Het zal wellicht niet op eenieders bucketlist staan, hoewel de echte avonturiers het eigenlijk niet mogen schuwen. Het adagium je moet alles een keer gedaan hebben kan niet serieus genoeg worden genomen. En (dus) moet er een keer een serieus satanisch ritueel ondergaan worden. Daarvoor hoef je geen lid te worden van een club waar een portret van Anton LaVey aan de muur hangt, het bezoeken van een festival kan volstaan.
Het overkwam veel argeloze zielen die in naïeve overmoed vooraan gingen staan bij de Zweedse blackmetalband Watain. Zodra je het schapen- of varkensbloed over je gezicht voelt druipen weet je één ding zeker; je bent onderdeel geworden van een vreemde ceremonie. Niet iedereen reageert daar even enthousiast op. Bij sommige concerten is melding gemaakt van mensen die acuut over hun nek gingen, anderen moesten huilen. Watain krijgt geen sticker van Rob Geus.
Nu is het satanisme een dankbaar onderwerp voor veel metalbands. Persoonlijk ga ik ervan uit dat de meeste bands dit net zo serieus nemen als de schrijver van dit stuk: niet. Watain is een uitzondering hierop. De leden zijn bloedserieus (pun tended) over dit onderwerp. Ze worden gezien als aanhangers van het theïstische satanisme. Dit is een overkoepelende term voor verschillende soorten religieuze bewegingen die satan zien als een bovennatuurlijk wezen of een spirituele entiteit waarmee je in contact kunt komen en vereren. Dit in tegenstelling tot andere vormen van satanisme waarbij de heer met vele namen meer als een archetype of metafoor wordt gezien. Zo was ik zelf ooit lid van de Satanische Tempel, wat je kunt zien als theatraal atheïsme. Een toneelstukje waarmee je een hoop mensen mee op de kast kunt jagen.
Bij Watain ligt dat dus anders. Naar verluidt zijn ze discipelen van de Misanthropic Luciferian Order. Dit is een club die van mening is dat de schepping nooit had moeten plaatsvinden. Met hun rituelen willen ze de boel terugdraaien, of een niet-bestaan ervan creëren. Die ene keer dat ik Watain live mocht aanschouwen (ik stond laf aan de zijkant) was dit overigens niet gelukt.
Buiten vurige kandelaars, het altaar en de dierlijke karkassen om maakt Watain behoorlijk gevarieerde muziek voor een blackmetalband. Het gaat van snoeiharde herrie tot stichtelijke doommetal, waarbij je zelfs progrock-elementen kunt ontwaren. Je ziel verkopen helpt blijkbaar als je een goede muzikant wilt worden. Veel van die aspecten komen samen in het -totaal ondergewaardeerde- Waters of Ain. Een lang epistel over het verlangen naar de toestand toen tijd en materie nog niet bestonden. Het past helemaal in de geest van het geloof van Watain.
Let ook op de bezongen ‘Ain’. Dit komt van het Hebreeuwse ayin en betekent in de meeste gevallen oog, maar kan in de kabbalistische betekenis duiden op het vroegste moment bij de (door Watain verdoemde) creatie. Leegte zo je wil. Het eerste deel van de bandnaam komt uit het Thai, wat tempel betekent. Eh… wat betekent tempel bedoel ik. Het woordje wat in het Thai. Je begrijpt het. Als je jezelf niets aantrekt van multi-interpretabiliteit zou je de bandnaam Watain kunnen vertalen als Tempel van Leegte. Dit staat echter haaks op de volheid van hun muziek. Ayin kan ook waterbron betekenen, waarbij je Watain ook zou kunnen zien als bron van muziek. En ook dat klopt gewoon.