De Peppers zijn een vreemd fenomeen. Begonnen als underground funkrock-bandje in de jaren tachtig, hadden ze er eigenlijk behoorlijk wat meters opzitten voor hun grote doorbraak met Under The Bridge in 1991. Sterker nog: rond die tijd brachten ze nog een greatest hits-album uit met de naam What Hits!?

Het succes van Blood Sugar Sex Magic maakte de band een van de vertegenwoordigers van de crossover-beweging in de jaren negentig. Toen verliet John Frusciante de band en de boel zakte even in. Frusciante kickte af, kreeg zijn leven weer op orde, sloot weer aan en toen volgden de gloriedagen van de mannen (op commercieel gebied althans): in de zeroes brachten ze een paar albums uit die zo hitgevoelig waren dat ze zelfs regelmatig op 538 te horen waren.

Soms hebben de Peppers inderdaad weinig om het lijf, maar misschien hebben ze niet altijd de waardering van de snobs gekregen die ze verdienen. Daar gaan we maar eens even verandering in brengen.

Keuze Willem Kamps: If You Have to Ask (1991)

Vuige funk

Blood Sugar Sex Magik. Mijn eerste cd van de Chili Peppers. Natuurlijk kende ik de band al, maar nooit uitgebreid naar geluisterd zodat ik er dus weinig over kon zeggen. De waardering was er nog niet, maar nadat Give it Away en vervolgens Under The Bridge waren ingedaald toog ik naar Plato in de Haagse Schoolstraat en schafte BSSM aan. In die tijd zat ik zelf in een nogal turbulente fase en ook Nirvana’s Nevermind – dat op dezelfde datum is uitgebracht als BSSM – Pearl Jam’s Ten en  Gish van The Smashing Pumkins kwamen goed van pas. Heerlijk heftige heavy muziek, hét middel om je hoofd te verzetten.

De Peppers zijn in ’91 nog vier uitbundige stuiterballen, maar with attitude. Schijt aan alles en iedereen. In hun teksten vele seksuele toespelingen. Idem over drugs en de dood. De jongens gaan op de foto met alleen een sok om de edele delen en Flea betreedt het podium slechts gekleed in een basgitaar. Dat ze na het redelijk succesvolle Mothers Milk met BSSM een wereld-act worden gaat hun voorstellingsvermogen te boven en leidt uiteindelijk tot gedonder en geruzie en het vertrek van gitarist John Frusciante die het bestaan van rockgod niet kan handelen. Overigens is het succes van BSSM geheel terecht, want wat is dat een goeie plaat. Wat mij betreft hun beste. Hier kleuren ze nog flink buiten de lijntjes.

BSSM opent met The Power of Equality, een krachtig funknummer en gaat direct over in het groezelige If You Have To Ask, wat anderhalf jaar later wordt uitgebracht als de vijfde en laatste single van het album. Ja, dan is de aandacht en waardering vanzelf minder, maar het is exemplarisch voor hun gekte, zelfverzekerdheid en intensiteit van dat moment, van die periode, al geldt dat eigenlijk voor heel BSSM. Zeventien nummers die letterlijk naadloos op elkaar aansluiten, zelfs van een rust van enkele seconden tussen de nummers is geen sprake, dus bijna vijf kwartier aaneen; vuige funk, rock, drugs en promiscuïteit. Daar ga je niet voor zitten. Daar kún je niet bij blijven zitten. Je stuitert als vanzelf de kamer rond, daar hoef je écht niet om te vragen

Keuze Marco Groen: If You Have To Ask (1991)

Als je ernaar moet vragen, dan zal je het nooit begrijpen

Van een bende drugsverslaafde mafketels, die naakt optreden met slechts een sok om hun tampeloeres, tot een van de grootste bands op deze aardkloot (om maar in dezelfde terminologie te blijven). Het overkwam de Red Hot Chili Peppers. Niet dat ze voor de grote doorbraak zo enorm slecht bezig waren; The Uplift Mofo Party Plan en vooral Freaky Styley zijn zeer zeker geen muzikale missers, alleen wat onbekend en onbemind bij het grote publiek.

Een lichte aardverschuiving was echter te voelen bij het uitkomen van het album Mother’s Milk. De band was – uit noodzaak – van samenstelling veranderd en de harde funk die de band eerder ten gehore bracht werd iets losser benaderd. Er kwam ruimte om rock-, pop- en zelfs metal-invloeden toe te laten. Ook een prachtige, eigenzinnige cover van Stevie Wonder (Higher Ground) zorgde waarschijnlijk voor een wat groter bereik.

Maar de wereld werd pas écht wakker geschud bij het uitkomen van Blood Sugar Sex Magik. Het magnum opus van de vier prettig gestoorde muzikanten. BSSM sloeg een weg in die nog maar zelden ingeslagen was: funk in een fijn evenwicht met rock, soms met een vleugje rap. Een uitzonderlijk voorbeeld van een album dat in zijn geheel een hoog niveau haalt. Toch werd ook op BSSM soms teruggegrepen op de roots. Een voorbeeld daarvan is If You Have To Ask; een minimalistisch nummer met een strakke basslijn van Flea, gecompleteerd door een funky riff van John Frusciante. Een soort nulpunt tussen het wat meer populaire geweld van Give It Away, My Lovely Man en het door de radiostations kapot gedraaide Under The Bridge.

Het gerucht gaat dat het refrein If you have to ask, you never know een uitspraak zou zijn geweest van jazz-legende Louis Amstrong, als antwoord op de vraag wat jazz nu eigenlijk is. Wellicht is dit tevens een verwijzing naar de muzikale achtergrond van Flea, die van oorsprong jazz-trompettist is. De ietwat vreemde bassist is later deze frase zelf gaan gebruiken als standaard-antwoord wanneer hij -naar zijn idee- te moeilijke vragen te verwerken kreeg tijdens interviews.

Het nummer sluit af met een heavy metal-achtige solo van eerdergenoemde Frusciante, waarna gejoel en applaus van de rest van de band te horen is. Tijdens het editten heeft men niet de moeite genomen op dit eruit te halen. Ook andere studio-achtergrondgeluiden zijn gewoon te horen op het album.

Keuze Vincent van der Vlies: Soul To Squeeze (1993)

Dubbel geluk

Soms heb je matige films die begeleid worden door dito tranentrekkende nummers waarvan je vindt dat ze nooit geschreven hadden moeten worden. Denk aan My Heart Will Go On en Titanic, Time Of My Life en Dirty Dancing of de hele Grease soundtrack. Maar soms heb je matige films die door prachtige nummers begeleid worden, zoals Soul To Squeeze van RHCP.

Het nummer is in 1991 opgenomen en zou eigenlijk op Blood Sugar Sex Magic zijn verschenen, omdat dit eerst een dubbelalbum zou worden. Maar uiteindelijk haalde dit nummer de eindversie niet. In 1993 is het toch uitgebracht als nummer op de soundtrack van Coneheads en werd het alsnog een redelijk grote hit in landen als de VS, Australië en Canada. In Nederland deed het bij mijn weten niks.

En dat is volledig onterecht wat mij betreft, want er zitten best wel veel lagen in het nummer en de clip. Sowieso past het nummer tekstueel in de stijl van Under The Bridge, want het gaat over drugs en verslavingen; iets waar de heren eind jaren ’80 begin jaren ’90 flinke problemen mee hadden (dat verhaal is wel bekend denk ik hè?). Bovendien was na de opnames in de studio in ’91 John Frusciante een jaar later vertrokken. De clip is dus ook opgenomen met slechts drie van de vier leden. Tegelijkertijd is de sound in mijn beleving een duidelijke opmaat naar het Californication album en nummers als Scar Tissue en Otherside.

Maar goed, terug naar 1993 waarin Soul To Squeeze wel veelvuldig op MTV te zien was en ik het een geweldig nummer vond, ook al werd het geen hit. Tegelijkertijd was het niet op album uitgebracht en ik wilde het wel graag hebben. Op een willekeurige vrijdagmiddag stapte ik toen de Gorinchemse Free Record Shop binnen en toen liep ik tegen een dubbelalbum van RHCP aan, genaamd The Plasma Shaft: een Australische uitgave van Blood Sugar Sex Magic, met een extra album mét Soul To Squeeze. Ik denk niet dat ik de andere nummers meer dan één of twee keer gedraaid heb om eerlijk te zijn. Maar ik had wel dát nummer.

Keuze Tricky Dicky: Stretch (1995)

Naald in een hooiberg

Zoals iedereen heb ik voorkeuren en antipathieën en helemaal qua muzieksmaak. Sommige bands of zanger(es)s(en) kunnen mij gestolen worden. Elke keer wanneer er iets van hen voorbij komt zoek ik een andere zender of skip the track. Ik heb het ook met Red Hot Chili Peppers. Na vele jaren luisteren klinkt het nog steeds eentonig en vaak zelfs zeikerig (zelfs de hits) en kan ik er maar weinig aan vinden. Oké, misschien 2 tracks vind redelijk , laatste 45 seconden van Wet Sand en de gitaarsolo in If You Have To Ask is goed, maar dat is het dan ook wel. Overigens, onlangs kwam John Frusciante in de drugsbattle langs en zijn rauwe manier van musiceren kan mij wel bekoren, dus is het waarschijnlijk de stem van zanger Anthony Kiedis? Of toch de melodieën? Ik heb geen idee.

Ik heb eens geschreven dat ik elke battle met een specifieke band of musicus een uitdaging vind, omdat ik verplicht wordt om (nogmaals) naar tracks te luisteren. Een tweede indruk als het ware. Helaas bleek het deze keer een uitputtingsslag, want ik had het gevoel naar de bekende naald in de hooiberg te zoeken. Eigenlijk was ik zo ver voor de allereerste keer de handdoek in de ring te willen gooien, want hoe kan je over iets schrijven wanneer je er geen bal aan vind?

In een allerlaatste poging ben ik maar gaan googelen en via alternative nation las ik een artikel over 10 ondergewaardeerde liedjes van RHCP met een clipje. Vooruit met de geit, dacht ik. 10 liedjes kan ik nog wel uithouden, want als ik na het eerste melodie nog geen klik heb kan ik de volgende aanzetten. Afijn, 9 liedjes verder was ik ervan overtuigd dat het echt over en sluiten was en toen startte ik nummer 10. Dat leek er eindelijk meer op. In het verhaaltje las ik bovendien dat het lied uitsluitend op het singletje My Friends stond en men niet begreep waarom dit niet op een album geperst was. De naald in de hooiberg, dus.

Keuze Frans Kraaikamp: Trow Away Your Television (2002)

Als het geweld van de Niagara Falls

In 2007 had ik eindelijk het genoegen om op Rock Werchter deze band te zien. Ik kan me het optreden nog goed herinneren. Het overtrof me verwachtingen – en die waren best hoog gespannen! De band scoort punten op alle aspecten die een rockband dient te raken. Geen laffe bende, maar een goede zanger die de show steelt en muzikanten die tot het naadje gaan. Maar eerlijk gezegd was ik vooral onder de indruk van het fenomeen Flea. Wat die man allemaal met 4 snaren kan is onvoorstelbaar. Het was de ultieme PA test die bassist Flea uitvoerde op de mainstage van Werchter, die indruk maakte. Aan het eind van de show draaide hij alles open. Zowel het volume, als zijn E snaar. Ik heb zelden meer zo’n heerlijke diep klinkende bass-sensatie gehoord.

Een heerlijke RHCP-plaat vind ik nog steeds By The Way, die alweer uit 2002 stamt. Mijn favoriete nummers van die plaat zijn, onder andere Venice Queen en Throw Away Your Television. Mijn bijdrage gaat over het laatst genoemde liedje. Het lied heeft iets van een kletterende waterval. En nee; zeker geen rustgevend gekletter, maar meer het geweld van de Canadese Niagara Falls. Throw Away Your Television heeft drive, zoals het een goed RHCP nummer betaamt. Een pakkend bass-loopje, stuiterende drums en funky en soms jankende gitaren en een dijk van een opbouw.
Voordat Bassist Flea het nummer live inzet doet hij meestal nog even wat funky vinger oefeningen. Even opwarmen die vingers, of is het een bass-solo voor het publiek? Hij lijkt zelf toch wel het meest te genieten. Je weet het nooit bij deze man die zich volledig authentiek – als een Gorilla – over het podium beweegt. Alsof hij één van de weinige mensen is die terug verlangt naar het lopen op handen en voeten. En dan wel zonder ook maar een noot niet te raken natuurlijk.

Ik zou willen dat: Flea, Anthony, Chat en John weer ruim 25 jaar jonger waren en nog eens 5 geniale albums uit zouden brengen. Maar sommige dingen gaan voorbij, helaas!

Keuze Remco Smith: Don’t Forget Me (2002)

Zichzelf opnieuw uitvinden

Red Hot Chili Peppers ondergewaardeerd? Nee toch!? Eerder overgewaardeerd. Geen foutloos klassiek album. Califonication niet. Ook Blood Sugar Sex Magik niet. Teveel fillers. Kiedis is best een matig zanger. Tuurlijk waren de Peppers groot eind jaren ’80 begin jaren ’90 en was Give It Away het feestnummer van mijn studententijd. Maar niet alles wat de Peppers aanraakten veranderde in goud. En die live-reputatie hebben ze verdiend aan de tijd van Mothers Milk en daarvoor. Hoe lang kun je nog met ontbloot bovenlijf springen alsof de jaren niet tellen? Kan dat nog tot je vijftigste en daarna? Is dat dan niet sleets aan het worden.

Daarom beviel het album By The Way mij eigenlijk wel. Dat was een zoektocht naar een meer volwassen geluid. Minder gericht op de energie. Het tempo naar beneden en dan zoeken naar gewoon goede liedjes. Van die plaat beviel Don’t Forget Me nogal. Dromerig. Met virtuoos gitaarspel van Frusciante. De Peppers die zichzelf opnieuw hadden uitgevonden, leek het.

Het leek het begin van een nieuw volwassen geluid. Maar dat drukten de Peppers weer hardhandig de kop in met draak Stadium Arcadium. En daarna is het nooit meer goed gekomen.

Keuze Freek Janssen: Desecration Smile (2006)

Ze zijn op hun best als ze sentimenteel zijn

Eigenlijk zijn de Peppers op hun allerbest als ze sentimentele shit spelen. En dan het liefst in de combinatie dat Anthony Kiedis zingt en dat John Frusciante een belangrijke achtergrondzangrol vervult.

Die melodieuze, meeslepende, sentimentele shit; ik ben daar enorm voor te porren. Denk aan Breaking The Girl (van Blood Sugar Sex Magik), Dosed (van By The Way), maar vooral Desecration Smile van Stadium Arcadium is een hoogtepunt in hun carrière, wat mij betreft.

Tot mijn grote spijt is deze prachtballad in 2018 terecht gekomen in de keuzelijst van de Top 2000, waardoor hij dus niet meer in de Snob kon worden gekozen. De eindlijst van de Top 2000 heeft Desecration Smile echter niet gehaald.

Keuze Bob Jongeneel: Hard To Concentrate (2006)

And finally you have found someone perfect

Van het album Stadium Arcadium. Een typisch nummer van dit album: afwisselend, natuurlijk. Maar zoals hiervoor vrij zelden zijn de Peppers op dit album zeer gevoelig. Met uiteraard een scherp randje, en diepe teksten om over na te denken. En altijd die fijne gitaar-riffs. En in dit nummer loopt de baslijn het hele nummer onverstoorbaar door. Ik zou er bijna een bass voor aanschaffen om dit te leren. Zelfs tijdens de gitaarsolo blijf je luisteren naar deze lijn.

Tot het moment dat Kiedis erachter komt dat de vrouw van de dromen van de hoofdpersoon zich bij hem echt gaat vinden. De liefdesband die beschreven wordt is puur en echt. De break snijdt door je ziel, de stem blijft kalm en gevoelig. Kiedis schreef het nummer voor de bruiloft van Flea. Iets waar ik misschien liever niet achter was gekomen. De tekst is zo sterk, en heeft sinds 2006 elke keer weer andere betekenissen gehad. Geef er lekker je eigen betekenis aan. Die bruiloft van Flea was ik in ieder geval niet voor uitgenodigd, dus daar zal ik de emotie niet uit gaan halen.

En daarna komt dat lijntje terug. Genieten.

And finally you have found, yourself.

Keuze Marcel Klein: The Longest Wave (2016)

Over Papillion en Helena

Met de Red Hot Chili Peppers heb ik altijd een haat-liefde verhouding gehad. Zelf was ik nooit zo van de puberale teksten en de manier waarop ze in de beginjaren speelden. Toch maakten ze altijd catchy nummers die bleven hangen als een oorwurm. Op een gegeven moment werden ook de heren wat ouder en werd ook langzamer de muziek wat anders.

Anders? Ja minder springerig, maar ook minder funky. En waar veel mensen afhaakten, haakte ik aan. Het werd 2016 en het album The Getaway kwam uit. Ja, het is allemaal wat bedaard, wat rustiger en meer relaxed. Maar waar ze in het verleden al wel catchy nummers schreven, kwam er hier ook wat meer diepgang in de teksten en werd het geheel (in mijn optiek) ook een stuk beter. Nog steeds funky, maar de relaxte vorm.

The Longest Wave is zo’n typisch voorbeeld. De muziek start rustig, maar wel echt RHCP en als de stem van Kiedis komt dan voel je dat dit al een bijzonder nummer gaat worden. Dat blijkt ook bij het refrein en hoe het nummer steeds meer uptempo verder gaat.

Delen van het album gaan over de ex-vriendin van Kiedis. Na een relatie van ruim 2 jaar is het opeens over. Ook de melancholie van de tekst van dit nummer lijkt hierover te gaan. Maar er lijkt ook een diepere laag in te zitten. Er zit een verwijzing in naar Papillion. In het autobiografische boek Papillion schrijft de Fransman Henri Charrière over zichzelf als hij vastzit op een eiland. Bij het bestuderen van de golven ontdekt dat hij dat elke zevende golf lang genoeg duurt om hem uit de baai van het eiland te doen ontsnappen. En dat gebeurde dus ook. In de verwijzing naar de piraat en Papillion zingt Kiedis op de 7de en 14de regel The Wave is here. Wilde hij ontsnappen uit de relatie? Helemaal helder wordt het niet, maar het is een mooi verhaal.

Verhaal of niet.  Het nummer is wat mij betreft het beste nummer van het album.  Het hoort tot het beste werk van de band!

[polldaddy poll=10229533]

 

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.