Als geen andere band uit de jaren ‘80 wist The Replacements een rockgeluid neer te zetten dat nooit gedateerd zou gaan klinken. De albums van de band waren zonder uitzondering meesterlijk, het song-materiaal buitengewoon. De muziek had wortels in punk, blues, en zelfs ook country. Mede vanwege de kwaliteit, maar ook vanwege de invloed op latere acts, zou de statuur van de band wel wat groter mogen zijn. Zelfs bij de snobs. In de afgelopen editie van de Snob 2000 stond de band slechts één keer genoteerd. Het nummer Unsatisfied stond op #1040. Zo’n enkele notering zou je op z’n minst onbevredigend kunnen noemen.
Liefdevol werden ze – en worden nog steeds – door de fans The ‘Mats genoemd. Als je de bandnaam weet te verbasteren dan kun je er namelijk The Placemats van maken. Je kunt lovend zijn over de muziek van deze alternatieve rock band, maar het mag best een wonder genoemd worden dat het muzikaal heeft weten te brengen wat het bracht. De individuele bandleden waren achteraf gezien domweg niet heel goed in staat om te functioneren als een normale band. De mannen van The Replacements hadden met name ook het talent om dingen kapot te maken: een eventuele doorbraak, eigendommen, maar vooral ook zichzelf.
Alcohol en drugs, het is eigenlijk altijd weer hetzelfde liedje. Gitarist Bob Stinson, bassist – en broertje van Bob – Tommy Stinson, drummer Chris Mars, en zanger/gitarist Paul Westerberg stonden vaak onder invloed op het podium en onderling werd geweld niet geschuwd. Het was een levensbedreigend spel. Bob Stinson werd uit de band gezet in 1986. Tragisch gezien was hij in 1995 uiteindelijk een dodelijk slachtoffer van zijn giftige consumptie.
De heren van The Replacements waren geen gemakkelijke jongens. Het hart wist echter nog wel te kloppen voor goede muziek. In 1987 vertrok de band naar Memphis om het vijfde album op te nemen. Het was duidelijk dat The ‘Mats fan waren van Big Star. Pleased To Meet Me werd opgenomen in een studio waar Big Star ook had opgenomen, en ook nog met een producer die met die band had gewerkt.
Fijn detail is daarbij wel dat Alex Chilton zelf, uiteraard van Big Star faam, ook te horen is op het album. In het nummer Can’t Hardly Wait speelt hij op gitaar. Kers op de taart is echter een song geheel gewijd aan de legende zelf, met de rechtdoorzee titel Alex Chilton. Het is direct één van de meest populaire nummers van het album. De bewondering is puur, het nummer Alex Chilton is een oprechte lofzang, en niet alleen tekstueel. Muzikaal gezien is het een schitterende powerpop parel, hard maar zeer aantrekkelijk.
And children by the million sing for Alex Chilton
When he comes ’round
They sing, I’m in love
What’s that song?
Yeah, I’m in love
With that song
Het is de liefde voor mooie nummers die er wellicht voor heeft gezorgd dat de band goed genoeg bij de pinken was om zelf zoveel moois te maken; ondanks de persoonlijke vernietigingsdrang was er genoeg basis voor creativiteit. Voor een tijd dan toch. Na het zevende album, All Shook Down uit 1990, wat al een veredeld solo-album was van Paul Westerberg, was het licht uit. Tussen 2012 en 2015 probeerde de band het nog even, maar was het creatief gezien niet op te brengen een nieuwe start op te luisteren met bijvoorbeeld een nieuw album. Wellicht was de band zoals het was in de jaren ‘80, met alle aanwezige destructie en ongemakken, uiteindelijk toch gewoonweg muzikaal onvervangbaar.