Op 22 juli 2025 overleed, toch nog enigszins onverwacht, John Michael (Ozzy) Osbourne, beter bekend als The Prince Of Darkness. Ozzy zette met Black Sabbath aan het begin van de jaren ’70 hardrock op de wereldkaart. Tot afgrijzen van velen, maar hun muziek won al snel aan populariteit en Black Sabbath zou de onbetwiste moeder van de hardrock en (heavy) metal worden. En ook solo timmerde Ozzy flink aan de weg. Een goede 2 weken voor zijn overlijden kreeg hij nog een mooi afscheidsfeestje in het stadion van Aston Villa. En bij Ondergewaardeerde liedjes geven we hem nog een keer een massale blijk van belangstelling, als dank voor die fijne muzikale herinneringen. Rock on, Ozzy. Wherever you are.
Keuze Leendert Douma: Black Sabbath – Black Sabbath (1970)
Magische scheet?
Oh, die hóes van die eerste Black Sabbath-plaat… Die is eng! Je voelt gewoon dezelfde beklemming van films als – pak ’m beet – The Blair Witch Project of The Shining. Ergens bij een oude watermolen (Mapledurham Watermill), in een winters landschap, staat een hologige geestverschijning in een zwarte mantel je aan te staren. Is het Ozzy? Of is het een andere demon?
Hoe dan ook, hij/het heeft weinig goeds in de zin. Dat zie je zo wel. Dat hoor je ook meteen als je het album opzet. Het eerste nummer heeft dezelfde naam als de band (en het album). We kunnen het dus opvatten als een statement. Het begint met klokgelui en een onweersbui en na 37 seconden barst de eerste heavy riff van gitarist Tony Iommi los. Vervolgens begint Ozzy Osbourne te lamenteren:
What is this that stands before me?
Figure in black which points at me
Turn ’round quick and start to run
Find out I’m the chosen one
Oh, no
Et voila! Het kindje is geboren. We zijn getuigen van de eerste twee minuten black metal/death metal ooit gemaakt. Hier is het allemaal begonnen. Bij Ozzy en Iommi. En bij bassist Geezer Butler natuurlijk, want die was verantwoordelijk voor de teksten. Ze stonden bol van de zwarte magie, iets totaal anders dan alle hippieshit uit die tijd. De logge riffs gingen gepaard met duistere woorden, opgediept uit de zwartste krochten van de hel, zo lijkt het. Het schijnt dat Butler zich voor het nummer Black Sabbath had laten inspireren door occultist en alchemist Aleister Crowley – staatsvijand nummer 1 in de eerste helft van de twintigste eeuw. En er was nog een boek, zo herinnerde Geezer zich later: Ozzy gave me this 16th Century book about magic that he’d stolen from somewhere. I put it in the airing cupboard because I wasn’t sure about it. Later that night I woke up and saw this black shadow at the end of the bed. It was a horrible presence that frightened the life out of me!
Het zette de toon voor dit album en voor de vier fantastische albums die volgden. Tot en met Sabbath Bloody Sabbath waren zij de hardsten en de zwartsten, de luidsten en de duistersten van allemaal. Het was lang voordat de ‘prince of darkness’ een soapster werd… Overigens viel het met al die zwarte magie wel mee bij Black Sabbath, zei Ozzy Osbourne vele jaren later tegen Rolling Stone magazine: “We konden nog geen scheet tevoorschijn toveren.”
Keuze Marco Groen: Black Sabbath – Into the Void (1971)
Kortgeleden kwam het bericht binnen dat Ozzy naar Heaven, dan wel Hell was gegaan. Maar is dit eigenlijk wel zo? Werkt het op die manier bij The Prince of Darkness? In sommige songteksten zijn namelijk een paar -meer dan subtiele- hints verwerkt dat het best nog wel eens anders zou kunnen zitten. Zo behoort het tot de mogelijkheden dat Ozzy simpelweg een ruimteschip heeft gepakt om zijn bierpikkerij op een andere planeet voort te zetten. Into the Void bijvoorbeeld. Dit nummer is een duidelijk omschrijving van dat de aarde dusdanig vervuild en chaotisch is, dat een groep astronauten besluit hun biezen te pakken om hun heil ergens anders te zoeken. Vreemd natuurlijk, want in het woordenboek staat bij het woordje chaos een foto van Ozzy Osbourne. Overigens bestaat er een planetoïde met de naam 19521 Chaos, wat niet zo’n goede kandidaat om heen te reizen. Koud, geen atmosfeer en nauwelijks goede kroegen.
In de lijn van Paul is Dead en Justin Bieber is een hagedis is het wellicht leuk om hier een zoveelste onzinnige complottheorie van te maken: Ozzy zou volgens die theorie onderweg zijn naar Proxima Centauri. Genoeg lui die hierin op bloedserieuze wijze zullen meegaan. Aan de andere kant kunnen we ook gewoon accepteren dat de ziel van Ozzy daadwerkelijk in het oneindige niets is verdwenen. Into the Void dus. Het beste nummer van het album Master of Reality laat weer eens zien hoe veelzijdig Black Sabbath als band was. De gitaren van Iommi en Butler werden twee octaven lager afgestemd, wat Into the Void een erg duister geluid geeft. Het wijkt behoorlijk af van ander werk. De bijbehorende riff werd een bron van inspiratie voor zowel Edward van Halen als James Hetfield. Oorspronkelijk heette het nummer Spanish Sid, wat natuurlijk helemaal nergens op slaat.
Keuze Willem Kamps: Black Sabbath – Changes (1972)
Godswonder
Het mag als een godswonder worden gezien dat mijn ouderlijk huis, een corporatiewoninkje uit 1920 met steens buitenmuren, nog steeds overeind staat. Want wat kreeg het vanaf 1970 enorme geluidsgolven te verduren. Het bijna dagelijkse gebeuk van Bill Ward, het gedreun van Geezer Butler, de loodzware riffs van Tony Iommi en het gesnerp van Ozzy Osbourne kregen – onbegrijpelijk – niet voor elkaar wat in de Bijbel met Jericho wél gebeurde. Het zegt iets over de degelijke bouwkwaliteit van begin vorige eeuw.
Natuurlijk moest een optreden worden bijgewoond. Op 4 november 1975 toog ik met mijn broers naar het Scheveningse Circustheater – toen nog geen musicalhal – om aldaar te worden weggeblazen door Black Sabbath. Man, wat was dat goed! En hard, verschrikkelijk hard. Ik vermoed dat daar de betonnen bodem is gelegd voor mijn latere tinnitus. Geen hond ook die er toentertijd voor waarschuwde. De piep in m’n oren hield veel te lang aan, maar ja, wat kon mij dat schelen als zeventienjarige. Ik had Sabbath gezien!
Mijn oudste broer had eerst Paranoid gekocht, daarna volgde rap hun debuut, en vervolgens bijna elk jaar weer een opvolger. Instortingsgevaar speelde geen rol; de volumeknop werd telkens gretig opengedraaid. Hun vierde album (IV) bracht enige lucht met wat akoestische gitaar en toetsen. Zelfs een ballad, gevoelvol gezongen door Ozzy, de zanger waarmee ik ben opgegroeid en die met Black Sabbath mijn muzikale spectrum mede heeft bepaald. Changes, een atypische Sabbathsong: géén gitaar, bas of drums, wel piano en mellotron. En vooral Ozzy, nu voorgoed opgenomen in zijn geliefde darkness.
Keuze Remco Smith: Ozzy Osbourne – Mama I’m Coming Home (1991)
Eén van de beste optredens die ik ooit zag
In 2002 landde Ozzfest in Nijmegen, het metalfestival met Ozzy als headliner. Tool stond ook op het affiche dus ik moest daar naar toe. Met Eibert, met wie ik in 1993 Tool ook al had gezien in Noorderligt, Tilburg. Ik was geen metalhead, nog steeds niet, maar die eerste drie volwaardige platen van Tool had ik verslonden. Lateralus was net uit, dat zou geweldig worden.
Die middag op pad naar het Goffertpark. We hadden uiteraard een kaartje voor de gehele dag dus zouden er ook de hele dag naar toe gaan. Vlak bij het Goffertpark hoorden we al gegrunt. “Joh, ik vrees dat dat een vrouw is.” Het antwoord: “Dat zal toch niet?!” Op een drafje naar binnen en ja hoor, daar stond Kitty te grunten. Hoon was hun deel overigens, er waren niet veel Kittyfans aanwezig. Verder viel ons wel op dat wij wat misplaatst waren. Wij droegen gewone lichte effen t-shirts, we zagen nog twee jongens in identieke Hawaii-shirts en verder droeg iedereen zwart. Dat wij daar wat misplaatst waren bleek de rest van de dag. Slayer, .-Calibre, Within Temptation, het was eigenlijk niet aan ons besteed.
Rond zes uur in de middag was het hoogtepunt The Wall of Death: een grote ton waar motoren in rondreden. Toen kwam Tool en dat was goed, maar eerder ok goed dan overdonderend goed. Ozzy dan. Eibert en ik hadden afgesproken: dat wordt niks. Ozzy kenden we eigenlijk het beste als MTV-karakter, Sharon Sharon roepend. Wankel lopend, nauwelijks uit zijn woorden komend. Wel geestig maar toch: dat kon toch niet meer op een podium? Twee liedjes en dan de kroeg in. Mooi niet dus. Ozzy was fantastisch. Wat een charisma, wat een stem, wat een schat aan liedjes ook, waaronder Mama, I’m Coming Home.
Hij had een werkelijk fantastische band bij zich: Robert Trujilo op bas, Faith No More drummer Mike Bordin en de geweldige Zakk Wylde op gitaar. Maar de grootste attractie was Ozzy. Uiteraard hebben we het hele concert uitgezeten en zijn daarna pas, uitgelaten door dit fenomenale optreden, de kroeg in gedoken.
Keuze Vincent van der Vlies: Ozzy Osbourne – No More Tears (1991)
Voor de troepen uit
De nazomer van 1991 was goud waard. Ten, The Black Album, Blood Sugar Sex Magic, Use Your Illusion I en II kwamen allemaal uit in een periode van vijf tot zes weken. Een album dat nog al eens over het hoofd gezien wordt was No More Tears van Ozzy Osbourne dat op 16 september 1991 uitkwam. En okee, die andere albums mogen er natuurlijk best wezen, maar Osbourne liet ook hier weer zien een feilloos gevoel te hebben over hoe je harde muziek kan maken en tegelijkertijd haarfijn de tijd aanvoelt.
Het gelijknamige nummer – een verhaal over een seriemoordenaar – vormt muzikaal gezien oprecht een eclectische blauwdruk voor die periode. Ga maar na: de bass intro van Mike Inez had niet misstaan op Aenema van Tool. De synthesizer die volgt riekt naar Epic van Faith No More. De brug in het midden na vier minuten lijkt heel veel op de brug in Estranged van Guns ‘n Roses (terwijl beide albums dus ongeveer tegelijk uitkwamen). Het synthesizer werk heeft ongetwijfeld als inspiratie gediend in de Engelse black metal scene van de jaren 90. En zouden de leden van East 17 bij It’s Alright naar het prechorus van No More Tears hebben geluisterd qua toon en melodie (We are the seed of the new breed etc)?
Vergezocht die laatste wellicht maar durf me maar eens te beweren dat je geen gelijkenissen hoort! Het is pompeus, meeslepend, goed geproduceerd en episch. En dat kan ook niet anders, want naast voornoemde Mike Inez (die daarna naar Alice In Chains ging) had hij ook nog de legendarische Zakk Wylde op gitaar. Maar bovenal was het natuurlijk Ozzy Osbourne zelf die het nummer opstuwt, een artiest die toen al de 40 gepasseerd was en nog altijd gedreven was om vol energie voor de troepen te lopen om te laten zien hoe het moest.
Keuze Quint Kik: Was (Not Was) ft. Kim Basinger & Ozzy Osbourne – Shake Your Head (Steve ‘Silk’ Hurley remix) (1992)
Op ware grootte
Iedereen die This Is Spinal Tap heeft gezien, kan zich de volgende scene uit deze legendarische mockumentary vast wel voor de geest halen: het moment waarop de band besluit om speciaal voor het nummer Stonehenge een decorstuk te laten vervaardigen. Bij het noteren van de gewenste maten op een servetje gaat er echter iets mis: het resultaat mondt uit in een replica… op zakformaat.
Zoals zoveel lotgevallen uit de film is ook deze ontleend aan een waargebeurde anekdote: voor de Born Again-tour liet Black Sabbath in ’83 Stonehenge nabouwen, om mee te nemen op tournee. Het pakte anders uit: Stonehenge bleek te groot voor het podium en eindigde roemloos op een havenpier. De afgelopen week overleden Ozzy Osbourne bleef deze afgang overigens bespaard. Vier jaar tevoren hadden zijn medebandleden hem vanwege overvloedig drank- en drugsgebruik (tijdelijk) ingeruild voor de zanger van Deep Purple.
Ozzy bevond zich midden in een niet onverdienstelijke solocarrière, toen hij Don en David Was op zijn pad vond. De New Yorkse excentriekelingen wisten hem te strikken voor een gastbijdrage op het tweede album van Was (Not Was). In de originele versie klinkt Shake Your Head (Let’s Go To Bed) als een tamme elektrotrack. Voor een verzamelalbum uit 1992 bouwde house-pionier Steve “Silk” Hurly het nummer om tot een onweerstaanbare discostamper. Ozzy kreeg terecht een groter vocaal aandeel, al moest hij in ruil daarvoor Kim Basinger als co-vocalist dulden. Sharon stond er waarschijnlijk hoofdschuddend bij en keer ernaar, maar de filmster tenminste op ware grootte.
Keuze Halbe Kroes: Ozzy Osbourne: Perry Mason (1995)
Een dosis Ozzmosis
Sinds het overlijden van Ozzy Osbourne zie je veel verhalen voorbij komen van mensen die beïnvloed zijn door hem of eigen memoires willen delen die ze met hem of door hem hebben beleefd. Dit geeft wel aan over wat voor een legende we het hier hebben. Als je even door alle toneel heen kijkt, die ook bij hem hoorde, en alleen even de muziek erbij pakt die hij gemaakt heeft. Dan kun je niet anders dan tot de conclusie komen dat dit toch echt hetgeen is wat hem groot heeft gemaakt.
Om mijn eigen memoires er maar eens bij te pakken, ik was elf jaar toen ik voor het eerst in aanraking kwam met Osbournes muziek. Het album Ozzmosis was aan het eind van 1995 uitgekomen. En bij het opzetten van de CD bulderde de openingstrack oorverdovend door onze woonkamer. Dit was het zevende solo studio-album van hem. Met zijn oude maatje Geezer Butler op de bas, het toetsenwerk van Rick Wakeman (o.a. Yes) en de strakke drums van Deen Castranovo (o.a. Bad English) komt daar overheen nog eens Zakk Wyldes waanzinnige gitaarwerk. Het sprak tot de verbeelding. Nog steeds. Ik kon en kan er geen genoeg van krijgen.
Exact dit was natuurlijk Osbournes kracht. Zich omringen met vele topmuzikanten en zelf de meest bizarre teksten schrijvend. Op deze manier kon de showman Ozzy Osbourne zich volop richten op het bespelen van het publiek tijdens live-shows.
Perry Mason is wat mij betreft een echt een ondergewaardeerd pareltje van Osbournes solo-oeuvre. Met ‘slechts’ 38 miljoen streams op Spotify (vergeleken met de 802 miljoen van “Crazy Train”) is het misschien geen wereldhit, maar het bevestigt mijn gevoel: dit nummer verdient meer erkenning. Ik hoop ook dat we, naast alle gekkigheden, Ozzy Osbourne gaan herinneren om zijn muziek en de invloed die hij daarmee gehad heeft. R.I.P. Ozzy.
Keuze Jeroen Mirck – In My Life (2005)
Gevoelige kant
Als metal-icoon staat Ozzy Osbourne natuurlijk vooral te boek als zanger van stevig materiaal, maar iedereen die zijn reality-show wel eens zag, weet dat The Prince of Darkness ook een gevoelige kant heeft. Dat bewees hij in de nadagen van zijn carrière eens te meer met het Cashiaanse coveralbum Under Cover uit 2005. Daarop klinkt duidelijk zijn voorliefde voor The Beatles. Naast twee intense bewerkingen van nummers van John Lennon, is het echt helemaal raak met In My Life van de voltallige Fab Four. Prachtig gezongen met het juiste gevoel. Laten we ons Ozzy vooral herinneren als de rasartiest die hij was.
Keuze Tricky Dicky: Black Sabbath – God Is Dead (2013)
13 is geen ongeluksgetal
Als praktiserend atheïst ben ik ervan overtuigd dat wanneer de man met de zeis komt het verhaaltje uit is. Geen hemelpoort, geen hel en ook geen paradijs met 72 maagden. I Have A Dream, zei Martin Luther King in een ver verleden. Inderdaad, ik zou graag zien dat alle mensen die moorden of de opdracht tot geven, terroristen, medemensen mishandelen of uitbuiten, milieuverontreinigers uit winstbejag, dierenmishandelaren, godsdienstfanaten, producenten en handelaren in verdovende middelen en al het gespuis van deze wereld zouden verwijderen zodat de eerlijke en gewone burger in vrede en liefde kan leven. Een weldadige god zou dat toch moeten kunnen realiseren, maar aangezien de misdaad en idiotie alleen maar lijkt uit te breiden lijkt het bestaan hiervan een utopie.
In 2013 komt na 35 jaar een nieuwe Black Sabbath-plaat uit met daarop God Is Dead. Een geweldige metalsong die wereldwijd een dikke hit had moeten worden. Ozzy twijfelde aan het bestaan van een god gezien de ellende die we over ons uitgestort krijgen. Toegegeven, verreweg het meeste veroorzaken we zelf door de hang naar macht en geld. Je zou denken dat indien er een god zou bestaan dat hij een halt zou toeroepen aan alle idioten die de vreselijkste misdaden uitvoeren en in zijn naam sterven. Oorspronkelijk zou het lied de titel American Jihad krijgen, maar daar stak Ozzy een stokje voor: no way that was going to happen with me up front having to sing it. I would have had a fucking army after me. Is er nog hoop? Volgens de Prince Of Darkness wel, want aan het einde zingt hij dat hij niet gelooft dat god dood is. Tsja, er is maar één manier om daar achter te komen, maar ik heb geen haast…
Keuze Joop Broekman: Lamb Of God – Children Of The Grave (2025)
Strak en compromisloze ode
Pas toen begin jaren ’90 sludge en doom metal mijn gehoor bereikten, begreep ik de muziek van Black Sabbath echt goed. Het is aan niet-liefhebbers van hardrock en metal niet uit te leggen dat deze band zó belangrijk is geweest in de muziekhistorie. Want ja, harde gitaren en leipe gasten met lange haren, he. Als je dat vooroordeel eenmaal hebt……
Black Sabbath staat uiteraard bij mij in de cd-kast, duh. Net als Joy Division en Bob Marley. En veel artiesten die hun muziek aan de invloed van deze 3 te danken hebben. Ik moet er bij zeggen dat Ozyy en co wel de grootste stempel drukken op de hoeveelheid versterkte gitaren. Mooi feestje was dat in Birmingham. Een afscheid waar je als artiest alleen maar van kan dromen. Ik snap alleen nog steeds niet wat Yungblud daar te zoeken had. Alsof je ineens een plak supermarktkaas geserveerd krijgt tijdens een 8-gangendiner in een restaurant met 3 Michelin sterren.
Maar mijn favoriete metalband was er ook. De 5 heren van Lamb Of God zijn niet vies van strak en compromisloos coverwerk. Hun versie van Children Of The Grave stampt wat meer. Helemaal prima. En Ozzy was het er vast mee eens.
