Het is vandaag alweer de zevenenzeventigste Wereldgezondheidsdag. Sinds 1948 vraagt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) elk jaar op 7 april aandacht voor gezondheid en ziektes in de wereld. Dat het dit jaar ook nog eens vijf jaar geleden is dat die wereld zo’n beetje stilstond door corona, is voor ons natuurlijk een uitgelezen mogelijkheid om liedjes over gezondheid en alles wat daarmee te maken heeft onder onze ondergewaardeerde microscoop te leggen. Dus zet je schrap voor een uitgebalanceerde dosis geneeskrachtige composities.
Keuze Hans Dautzenberg: Kevin Coyne – House On The Hill (1973)
Empatisch
Dankzij de onvolprezen inzet van Sjef Wiersma heb ik mijn muzikale horizon danig verbreed. Door zijn adviezen kwamen mij niet alleen de door snobistische kenners opgehemelde artiesten als Captain Beefheart ter ore, maar ook muzikaal minder hoogdravende, maar niet minder bijzondere parels als Kevin Coyne. Terwijl ik door de platenbakken struinde in de schuur van Sjef, hoorde ik van hem een live registratie (In Living Black And White, bleek later). Ik vond de zang van de Britse bard niet per se mooi, maar wel intrigerend. Ik hoorde een uitstekend vertolker. Een liedjesschrijver!
Kevin Coyne (1944-2004) is een van die Britse artiesten die op de kunstacademie muziek gaan maken en vervolgens daarmee hun carrière opbouwen. Maar niet meteen: na zijn studietijd werkt Coyne als maatschappelijk werker in een ziekenhuis en als begeleider van verslaafden. Zijn ervaringen verwerkt hij in liedjes voor zijn band Siren. Hiermee neemt hij twee albums op voor het label van John Peel, Dandelion. Solo brengt hij vervolgens het album Case History uit (let op de verwijzing naar de medische wereld). Werk uit deze tijd is heruitgebracht als The Dandelion Years 1969-1972.
Wanneer Peel stopt met zijn label vindt Coyne onderdak bij Vrigin. Hij is de tweede artiest na Mike Oldfield die er een contract krijgt. Tussendoor is hij nog in beeld als vervanger van Jim Morrison, maar Coyne gaat er niet op in. “I didn’t like the leather trousers!”, was zijn commentaar.
Het album dat bij Virgin verschijnt, vestigt zijn naam. Marjory Razorblade (1973) bevat liedjes met scherpe observaties van het alledaagse leven en de menselijke conditie. Illustratief is House On The Hill. Het nummer gaat over een psychiatrische instelling, denkend aan de mensen die daar verblijven, hun isolement van de buitenwereld, en hoe ze door de samenleving worden gezien en behandeld. Coyne brengt het tegelijk meelevend en observerend. Zoals vaker beschrijft hij gewone mensen, soms met een donkere ondertoon of ironie, maar altijd met een zekere empathie.
Keuze Willem Kamps: UFO – Doctor Doctor (1974)
Geen dokter nodig
Ik ga liever naar de dokter dan naar de tandarts. Geen angst hoor, maar dat ongelukkige gedoe met je mond de hele tijd open, zo’n man die erboven hangt en een beetje tussen je tanden zit te peuren. Nee, bij de dokter kun je gewoon een gesprek voeren, al kun je daar weer vervelender zaken te horen krijgen. Er was ook een tijd dat ik liever naar de tandarts ging dan naar de kapper, vanwege m’n lange lokken. In die tijd bracht UFO hun Doctor Doctor uit. Een up tempo rocker waarin de arts om hulp wordt gevraagd voor een nogal opdringerige liefde.
Het liedje komt van het derde album van de Britse band, Phenomenon (’74), met een nieuwe gitarist: de Duitser Michael Schenker. Hij schreef Doctor Doctor op 18-jarige leeftijd en het wordt nog steeds gespeeld bij elk optreden van zowel UFO als MSG (Michael Schenker Group). Het is meermaals gecoverd, o.a. door Iron Maiden en Hooka natuurlijk. Hooka? De naam is afgeleid van Hooijmans (drummer Ted en bassist Piet) en Kamps (gitarist Rens en toetsenist Willem). Mijn bandje dus.
Twee keer twee broers die vooral voor de lol spelen. Elke dinsdagavond samen muziek maken en een enkele keer een optreden. Piet zingt en Ted en ik doen tweede en derde stem. Recent stond er nog een artikel in De Volkskrant dat je van zingen niet alleen gelukkig wordt maar dat het talloze positieve effecten heeft. Dus eigenlijk heb je helemaal geen dokter nodig als je maar lekker musiceert én zingt. In dit lied zing ik overigens alleen de regel She’s turnin’ paranoid mee. Nou, laat haar meer lekker doordraaien. Ik weet ondertussen niet meer hoe mijn huisarts eruit ziet.
Keuze Quint Kik: Bonnie St. Claire – Dokter Bernhard (1976)
Legendarische cameo
In 2013 leerde ik haar kennen via mijn huidige baan bij het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek: Nel Ruigrok van de Nieuwsmonitor. Een freelance onderzoeker, gespecialiseerd in automatische inhoudsanalyse. Het kopiëren van ANP-berichtgeving door nieuwsmedia, het figureren van politici en hardnekkige frames, beeldvorming rond corona: in talkshows mag ze er geregeld over komen vertellen.
Aan de vooravond van corona hadden we haar vanuit SVDJ gevraagd om een analyse te maken van de nieuwsvoorziening bij lokale omroepen. Indertijd hadden we daar frequent telefonisch contact over, al ging dat heus niet alleen over het onderzoek: intussen waren we goede vrienden geworden, die ook bij elkaar over de vloer kwamen. In een van die gesprekken vertelde ze me dat ze kanker had.
Goed te behandelen, maar het was toch even schrikken. In de coronaperiode werden nogal wat behandelingen op de lange baan geschoven; hoe zou dat in haar geval uitpakken? Om haar op te vrolijken (en mezelf af te leiden), maakte ik enkele thematische playlists. Die over de gezondheidzorg stelde zichzelf samen: Fever, Nachtzuster, Ambulance Blues, I Wanna Be Sedated, roept u maar.
Na het delen, hing Nel hikkend van het lachen aan de telefoon; de onvermijdelijke opener Dokter Bernhard van Bonnie St. Claire deed het erg goed. Het nummer blijkt intussen te zijn verwijderd van Spotify, de legendarische cameo van de eerder dit jaar overleden Ron Brandsteder ten spijt. Nel is er gelukkig nog; vijf jaar later staan we aan de vooravond van een nieuw onderzoek en prijs ik me gelukkig haar tot mijn vrienden te mogen rekenen.
Keuze Jeroen Mirck: Kool Moe Dee – Go See the Doctor (1986)
Drip drip dripping and puss puss pussing
De allerbeste tekst over je eigen gezondheid en een broodnodig bezoek aan de huisarts is geschreven door Eli Whitley en Steve Swank. Door wie? Nou, gewoon twee Amerikaanse studenten. Ze verkochten hun creatieve raptekst voor veel te weinig geld aan Def Sound Studio, die het weer aanbood aan de opkomende rapper Kool Moe Dee. And the rest is history.
Go See the Doctor was Kool Moe Dee’s allereerste hit. Het was een gedurfde single, want hij gaat over geslachtsziektes. Een goede keuze, want hij piekte verdienstelijk op plek 89 in de Amerikaanse Billboard-lijst. Verrassend genoeg scoorde hij pas echt goed in België (zevende) en Nederland (derde). Als ontluikende puber herinner ik me nog goed Kool Moe Dee’s optreden in Veronica’s Countdown, te zien in onderstaande video.
Prachtig aan deze hiphop-klassieker is de plastische maar vooral komische omschrijving van een date (We could talk about the birds and the bees in my waterbed), de onvermijdelijke seks (Now I know why her ex-boyfriend Dave calls her Mrs. Microwave), de pijnlijke piemel (Drip drip dripping and puss puss pussing) en het pijnlijke doktersbezoek (Ain’t nobody sticking nothing in my butt). Het is een van de weinige rap-tracks die ik na decennia nog altijd letterlijk kan meezingen.
Een echt classic met bovendien een klassieke sample: Funky Drummer van James Brown. Volgens Dee zelf was hij daarmee de eerste, maar misschien liep hij ook met de waarheid te fucken.
Keuze Remco Smith: Daniel Johnston – True Love Will Find You in the End (1990)
Dat het pijn doet
Liefhebbers van alternatieve muziek in het begin van de jaren ’90 kwamen nog wel eens de naam Daniel Johnston tegen. Kurt Cobain bijvoorbeeld was groot liefhebber en dat liet hij ook weten. Maar ook leden van Sonic Youth en Pearl Jam hadden Johnston omarmd. Zijn muziek was nog niet zo makkelijk te vinden en als je die had gevonden, was het ook niet persé prettige muziek om te beluisteren.
Johnston had een bipolaire stoornis. Een aanzienlijk deel van zijn leven bracht hij in psychiatrische ziekenhuizen door. Over zijn bizarre leven is de documentaire The Devil and Daniel Johnston gemaakt, waarin een extreem eerlijk en puur beeld van deze getormenteerde artiest is geschapen. Het pijnlijke van zijn leven is vastgegrepen. Die pijn is ook in zijn muziek te horen. Deze is rammelend, wat ongecontroleerd maar daarmee wel recht voor zijn raap. Zijn lijden, zijn onbehagen met het leven, zijn goed in de muziek te horen. Muziek, niet voor dagelijkse consumptie. Muziek die bij het beluisteren pijn doet.
Keuze Erik Stam: Spo Dee O Dee – Call The Doctor (1993)
Mooi uitgekleed
Was het een tijdelijke hype of een fenomeen dat gewoon een vliegende start heeft gehad? Ik heb het over akoestische sessies. Groot gemaakt door MTV met de unplugged series, maar in Nederland twee jaar eerder gestart als 2 Meter Sessies, die Jan Douwe Kroeske nu nog steeds maakt voor verschillende omroeporganisaties.
Door de 2 Meter Sessies zijn er flink wat nummers die ik beter ken in de akoestische versie dan in de originele uitvoering. En ik ben denk ik niet de enige. Ik kan mij een optreden van Paul Weller herinneren waar het publiek naar Above The Clouds vroeg. Een nummer dat niet echt een bijzondere plaats in zijn oeuvre inneemt, maar wel op één van de 2 Meter Sessie CD’s stond en op die manier in Nederland een meer dan gemiddelde bekendheid genoot.
Vaak worden tijdens deze 2 Meter Sessies ook covers gespeeld. Een mooi voorbeeld hiervan is Call the Doctor. Een origineel van J.J. Cale, in 1993 vertolkt door de Nederlandse band met Engelse roots Spo Dee O Dee. De dokter in kwestie moet worden geroepen om het liefdesverdriet op te lossen. Niet het meest originele thema, maar door deze twee artiesten wel mooi vertolkt. Hoewel ik groot bewonderaar ben van J.J. Cale vind ik toch de versie van Spo Dee O Dee echt mooier. Het zal er wel mee te maken hebben dat ik deze als eerste kende. Of misschien is dit juist één van de nummers waar de kleinheid van de uitgeklede unplugged versie goed tot zijn recht komt. Hiermee bewijst naar mijn idee de 2 Meter Sessie nog steeds zijn waarde.
Van het nummer zelf is geen youtube filmpje beschikbaar. De hele 2 Meter Sessie staat er wel op. Call The Doctor start op 7:32.
Keuze Naomi Mertens: Ted Leo and the Pharmacists – Heart Problems (2004)
Geen geld, dan ook geen gezondheid(szorg)
Het nummer Heart Problems van de (voor Ondergewaardeerde Liedjes blijkbaar nog onbekende) band Ted Leo and the Pharmacists, is afkomstig van het album Shake the Sheets uit 2004. De band uit Washington DC bestaat sinds frontzanger Ted Leo deze startte, in 1999. Sindsdien hebben de ‘Pharmacists’ regelmatig van samenstelling gewisseld. In 2024 heeft de band nog een regionale tour gewijd aan het twintigjarig bestaan van de plaat.
Omdat we in deze battle aandacht besteden aan Wereldgezondheidsdag, lijkt me dit nummer heel toepasselijk: het gaat over de hartproblemen die een zekere Danny heeft.
You got a problem with your heart
Follow the line down your left arm
If there’s no money in the palm of your left hand
You could be pulled apart
Al snel begrijpen we dat deze problemen ontstaan door een chronisch geldgebrek. Het is een aanklacht tegen het Amerikaanse zorgsysteem: heb je geen geld, dan ga je eerder dood. De zanger maakt zich zorgen om Danny en zou hem graag willen helpen:
Ooh, when you feel the pressure coming down
Well, I might do the same myself
Can’t write a song that’s gonna help your health
Het enige advies dat hij heeft, is het systeem te overleven:
Oh, Danny boy, we’ll beat them
I know we won’t live forever but oh, don’t you want to live them down?
Het nummer eindigt met een lange lijst met medicijnen, van Ampiciline tot Ziprasidone. Allemaal onbetaalbaar, als je geen geld hebt.
Keuze Annemarie Broek: Florence and The Machine – Between Two Lungs (2009)
Luid en duidelijk
De Britse Florence Welch (28-08-1986) was al jong met muziek bezig. Misschien niet helemaal op de goede manier. Op school was ze berucht omdat ze op de raarste momenten in luid gezang uitbarstte en dat was uiteraard onwenselijk. In het schoolkoor was ze ook al niet welkom omdat ze veel te hard meezong. Ze kreeg dan ook het verzoek om haar koorlidmaatschap te beëindigen.
Na een niet al te succesvolle studententijd kwam ze in de muziek terecht. Samen met haar vriendin Isabella Summers begon ze de band Florence and the Machine; de naam ontstond uit een grap tussen Florence en Isabella.
In 2009 kwam hun eerste album uit: Lungs. Met daarop het nummer Between Two Lungs. Dit kwam voort uit een improvisatie: Florence wist niet hoe en wat ze moest opnemen en begon op goed geluk met het slaan van een ritme op de studiomuren. Daar overheen speelde zij een improvisatie op de piano als basis voor een melodielijn, die ze later ontwierp en inzong.
Vanaf toen had ze succes met alles wat ze aanpakte. Op het Ierse Oxegen festival in 2010 trad de band met veel succes op. Daarna was het hek van de dam. Florence and the Machine werd vele malen uitgenodigd voor festivals in binnen- en buitenland. Ook waren er veel gastoptredens zoals bij de Rolling Stones (minstens twee keer). Kortom: een glanzende carrière. Overigens heeft Florence ook veel nummers van haar idolen opgenomen: Not Fade Away (Buddy Holly), You’ve Got The Love (Candi Staton) en Stand By Me (Ben E. King). Daarnaast is ze groot bewonderaar van artiesten als de Stones, Amy Winehouse en Annie Lennox. Ook werkte ze mee aan een project van David Byrne & Fatboy Slim over Imelda Marcos en een opname van de Canadese rapper Drake.
Keuze Leendert Douma: Aafke Romeijn – Godzilla (2021)
Ggz-Godzilla
De zevenenzeventigste Wereldgezondheidsdag is een mooie aanleiding voor een stukje schaamteloze zelfpromotie. Want zoals Marjolein Faber zegt ik bén beleid, zeg ik altijd ik bén de zorg. Al jarenlang schrijf ik als journalist voor allerhande websites, platforms en vakbladen, van zorgbestuurders tot kankerwetenschappers en van huisartsen tot operatieassistenten. En voor psychiaters, psychologen, verpleegkundigen en patiënten in de ggz. Sinds vorig jaar ben ik de trotse hoofdredacteur en uitgever van het platform GGZ Totaal.
Ik schreef er al wat langer voor en in 2021 interviewde ik Aafke Romeijn over haar depressies en haar ervaringen met de ggz. Haar kritiek was niet mals! De directe aanleidingen voor het interview waren haar poëziebundel Leegstand en haar album Godzilla, beide titels een metafoor voor de diepe depressies die ze heeft doorleeft. Zeker die laatste vind ik een prachtig beeld: de Japanse action figure als allesvernietigend monster in je hoofd.
Spaar ons niet Godzilla
Vermorzel ons verkruimel ons
Vernietig wat je aantreft
Trap ons maar kapotSpaar ons niet Godzilla
Maak ons met de grond gelijk
Laat ons opnieuw beginnen
Vooral aan die laatste zin hechtte Aafke Romeijn waarde. Want als de reuzenaap de stad in puin heeft gelegd, moeten de ruïnes weer worden opgebouwd. Daar kan iedereen in de ggz enorm bij helpen. Alleen dat lukt niet altijd goed. Het systeem staat zichzelf in de weg. Met daarover schrijven verdien ik dan weer mijn brood.