Wegvluchten in een serie, ik zal niet de enige blogger bij Ondergewaardeerde Liedjes zijn die zich daar met enige regelmaat schuldig aan maakt. Mijn vrouw en ik kijken heel wat af, sinds we zes jaar geleden tijdens een weekje vakantie in het huis van vrienden tegen Netflix en Stranger Things aanliepen. Een ultieme luxe: even helemaal de wereld om je heen vergeten, net doen alsof er niets aan de hand is en opgaan in mysterieuze verhalen als Dunkel/Dark of Midnight Mass. Naar het journaal kijken we hooguit sporadisch en dat knaagt af en toe; die strijd aan de andere kant van Europa waarover we in maart nog battle-den, gaat niet zomaar weg. Terwijl ik in het voorjaar bevangen werd door het onbehagen van een nieuwe Koude Oorlog, vrezen inwoners van Oekraïne bijna dagelijks voor hun leven.
Voordat Netflix (& HBO, & Disney) hun intrede in ons leven deden, kochten we geregeld complete seizoenen. Eén serie waar mijn vrouw me in het begin van onze relatie mee verraste, staat nog altijd op eenzame hoogte: Carnivale, over een rondreizend circus in het door armoede geteisterde Amerika van de jaren ’30 met een bovennatuurlijk tintje. De enige andere serie die ik net zo hoog heb zitten, zag ik tijdens mijn studentenjaren: Dennis Potter’s The Singing Detective, over een schrijver die in het ziekenhuis ligt met een akelige huid- en gewrichtsziekte en door de pijn permanent op het randje van waken en dromen verkeert. Daarbij wordt hij geplaagd door traumatische jeugdherinneringen aan zijn overspelige moeder en waant hij zich in zijn koortsdromen de detective uit zijn eigen romans.
Een studiegenoot had de serie in de jaren ’80 opgenomen van de BBC. Samen keken we gebiologeerd naar de zes afleveringen, waarna we naar de soundtrack luisterden met muziek uit de jaren ’40 en we tot diep in de nacht bier dronken en na kletsten over wat we nou eigenlijk gezien hadden: een ziekenhuissoap, een familiekroniek of een misdaadthriller? De herinneringen van de schrijver spelen zich af tijdens de Tweede Wereldoorlog, de vocale jazz uit die jaren vervult een cruciale rol in diens hallucinaties: verschillende karakters – waaronder hij zelf als detective – doen alsof zijn die nummers zelf vertolken. De scenes waarin Dry Bones en Do I Worry figureren staan me helder voor de geest, de grote favoriet die ik geregeld ten beste geef onder de douche is Cole Porter’s Don’t Fence Me in.
Een ode aan de vrijheid van de rondtrekkende cowboy: in de serie is het een duet tussen Bing Crosby en de Andrews Sisters, maar ze namen het ook afzonderlijk van elkaar op. Bing’s versie laat ik even voor wat hij is; het zijn de Andrew Sisters waar mijn hart sneller van gaat kloppen. Net als dat van vele soldaten die meevochten in de Tweede Wereldoorlog en voor wie de zusjes met regelmaat optraden. Naar verluid waren ze zo populair, dat er zelfs bootlegs circuleerden onder Duitse soldaten. Het deed me afvragen wie er vandaag de dag eigenlijk de Oekraïners moed inzingt aan het front?
Terwijl één voor één hun steden aan puin geschoten worden, besef ik maar al te goed hoe zeer we in Nederland vrijheid voor lief nemen. En hoe absurd gemakkelijk het is om je af te sluiten van het nieuws, waarmee vrijheid tot iets banaals verwordt: de luxe wordt om je aan de dagelijkse realiteit (oorlog, klimaatrampen, armoede) van de ander te onttrekken. In het volle bewustzijn dat ik me hier schuldig aan maak, hoop ik met heel mijn hart dat er aan die oorlog snel een einde komt. Opdat onschuldige burgers hun vrijheid terugkrijgen en onbezorgd de toekomst ‘tegemoet kunnen rijden’.