Peter Panka. Dat klinkt als een fantasiefiguur. Wat wil je wanneer het beroemde vliegende vriendje van Tinkerbel, Peter Pan, volledig in je naam is opgenomen. Alleen, deze Peter Panka heeft echt bestaan. Hij was drummer en medeoprichter van het Duitse Jane, één van de bekendere representanten van de Krautrock die ook buiten de Duitse grenzen werd gewaardeerd. Jane werd in 1970 opgericht en bestaat tot op de dag van vandaag. Panka heeft er 37 jaar deel van uitgemaakt tot hij in 2007 overleed aan Lungenkrebs. Yep, hartstikke dood, maar in het Duits klinkt het toch iets gezelliger dan longkanker.
Peter Panka was het gezicht van Jane. De band heette ook lange tijd Peter Panka’s Jane, nadat gitarist Klaus Hess Mother Jane was begonnen en deels hetzelfde repertoire speelde. Panka wordt bij optredens telkens weer geëerd als de founding father, die niets liever wilde dan dat de band ook na zijn dood zou blijven bestaan. Waarvan akte. 48 jaar inmiddels. Bassist Charly Maucher is teruggekeerd – toch één origineel lid – maar alle anderen zijn op zeker moment vertrokken of erbij gekomen. Jane was en is toch een soort van opvanghuis voor bandloze Kraurockers, afkomstig van onder andere Eloy, Epitaph en Gamma Ray.
Panka was naast Krautrockopvangwerker ook zanger van de band, en wat je vaker zag (lees = hoorde) bij onze musicerende oosterburen was het steenkolenengels. Mooi voorbeeld is de in- en intrieste openingszin van Hangman, dé publieksfavoriet van Jane: wen ai week up in ze morning its zie end of ze day. De treurnis druipt er vanaf, mede door de klankkleur van Panka’s stem, maar toch staat ons heel wat lekkers te wachten. De lome start gaat over in een Status Quo-achtige boogie waar Klaus Hess (gitaar) en Manfred Wieczorke (toetsen) hun kusten vertonen in de live-versie uit ‘76. Het eindigt weer bij zie end of ze day. Opnieuw treurnis, maar wel genoten.