In de Snob 2000 op#317

So What is natuurlijk een prachtig nummer maar het kan niet volledig los worden gezien van het album waar het de openingstrack van is. Kind Of Blue uit 1959 is één van de hoogst gewaardeerde albums ooit. Maar goed, dan heb je altijd nog een mega-perfectionist die er net ietsjes anders tegenaan kijkt: Miles Davis zelf zou namelijk ooit hebben beweerd dat hij toch niet al zijn doelen had bereikt met Kind Of Blue. Maar daar merk je als luisteraar verdomd weinig van. Het is namelijk een cultureel hoogtepunt als geen ander. Album en nummer weten het genre te overstijgen. Je hoort wel jazz, maar je voelt een creatie.

Davis was uiteraard altijd erg op zoek naar nieuwe manieren van muziek maken. Zo was hij eind jaren ‘50 al erg geïnteresseerd in muziek die niet op akkoorden was gebaseerd. Tradities gingen dan ook overboord bij Kind Of Blue. De begaanbare paden werden bij Kind Of Blue genegeerd als het uitzicht elders van het padje af veel mooier was. De nummers kregen uiteindelijk de structuur die ze nodig hadden. Elke track kreeg een andere behandeling, een frisse reis naar het onbekende. Daarbij had Davis de composities van het album van tevoren niet volledig uitgeschreven, en was er tijdens de opnamen ruimte voor improvisatie. Dit maakt het album bij uitstek fris en nog steeds uniek in idioom en gevoel. Ook nog na zestig jaar.

Zoals Kind Of Blue zijn eigen verhaal is, zo is So What de introductie van dat verhaal dat op zichzelf al meer dan indrukwekkend is. Vooral de kracht van het indrukwekkende collectief is hier het benoemen waard. Het nummer begint met Bill Evans, zijn delicate aanslagen op de toetsen is het startpunt van een vloeiend contrasten-mengsel. Drummer Jimmy Cobb en bassist Paul Chambers leggen vervolgens een swingende basis neer waar John Coltrane en Julian ‘Cannonball’ Adderley, de saxofonisten van dienst, dankbaar gebruik van weten te maken. Ze pakken, samen met Miles Davis zelf, de aangeboden ruimte en weten deze volledig te benutten. Het nummer vliegt voorbij, ook al is het meer dan 9 minuten lang.

Het ongelooflijke is dat er nimmer onrust ontstaat, ondanks de improvisatie en de vernieuwingsdrang. Het nummer is derhalve voor de luisteraar opwindend en sereen tegelijkertijd. Heel bijzonder natuurlijk. Uiteindelijk kun je hierdoor optimaal deelgenoot worden van het stuk, en ben je in staat vanaf de eerste toetsaanslag dit onweerstaanbare avontuur in volledigheid mee te beleven.

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.