65 jaar geleden verscheen Kom Van Dat Dak Af van Peter Koelewijn. De start van de Nederlandstalige rock- en popmuziek. In al die jaren is veel prachtige Nederlandstalige muziek verschenen. De bloggers van Ondergewaardeerde Liedjes kiezen deze zomer de in hun oren mooiste en meest ondergewaardeerde Nederlandstalige liedjes uit die 65 jaar.
Muziek roept herinneringen op. Je loopt door een winkelcentrum, hoort een liedje en denkt aan een vakantie, veertig jaar geleden. Of aan het eerste studentenjaar. Of aan dat meisje waar je 30 jaar geleden om heen hebt lopen draaien. Herinnering is een wonderlijk ding en hoe muziek herinneringen kan aanwakkeren, is pure magie.
Mijn zoektocht naar een typische Nederlandstalige rockband met zangeres bracht mij bij Grof Geschut, de band rond zangeres Leonie van der Klein, die rond 1999 heel even tegen een doorbraak aanhing dankzij Moe en het door mede-blogger Alex van der Meer al beschreven Heel Veel Hebben.
En via Grof Geschut belandde ik opeens in 2001-2002, mijn tijd in Nijmegen. Mijn toenmalige collega P. was net verhuisd naar Nijmegen, zocht gezelschap in de kroeg en zo raakten hij en ik bevriend. Te vaak waren wij nog te laat in de kroeg, verlenging van de studententijd. Op enig moment leerde P. een nieuwe vriendin kennen, A, die aansloot bij de kroegbezoeken. A. en ik werden op die manier vrienden. Als ik tijdens de Vierdaagse om 6 uur ‘s-ochtends de verkeerde kroeg uitrolde, belde ik A. die er op dat moment al bijna tien kilometer op had zitten. A. was een opvallende verschijning: grote bos blond haar, vuurrode lippen. Ik heb in de regel meer een voorkeur voor brunettes gehad en A. was niet het type vrouw waar ik op viel, maar je kon zien wat zij bij mannen teweeg bracht. Zonder overigens dat zij het uitlokte of überhaupt merkte, een flinke dosis naïviteit kon haar niet worden ontzegd.
Zelden ben ik een liever persoon tegengekomen. Zelden ben ik een persoon tegengekomen die leed zo makkelijk aantrok. Een werkgever die haar jaarcontract niet verlengde, omdat hij zo overdonderd was door haar dat hij het lastig vond dat zij op dezelfde werkvloer rondliep als hij. Zij was totaal verbijsterd toen zij haar baan kwijt was: had nooit ook maar een moment gevoeld dat die werkgever er zo in stond. Haar keuze in mannen was ongelooflijk beroerd. Een neus voor foute mannen, ook P., mannen die niet vol voor haar gingen.
De laatste keer dat ik haar sprak was al weer meer dan tien jaar geleden, nota bene op het huwelijk van oud-collega P. Het tekende A.: zelfs de bruid van P. meende dat A. niet kon worden gemist op het huwelijk. Ik was blij om haar te zien, benieuwd hoe het met haar ging. Ze was vrijgezel en al een tijdje, vertelde ze. De knipperlichtrelatie die zij had gehad toen ik naar Rotterdam was verhuisd, was nog te lang blijven knipperen maar dat was voorbij. De zus, met wie zij heel close was, was opeens net een paar jaar eerder overleden. Zoals gezegd, ze had leed aan zich hangen.
In 2001 en 2002 woonden zij en ik in Nijmegen, Dukenburg, vier straten van elkaar af. Met regelmaat kwam ik even bij haar langs, een kop koffie of een biertje drinken. Via haar heb ik Grof Geschut leren kennen. Vooral Moe, over die kutkerel die haar in de steek had gelaten en zonder wie het leven eigenlijk ook prima verloopt, is blijven hangen.
Zo bracht muziek mij zomaar ruim 20 jaar terug in mijn herinnering. De herinnering aan een ontzettend hartelijke vrouw van wie ik hoop dat zij het geluk heeft gevonden, dat zij verdient.