Ooit heb ik overwogen Keltische talen te gaan studeren. Het was niet heel serieus (ik vond nog twintig andere studies interessant), maar ik was na een vakantie in Wales gefascineerd geraakt door die tongverstuikende taal. Ik ging kijken op de open dag in Utrecht waar ik, tot stomme verbazing van de hoogleraar die doorgaans zo’n twee à drie geïnteresseerden aantrof, met dertig anderen voorlichting kreeg. Of we Keltische talen kenden? Een paar aankomende studenten noemden Iers en Schots, daarna hield het op. Ik lepelde de andere vier op: Welsh, Bretons, Manx en Cornish.

Ik was bekend met The Welsh Wave, een groep nieuwe rockbands uit Wales die opkwam nadat de Britten waren uitgekeken op Oasis, Blur en Pulp. Catatonia had enkele liedjes in het Welsh, Melys was een fijne Welshe popgroep en Super Furry Animals nam zelfs een volledig album in het Welsh op en haalde daarmee de Britse albumlijsten. Goed trivia-feitje: in de jaren zestig heeft Mary Hopkin Ronnie Tober’s Morgen (Yfory) in het Welsh gezongen. Met het zingen in de eigen taal gaf je aan trots te zijn op je wortels en stak je je middelvinger op naar de Engelsen, die eeuwenlang hadden geprobeerd de taal uit te roeien.

Een van de warmste pleitbezorgers van de Keltische cultuur is Gwenno. Dat is een bijzondere dame. Ze zat ooit in het meidengroepje Pipettes (radiohitje: Pull Shapes) en toerde (onder andere) met Elton John. Maar ze maakt ook muziek in het Welsh en bracht in 2018 zelfs, als eerste ooit, een volledig album in het Cornish uit, een taal die in de achttiende eeuw is uitgestorven maar tegenwoordig weer zo’n duizend sprekers kent. Dat krijg je als je Cornish in je gezin de voertaal is en je een vader hebt die in die taal dicht. Overigens, Welsh en Cornish zijn, net als het Bretons, aan elkaar verwant.

Die elpee, Le Kov (een plaats van herinnering), is fascinerend. Het is psychedelische rock (niet voor niets spelen enkele leden van de Super Furry Animals mee) en dat de taal volstrekt onverstaanbaar is doet niet ter zake. Soms lijkt Gwenno iets te veel haar best te doen om aan te tonen dat Cornish ook best moderne woorden kent door te zingen over computers of autoverkeer. Prijsnummer is het onvoorstelbaar catchy Eus Keus. Het heeft een oud Cornish rijmpje als refrein:

Eus keus?
Eus po na keus?
Mars eus keus, dro keus
A po nag eus keus – dro’n pyth eus!

Wat zich laat vertalen als:

Is er kaas?
Is er, of is er geen kaas?
Als er kaas is, breng dan kaas,
En als er geen kaas is, breng dan wat goed is

Deze vertaling heb ik van internet geplukt, want met die studie Keltische talen is het niks geworden. Daar zou geen werk in te vinden zijn, zo verzekerden mijn ouders. Daar hadden ze gelijk in, dus ik koos journalistiek. Dat daar ook geen werk in te vinden was, is een ander verhaal.

One comment

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.