Straten in films en liedjes spreken altijd tot de verbeelding. En dan hebben we het niet over Abbey Road die duizenden bezoekers per jaar trekt, maar over de straten en adressen die worden bezongen: van Warwick Avenue tot Telegraph Road en Alphabet Street.
Het mooie is: sinds Google Maps (en Streetview) kunnen we gewoon zién hoe het er daar uitziet! Kom je met ons mee?
Keuze Danny den Boef: Neil Diamond – Brooklyn Roads (1968)
Thuis komen
Een aantal jaren geleden zag ik een korte documentaire met daarin Neil Diamond in de hoofdrol. Neil vertrekt per metro vanuit downtown Manhattan, waar hij op dat moment enkele uitverkochte shows speelt in een keer op keer uitverkocht Madison Square Garden. Neil, met zonnebril, zit samen met een cameraploeg in de metro en vertelt – terwijl hij de krant leest – over vroeger en zijn liefde voor New York. Ze zijn onderweg naar de plek waar hij is opgegroeid. Brooklyn.
Eenmaal aangekomen in Brooklyn wandelt Neil vanaf het metrostation in de richting van het huis waar hij in deze wijk het langst gewoond heeft. Onderweg spreekt hij met mensen op straat. Ze vinden hem uiteraard allemaal geweldig en hebben al z’n muziek. Zo gaat dat. Neil is ondertussen zichtbaar op zijn gemak. Brooklyn zit nog steeds diep in hem vergroeid zo lijkt het.
Als Neil op een straathoek een groepje jongeren ziet, stapt hij er argeloos op af en vraagt of ze hier ook wonen. Dat doen ze. Neil is weer even terug; vijftig jaar later in de straat waar hij opgroeide. Hij vertelt over de winkels die er toen nog waren. Waar hij een bijbaantje had. Waar zijn vriendjes woonde. Hoe oud de jongens zijn, vraagt hij ook nog. Allen zijn een jaar of 17. Als Neil dat hoort vraagt hij heel aandoenlijk of ze al wel eens in ‘De grote stad‘ Manhattan zijn geweest. Als de groep daar lacherig en haast vanzelfsprekend ‘Ja!‘ op antwoord, vertelt Neil, al even aandoenlijk, dat hij pas 16 was toen hij de eerste keer in op Manhattan kwam. ‘Dit was mijn wijk, dus ja..‘ aldus Neil.
Als hij weer verder loopt drukt hij de groep op het hart om zelf over vijftig jaar weer eens terug te komen. ‘It will blow your mind‘.
Uiteindelijk komt Neil uit in de woning waar hij met zijn ouders Rose en Akeeba en zijn broer Harvey een relatief lange tijd woonde. Het gezin verhuisde nogal vaak, maar bleef toch in Brooklyn hangen. Vanuit zijn raam, op de derde verdieping boven de slager op Church Avenue, keek de jonge Neil de straat in en sloeg zijn fantasie op hol. Draken, kastelen, alles kwam in het hoofd van de jongen voorbij. Precies zoals hij in het prachtige nummer Brooklyn Roads vertelt. Het nummer luistert weg als een gesproken dagboek. Een kristalhelder beeld van wat hij beschrijft vormt zich langzaam in je hoofd. Alsof je stiekem meekijkt over de schouder van de jonge Neil. Zelden was een beschrijving van een jeugd zo intens voelbaar en herkenbaar. Want opgegroeid zijn we allemaal.
De geur van zijn moeders kookkunsten. Zijn vader die zijn zoons in de armen sluit na een lange werkdag. Bang zijn om zijn rapport te laten zien. Neil was niet zo’n held op school. Waar hij trouwens in de klas zat bij Barbra Streisand. Maar dat terzijde.
Verderop in het nummer beschrijft hij zijn verlangen om later in zijn leven weer eens terug te keren. Maar hij is bang. Bang voor de verandering. Bang voor het onbekende. En dus loopt hij slechts in zijn hoofd nog eens door zijn jeugd.
Uiteindelijk vraagt hij zich af of er nu ook een jongen vanuit zijn oude kamer – net als hij toen – vol fantasie, dromen en nieuwsgierigheid uit hetzelfde raam kijkt. Naar het leven en die prachtige Brooklyn Roads.
Afgelopen maart trad hij voor het eerst gedurende zijn lange carrière op in zijn oude buurt Brooklyn. Toen hij dit nummer starte, was de opwinding merkbaar. Na het vallen van de eerste keer ‘Brooklyn Roads’, barste de zaal uit in een spontane staande ovatie. Na het nummer klonk er opnieuw minutenlang applaus. Neil was weer thuis.
Keuze Marèse Peters: Genesis – In the Cage (1974)
Extreme en complexe emoties samengebald in 8 minuten
Ik durf er best wat om te verwedden dat New York de stad is die de meeste (plaatsverwijzingen in) popliedjes heeft geïnspireerd. Al decennia spreekt The Big Apple tot de verbeelding. Zelfs de heren van het Britser-dan-Britse gezelschap Genesis hadden in de jaren zeventig een grote flirt met Amerika. Eén van hun meest gedenkwaardige albums speelt zich geheel af in New York: The Lamb lies down on Broadway.
Je ziet het al een beetje aan de tracklijst van het album: Back in NYC, Broadway Melody of 1974. En ook in de teksten van een groot aantal nummers wemelt het van de verwijzingen naar Manhattan, Times Square, 42nd street en Brooklyn. Genesis lonkt naar het beloofde land aan de overkant van de oceaan, waar hun aanhang begin jaren ’70 na een paar kleine tournees gestaag begint te groeien.
De plaatsaanduiding die mij het meest intrigeert, zit in het nummer In the Cage. Rond 5.51 zingt Peter Gabriel:
In a trap, feel a strap
Holding still, pinned for kill
Chances narrow that I’ll make it,
In the cushioned straight-jacket
Just like 22nd Street
They got me by my neck and feet
Net als het hele album blinkt dit nummer uit in vaagheid en multi-interpretabelheid (wat ik al eens eerder heb uitgelegd). Volgens mij komt hoofdpersoon Rael in dit nummer in een draaikolk van emoties terecht. Een psychose wellicht. In elk geval spat de energieke waanzin van dit nummer af.
Uit de regels hierboven maak ik op dat Rael wordt overmeesterd en vastgezet in een dwangbuis. Just like 22nd Street: wat heeft 22nd Street te maken met een dwangbuis? In mijn hoofd lag er lange tijd een psychiatrisch ziekenhuis aan 22nd St. Maar dat is niet zo. Ook op internet wordt er flink gespeculeerd over de betekenis van de straatnaam hier.
Mijn idee hierover bleef lange tijd vrij vaag, totdat ik op deze site kwam, waar je (historische) feiten over New York die bewaard worden in liedjes, kunt terugvinden. Op de pagina over 22nd Street ontdekte ik dat op de kruising met Broadway het beroemde Flatiron Building staat: dat kenmerkende driehoekige gebouw met één rechte en één scherpe hoek. Zou dat niet de link zijn? ‘They got me by my neck and feet: Rael heeft een dwangbuis aan. Hij ligt op zijn zij en zijn armen zijn achter zijn rug aan zijn enkels vastgebonden. Met zijn lichaam vormt hij een ongelijkzijdige driehoek: één rechte hoek en één scherpe hoek.
Geen idee of dit ergens op slaat. Doet het ertoe? Niet echt. Feit blijft dat dit een weergaloos nummer is dat een opeenvolging van extreme en complexe emoties in een minuut of acht weet te vangen. En dat er verwijzingen naar de echte wereld in zitten die je jarenlang kunnen bezighouden, maakt het er alleen maar fascinerender op.
Keuze Tricky Dicky: Billy Joel – Movin’ Out (Anthony’s Song) (1977)
Dromen najagen
Anthony works in the grocery store, Savin’ his pennies for someday… Mmmmama Leone….
Wat was die tekst ook al weer? Ik val even stil.
Workin’ too hard can give you a heart attack (ack, ack, ack, ack). You oughta know by now, Who needs a house out in Hackensack…
En dan houdt het op. Telkens wanneer ik dit lied hoor herinner ik mij de Mmmmm en ack, ack, ack en zing dat natuurlijk ‘woordelijk’ mee. En met mij hele volkstammen; en tijdens concerten zingt de hele zaal uit volle borst: I’m Movin’ Out….
Billy Joel is geboren in de Bronx (New York) en net als Bruce Springsteen is hij een kind van de stad en een symbool voor de ‘working-class’. Toen hij 8 jaar was scheidden zijn ouders; zijn vader vertrok naar Wenen. Moeder en kinderen Joel hadden het niet breed, waardoor Billy al op vroege leeftijd pianoles moest geven om de eindjes aan elkaar te knopen. Op latere leeftijd speelde hij in bars om het gezin te ondersteunen en mede daardoor slaagde hij er niet in zijn schooldiploma te halen.
In 1964 zag hij de Beatles op de TV (Ed Sullivan Show) en vanaf dat moment wist hij dat zijn toekomst in de popmuziek lag. In 1971 maakte hij zijn eerste album, maar doordat deze op de verkeerde snelheid was opgenomen was dit geen succes. Pas in 1973 kwam de doorbraak met Piano Man, maar zelfs 6 x platinum was niets vergeleken met The Stranger uit 1977, dat maar liefst 15 x hetzelfde edelmetaal verworf. Joel zou het album opnemen met 5de Beatle George Martin, maar deze wilde niet met zijn band samenwerken, waardoor de productie in handen kwam van Phil Ramone.
Movin’ Out gaat over de zin van het leven, een onderwerp dat veelal pas besproken wordt onder het genot van een (overmatig) alcoholische versnapering en/of een verrijkt peukie. Monty Python wist er zelfs een absurdistische film mee te vullen, en misschien is dat ook wel het enige antwoord op de vraag. Niet te lang bij stil staan, want de waarheid ligt ergens…..
Movin’ Out gaat ook over het verplicht moeten najagen van een status in plaats van het vervullen van je dromen en wensen. Met name de ‘working-class’ immigranten willen het ‘maken’ in Amerika en werken vele uren en hebben vaak zelfs dubbele banen om een statussymbool als een huis of een nieuwe auto te kunnen betalen.
“Anthony stelt zichzelf de vraag of hij dat wel wil. Ik zag mijn vrienden, die min of meer gedwongen werden een baan te nemen om de familie te ondersteunen, waardoor ze nooit hun eigen leven konden vervullen. Ik zie mensen hun leven verkwisten voor het bezit van dingen in plaats van hun talent te benutten”.
Sergeant O’Leary is walkin’ the beat
At night he becomes a bartender
He works at Mister Cacciatore’s down
On Sullivan Street
Across from the medical center
Er is nooit een medisch centrum in Sullivan Street geweest. Mr Cacciatore’s was een restaurant op de hoek van Sullivan Street en Spring Street. Tevens is er anno 2015 een restaurant nabij met de toevallige naam ‘The Dutch’.
It seems such a waste of time
If that’s what it’s all about
Mama if that’s movin’ up
Then I’m movin’ out
I’m movin’ out
Keuze Freek Janssen: Sting – Moon Over Bourbon Street (1985)
De vampier die niet anders kon dan doden
Sommige verhalen verliezen aan kracht als je ze gaat onderzoeken (kapot checken, heet dat ook wel in de journalistiek). Soms vind je juist een verhaal waar je er eigenlijk geen zocht.
Een spookverhaal zelfs….
Bourbon Street was eigenlijk altijd al mijn favoriete Sting-nummer, samen met Seven Days. Even uitzoeken waar Bourbon Street eigenlijk ligt, en het verbaasde me niet heel erg dat dat New Orleans was (die stad komt immers voor in de songtekst).
Wanneer wordt het eng, Freek? Nu!
Sting schreef dit liedje toen hij tijdens een tour New Orleans aandeed. Het was in Bourbon Street waarin hij verdiept was in het boek Interview With The Vampire. De zanger was met name gefascineerd door het dilemma van de hoofdpersoon: hij was vampier tegen wil en dank, wilde eigenlijk niet doden, maar dat was de enige manier voor hem om in leven te blijven.
She walks everyday through the streets of New Orleans
She’s innocent and young, from a family of means
I have stood many times outside her window at night
To struggle with my instinct in the pale moonlight
How could I be this way when I pray to God above?
I must love what I destroy and destroy the thing I love
Oh you’ll never see my shade or hear the sound of my feet
While there’s a moon over Bourbon Street
Wie Google Streetview raadpleegt zal zien dat Bourbon Street niet in het sjiekste deel van New Orleans ligt. Al scrollend door de straten bleef mijn blik hangen bij dit terrasje:
Als je de foto’s bekijkt die passanten van het gebouw hebben gemaakt, dan zie je pas wat voor een bijzonder oud, krakkemikkig gebouwtje het eigenlijk is:
De naam van het café is Lafitte Blacksmith Shop Bar. Het is niet moeilijk voor te stellen dat hier ‘s avonds in het donker een vampier voorbij struint. Sterker nog: in deze tent schijnen twee spoken rond te waren – de oorspronkelijke eigenaar uit de 18e eeuw en een vrouw die er ooit zelfmoord heeft gepleegd.
Keuze Kari-Anne Fygi: Tröckener Kecks – Czaar Peterstraat (1987)
Altijd als ik er langs fiets, zing ik een verbasterde versie
De Tröckener Kecks zijn als band hevig ondergewaardeerd. In deze tijd waar het Nederlandstalig werk niet verder komt dan uit de kelen van Jan Smit, Nick & Simon en De Toppers, had je in de jaren tachtig en begin jaren negentig: De Kecks, De Dijk en The Scene. De heilige drie-eenheid.
The Scene heeft al voor het verscheiden van Thé Lau dit jaar een mythische vorm aangenomen. De Dijk doet het nog steeds, maar de Kecks zijn in de historie een beetje ondergesneeuwd. Zo onterecht. Voor mij is deze Amsterdamse band de muzikale Bukowski van de vorige eeuw.
Neem dit nummer van het album De Jacht uit 1989: Czaar Peterstraat. Waarom staat dit nummer niet in de Top 1000 aller tijden? Luister en huiver! Een muzikaal kunstwerk. Een eerbetoon aan het armoedige Amsterdam en het al dan niet accepteren van hoe je je leven leidt.
De pianoklanken aan het begin van het nummer klinken net zo desolaat als dat de straat in de jaren tachtig was, dat weet ik zeker.
En dan begint Rick de Leeuw te zingen:
Er valt regen in mijn beker
Uit een lek in het plafond
Tijd voor een wandeling in de buurt
Waar het altijd ruikt naar bloemenwater
Straten veel te smal voor zon
Het waait er
Ook al waait het niet
Luister naar en huiver, ook het couplet verder in het nummer:
Ik bestel een oude koffie
In de snackbar en zie daar
Iedereen zit weer op zijn plek
En praat weer eens over verhuizen
Dat doen ze hier al twintig jaar
Maar zij gaan toch nooit weg, ik wel
Dit mensen…dit is prachtig.
Iedereen moet dit liedje leren kennen. Het is welhaast net zo ondergewaardeerd als de straat destijds. En dat kan beter. Net als de straat zelf.
De Czaar Peterstraat is anno 2015 is een geslaagd staaltje herinrichting eerste klas van de gemeente Amsterdam. De hele buurt is opgeknapt. Het is een fijne karaktervolle straat geworden, daar om de hoek van het bastion van de Volkskrant, Trouw en Het Parool, met zelfs enkele hipsterwinkeltjes.
Eigenlijk dus als de Kecks zelf.
Als ik naar Oost fiets, ga ik het liefst via de Czaar Peterstraat. En dan zing ik een verbasterde versie van De Leeuws twee zinnen
En vlak langs de huizen fiets
Maar ik fiets in het midden en ik zing
Nooit hardop, maar ik zing het wel, altijd.
Keuze Edgar Kruize: The Afghan Whigs – Fountain And Fairfax (1993)
Soberheid op kruipafstand van de kroeg
Het leven van een verslaafde is er eentje die zich voortsleept van ‘fix’ naar ‘fix’. Eenmaal aan het afkicken moet ene andere regelmaat worden gezocht en die zit vaak in praatgroepjes. Waar hier in Nederland vooral professionele klinieken zich met dergelijk praatwerk bezig houden, zijn het in de Verenigde Staten ook regelmatig kerken en de daar aan verbonden vrijwilligers die zich over de onderlaag van de samenleving ontfermen.
Een zo’n kerk was de Crescent Heights United Methodist Church in West Hollywood, op het kruispunt tussen North Fairfax Avenue en Fountain Avenue. Exact tussen Sunset Boulevard en Santa Monica Boulevard ingeklemd is het de plek waar veel aan rock ’n roll bezweken muzikanten weer een heldere blik proberen te krijgen. Onder hen Greg Dulli, frontman van The Afghan Whigs. De man heeft in zijn leven de nodige innerlijke demonen bestreden en vond in het anonieme alcoholisten-praatgroepje van die kerk zijn rust en helderheid terug. Voor zolang het duurde. Want de beroemde dranklokalen van Los Angeles liggen op kruipafstand.
Angel, forever
Don’t you promise me
What you cannot deliver nowAngel, together
I’ll be waitin’ for you
On Fountain and Fairfax
De kerk is inmiddels gesloten, daar het ondanks de bezielende krachten van de vrijwilligers te duur werd om deze open het houden. Het ontmoetingspunt voor gevallen en weer opkrabbelende alcoholisten leeft echter voort in het beklemmende, maar tegelijk soulvol groovende Fountain And Fairfax van The Afghan Whigs.
Keuze Henk Tijdink: Jan Henk de Groot – Kielsterachterweg (2013)
Echte Hollandicana
Deze blog is knap mislukt. Excuses al vast. Ten eerste is het plan B geworden wat liedkeuze betreft. Ten tweede is het in dialect/het Gronings. En ten laatste is de video…, tja…
6th Avenue Heartache van The Wallflowers zou mijn bijdrage worden voor deze blog. Zo’n typisch albumliedje van zo’n vergeten bandje. Bij het terugluisteren sloeg de verveling echter al snel toe. De een noemt het degelijk Amerikaan; ik noem het gezapig en passieloos.
Dus dan maar over een andere boeg. Van Manhattan naar Zuidoost Groningen, van 6th Avenue naar de Kielsterachterweg. Van Dylan naar Jan Henk de Groot. Wie?
Jan Henk de Groot is een Groninger die veelal Engelstalig werk uitbracht. Eerst met zijn bandje Henkus met liedjes zoals She’s A Girl, daarna solo. En sinds een jaar of twee zingt hij in het Gronings. Noem het koudwatervrees, noem het vooruitgang. Wat uw wilt.
De Kielsterachterweg verbindt Hoogezand met de N33 en het is een beruchte weg. De foto’s op internet laten zien waarom. Auto’s in de sloot, auto’s tegen een boom, auto’s om een boom. Bij regen, mist en duisternis is het rijden over de Kielsterachterweg flirten met de dood.
Ik kiek achterom, in de spiegel jaagt het zwarte mie noa
Jan Henk bezingt het gevoel en de gedachten van een chauffeur die, bij nacht en ontij, over de Kielsterachterweg rijdt.
Krantenkoppen spook’n deur de bomen.
Houveul bennen hier nou wel nait omkomen?
Bomen gruien op bluid in de grond
De stijl (in dit nummer) doet wat denken aan 16 Horsepower. Zijn arrangementen zullen niet misstaan bij programma’s als ‘De Beste Singer-Songwriter van Nederland’. Het dialect zal dat waarschijnlijk wel….
Je zult naar Groningen (en de periferie van Friesland en Drenthe) moeten om Jan Henk te zien spelen in cafés, kleine theaters en kneuterige braderieën (zoals te zien in de video). Als je er dan toch bent, rij dan eens over de Kielsterachterweg om van de weidsheid te genieten. En kom daar maar eens om in Manhattan.
[polldaddy poll=9111932]
Fascinerend, en wat zeggen deze keuzes veel. Ik nomineer Blue jay way – beatles. Het is een straat, maar wat een straat moet dat zijn als je het lied hoort…
https://en.wikipedia.org/wiki/Blue_Jay_Way