. Ik luchtgitaar vrolijk mee alsof m’n leven er vanaf hangt. Amen. 

Keuze Roel Kramer: Captain Walker – The Wrong Way / Sleep Alabama

Het enige exemplaar dat buiten Noorwegen verkocht werd staat in mijn platenkast

Ik denk al een paar dagen na over het blogje dat ik jaarlijks schrijf over de tien beste platen die dit jaar zijn verschenen. Ik kan niet anders dan concluderen dat het een goed jaar is geweest: ik kan gemakkelijk een top 15 of zelfs een top 20 samenstellen van albums die ik écht heel goed vind. De meeste van die albums zijn onder lezers van dit blog ongetwijfeld bekend: Temples, Pink Floyd, The War on Drugs en Spoon zijn allen kanshebber. Er is één album dat echter niemand kent – daar durf ik heel wat om te verwedden.

Captain Walker komt uit Noorwegen. Oslo, om preciezer te zijn. Het kwartet rondom zanger/bassist Knut-Erik Giske klinkt echter alsof ze rechtstreeks vanuit de Westcoast zijn ingevlogen. Captain Walker maakt namelijk onvervalste soft- en/of yachtrock. Harmonieën waar zelfs The Eagles en America nog een puntje aan kunnen zuigen, liedjes die Jackson Browne had kunnen schrijven. En dat alles dan tot in perfectie opgenomen.

In de jaren zeventig was Captain Walker ongetwijfeld doorgebroken als het Europese antwoord op de softrock uit de USA. Nu moeten ze het stellen met een stream op Spotify (amper 20.000 keer afgespeeld, een Soundcloud-account (ik ben zojuist volger nummer 100 geworden) en downloads via iTunes. Oh, en 250 stuks van hun album “Way Back Home” op een dikke plak vinyl. Hoezo ondergewaardeerd? Het enige exemplaar dat buiten Noorwegen verkocht werd staat in mijn platenkast – ik werd er op gewezen door een vriend van de toetsenist van de band die ik op Instagram volg.

Het is onmogelijk te kiezen tussen de catchy opener The Wrong Way en het slepende Sleep Alabama, dat met een beetje fantasie wel van Crosby, Stills en Nash had kunnen zijn. Beide zijn derhalve mijn meest ondergewaardeerde liedjes van 2014. Gaat dat luisteren.

Keuze Freek Janssen: Superfood – Right On Satellite

Winnaar in de categorie ‘waarom is dit geen kneiter van een hit geworden?’

Ik heb absoluut geen neus voor hits. Als ik voorspel dat een liedje een gigantische evergreen gaat worden, dan is het gedoemd om te falen. Dat gebeurde me onlangs nog bij I Call You Honey van de Nederlandse band Sunday Sun: ik voorspelde dat dit liedje Fascination van Alphabeat achterna zou gaan, maar het is niet verder gekomen dan een paar draaibeurten op 3FM.

Zo kende ik er dit jaar nog wel een paar meer. Er waren de liedjes waarvan ik niet begrijp dat ze nog niet op single zijn uitgebracht, zoals Iron Sky van Paolo Nutini en (daar heb je hem weer) Liefste van Typhoon.

In de categorie ‘waarom is dit in godsnaam geen kneiter van een hit geworden?’ scoort Right On Satellite van Superfood wel het allerhoogste. Het klinkt als Supergrass anno 2014 (misschien is de bandnaam zelfs een knipoog?), en Right On Satellite is net zo catchy als het alweer 17 jaar oude Sun Hits The Sky. Wat zeg ik? Het is nog veel pakkender. Na een keer luisteren krijg je het niet meer uit je hoofd.

Het nummer werd in augustus uitgebracht, in totaal 11 keer gedraaid door 3voor12 en daar bleef het dan ook bij.

Ik zou het dan ook zeer terecht vinden als Right On Satellite het predikaat Ondergewaardeerde Liedje van 2014 krijgt.

Keuze Edgar Kruize: Lonely The Brave – Backroads

Grote belofte die het toch niet helemaal waarmaakte

Bloedende oortjes, dat heeft het debuut van Lonely The Brave de schrijver dezes bezorgd. De Britse band tapt uit bekende rockvaatjes, opererend binnen de sonische driehoek waarvoor Pearl Jam, Biffy Clyro en Deftones de paaltjes geslagen hebben. Maar Lonely The Brave doet dat wel met zo veel passie, verve en kracht, dat je niets anders kan dan ademloos toehoren. De gitaren zijn fel, de drums beuken, de teksten zijn pakkend oprecht en de refreinen zijn stadionbreed en de stem van zanger David Jakes heeft je in no-time bij de kladden en snijdt door hart en ziel.

Een van de uitschieters is de track Backroads, waarbij de behoorlijk beladen (zeg maar gerust depri) teksten het opnemen tegen een massieve gitaarmuur en die botsing levert een memorabele track op. Live heeft de band afgelopen zomer getracht zieltjes te winnen en als je hen op een goede dag trof waren ze episch. Maar zanger David Jakes is zacht gezegd nogal schuw en opereert op het podium voornamelijk op de plekken waar op dat moment de spotlights uit staan. Dat maakt dat de rest van de band tweemaal zo hard moet werken en het doet afvragen hoe ver deze band daarmee gaat komen. De doorbraak had er eigenlijk wel moeten zijn inmiddels. Aan het materiaal ligt het in ieder geval niet en dus schuif ik ze graag naar voren in de Ondergewaardeerde 2014.

Keuze Marjolein van Elteren: Tindersticks – Whispering Guns Parts 1, 2 &  3

Als je echt gaat luisteren dan hoor je in de drums het artillerievuur, dan voel je de beklemmende sfeer van gevechten, rouwende ouders die hun kind verloren

Eén van de mooiste en meest indrukwekkende albums van 2014 is voor mij Ypres van Tindersticks. Het album is duidelijk één geheel, maar als er toch gekozen moet worden dan zou ik als beste track gaan voor de eerste track van het album: Whispering Guns Parts 1, 2 and 3.

Eind 2011 wordt de band uit Nottingham gevraagd om de muziek te maken voor het In Flanders Fields museum in het Belgische Ieper (Ypres). Ieper was één van de felst bevochten frontlinies van de eerste wereldoorlog en is toen vrijwel volledig verwoest, en na de oorlog weer opgebouwd als een kopie van zichzelf. Het In Flanders Fields museum houdt de herinnering aan deze oorlog levend, en is in 2012 opnieuw ingericht. Aan Tindersticks de eer om een soundtrack te maken voor dit museum.

De muziek moest bijdragen aan de sfeer maar niet te overheersend worden, de tracks moesten soundscapes worden voor elke stap door het museum. Verwacht dus geen vocalen van frontman Stuart Staples, of hele volle tracks met een duidelijk begin en eindpunt. Dat zit er hier niet in. Eigenlijk zou je het album ook de hele dag op repeat kunnen hebben zonder goed door te hebben wanneer het opnieuw begint en waar het einde is. Je zou je kunnen afvragen of deze soundscapes niet exclusief voor het museum moeten blijven, uniek voor die plek.

Werkt zo’n album wel voor in de woonkamer? Ik denk van wel. Misschien niet als achtergrondmuziek, maar als je echt gaat luisteren dan hoor je in de drums het artillerievuur, dan voel je de beklemmende sfeer van gevechten, rouwende ouders die hun kind verloren in de oorlog maar ook hoop en compassie. Dan wordt het album wat het moet zijn: een indrukwekkend monument.

Keuze Stefan Koopmanschap: Saint Motel – My Type

Ergens liep iets spaak, en wie het weet mag het zeggen

Het begon zo veelbelovend met My Type. De single was pas net uit of hij werkt opgepikt door de wat kleinere stations als KX Radio en On Air Radio. Toen was het even stil, maar daarna werd ook de landelijke radio wakker en hoorde je onder andere op 3FM My Type langskomen. Maar waar bleef nou die hitnotering? Waar bleef nou dat plekje in de hoogste rotatie? Nee hoor, ze kwamen niet.

Ik begrijp het niet. Zo’n up-tempo feel-good nummer zou toch veel meer airplay horen te krijgen? Het zou toch een hoge notering moeten krijgen in de hitlijsten? Waarom sloeg dit niet aan? Ergens liep iets spaak, en wie het weet mag het zeggen.

Het is heel lastig om definitief te zeggen dat dit het meest ondergewaardeerde liedje was van 2014, maar van mij mag Saint Motel toch wel aanspraak maken op die titel. Met als runners up Hadewych Minis en PJ Pacifico overigens wat mij betreft.

Keuze Anne Escher: Thee Silver Mount Zion Memorial Orchestra – What We Loved Was Not Enough

‘The day has come when we no longer feel’

Nadat ik de meest recente plaat van deze band met ook al een lange titel vol bewondering had beluisterd en toegevoegd aan mijn jaarlijstje, viel het me op dat van de redelijk wat lijstjes de ik voorbij heb zien komen, er welgeteld 1 iemand van het muziekblad OOR het album op de zevende plek had gezet. Daarom pleit ik vandaag voor dit nummer als ondergewaardeerd liedje van 2014.

Het optreden wat ik van ze zag dit jaar op Incubate, had een volle zaal. Daar speelden ze dit nummer ook, de hele 11:23 minuten lang. Ademloos, maar in stilte wiegde iedereen zachtjes in zijn stoel mee bij dit zitconcert. Wat dat doe je bij dit nummer. Het begint rustig, maar met de schelle en opvallende stem van zanger Efrim Menuck,(ook van Godspeed You! Black Emperor)

Rond de drie minuten zijn de andere leden ook aan de beurt en wordt het een samenhangend nummer wat langzaam maar nooit zonder de aandacht te verliezen opbouwt. Later wordt het een theatraal stuk, met meerdere stemmen door elkaar waar ik intens van kan genieten en mij ondanks de tekst

‘The world itself consumed
Man that’s the only truth
And what we loved was not enough
Even though we wanted to’

achterlaat aan het eind van het nummer met een koortje van stemmen van de dames in de band met een rustgevend gevoel.

Keuze Frans Kraaikamp: Paolo Nutini – Better Man

Hoe mooi zingt deze man over wat een vrouw in hem losmaakt…

Eén van mijn favoriete platen van dit jaar komt van Paolo Nutini ‘s hand. De verklaring is simpel: ik hou van de stem van deze man. Op de plaat Caustic Love staan hele mooi liedjes. Het album is als geheel van uitstekende makelij. Uitschieters op het album zijn wat mij betreft de liedjes Iron Sky en Better Man. Iron Sky kwam dit jaar zelf binnen in de top 100 van de Snob 2000; een hele mooie prestatie!

Better Man is een mooi klein liefdesliedje met een lekker gospelsausje. De albumversie bouwt nog wat verder uit met een achtergrondkoor. De live-opname doet het wat rustiger aan wat ook goed bij het liedje past. Luister zelf maar eens hoe mooi deze man zingt over wat een vrouw in hem losmaakt… Ik word er blij van!

She makes me smile
She thinks the way I think
That girl makes me wanna be better
Took her down Bleecker Street
Saw she drank the way I drink
I kiss the sky to send her blue a letter

That girl
Makes me wanna be a better man
Ye should she see fit
Gonna treat her like a real man can
She’s fearless, she’s free
Oh she is a real live wire

And that girl
She’s got me feeling so much better
Oh you trade all the money in the world
Just to see this girl’s smile
All the while, she’ll make you feel so much better
Oh that girl, makes me wanna be a better man

[polldaddy poll=8551594]

3 comments

  1. Zowel Saint Motel als Sunday Sun (genoemd door Freek) hoorde ik deze week langskomen op Radio 2. Misschien is er nog hoop.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.