Ik ben te jong om Doe Maar bewust meegemaakt te hebben. Ergens in mijn hoofd heb ik een flard van de clip van Pa, of in ieder geval het nummer zelf, als (vermoedelijk) een van de eerste muziekfragmenten die ik ooit ergens in de krochten van mijn hoofd heb opgeslagen. Geen idee of dat feit of fictie is, want herinneringen doen rare dingen met je. Wat ik wel vrij zeker weet is dat ik rond 1990 de eerste LP’s op cassettebandjes gezet had en toen Doe Maar echt heb leren kennen via 4Us, Skunk en Doris Day.
Te jong voor de jaren ’80 hype, maar meer dan oud genoeg om begin 2000 heel blij te zijn met het weer bij elkaar komen van de band en het weer gaan optreden. In Ahoy ben ik echter niet geweest, want toen de reünie werd aangekondigd, kwamen er ook try-outs waarvan ik in de gelukkige omstandigheid was om via BNN twee kaartjes te winnen (tegen betaling, dus het was eigenlijk meer iets van inloten) in Tivoli Oudegracht waar ik mijn moeder mee naartoe nam. Uiteindelijk heb ik daar voor mijn gevoel met open mond staan kijken naar mannen die destijds dik ouder waren destijds dan ik nu zelf ben. Mannen van mijn vaders generatie, maar die toch een mate van coolheid uitstraalden die onnavolgbaar was. Henny Vrienten had geen zweetbandjes en afgescheurde shirts, maar een pak of in ieder geval colbert aan en nog altijd een uitstraling die het water in de Oudegracht kon splijten. Ernst Jansz, de man die niet ouder lijkt te worden, de onbederfelijke, iets meer naar achteren op het podium maar met een aura dat vele harten van middelbare leeftijd weer een bakvis impuls zou geven.
In de drukte en verplichting van de grote nummers was daar ook plaats voor de kleinere liedjes. Tijd genoeg is daar eentje van en eigenlijk ook wel mijn favoriete nummer van de hand van Jansz. Zo’n nummer dat gespeeld wordt en dat iedereen even stil is en in dit geval stil staat bij de tekst en daarbij denkt aan iemand voor wie, als die dat wil, elk ogenblik kan zijn.
Juist omdat ik te jong ben voor de gekte van begin jaren ’80, durf ik toch te zeggen (ongetwijfeld met enige subjectiviteit) dat Doe Maar een van de beste Nederlandse bands ooit is. En dat Lennon en McCartney hadden met Vrienten en Jansz een mooie polderopvolging gevonden. Afgelopen jaar overleed Vrienten helaas. Nadat hij met Doe Maar mij een groot deel van mijn muzikale opvoeding gegeven heeft, vind ik het prachtig dat zijn muziek voor Klokhuis en Sesamstraat de afgelopen jaren veel vreugde en opvoeding gebracht hebben voor nieuwe generaties, ook bij mij thuis. En zo sijpelt in een nummer dat door Jansz geschreven is een klein eerbetoon door voor de overleden Vrienten voor wie dit jaar helaas de tijd op was. Is Dit Alles, De Bom, Sinds Een Dag Of Twee, allemaal nummers die tot de canon van de Nederlandse popmuziek zouden moeten horen en Tijd Genoeg moet daar als ondergewaardeerd liedje bij. Vorig jaar stond het helaas op een schamele 1200 zoveelste plek en hopelijk lift het dit jaar mee naar boven.
Foto: Fotopersbureau De Boer (wikipedia)