Noem eens één slechte soundtrack? Nou, ok – behalve die ene dan – noem er eens twee?

Slechte soundtracks bestaan niet. Je hebt goede soundtracks en soundtracks die niet zo goed gekozen zijn en die je dus vergeet.

Soundtracks doen iets moois met je hersenen; ze koppelen geluid aan beelden, zodat het geluid meer indruk maakt. Het schijnt dat je muziek die je koppelt aan een indrukwekkende gebeurtenis veel beter onthoudt dan muziek die niet aan een herinnering is gekoppeld (vandaar dat we zo blijven vasthouden aan de muziek uit onze jeugd).

Een soundtrack is ook onlosmakelijk verbonden aan een herinnering. Dat dit het verhaal is van een ander (de scriptschrijver, regisseur en acteurs), dat doet er niet toe.

En er zíjn me toch een partij ondergewaardeerde soundtracks, dat wil je niet weten…

Keuze Edgar Kruize: The Monkees – Porpoise Song (Head, 1968)

De tv-serie vond ik als klein Edgartje al niet te pruimen. Maar dat liedje…

The Monkees. Heb er nooit een hoge pet van op gehad. Hun hitjes zijn leuk, vervelen niet. Maar een ceedeetje kopen van de band die eigenlijk geen band was? Neh…

Een paar jaar terug echter, werd ik gewezen op de soundtrack van de film Head en die deed me aan een eventuele cd aanschaf twijfelen. Een allegaartje, inclusief een mal liedje waar Jack Nicholson aan meeschreef, maar ook een album waarop het wonderschone, door Gerry Goffin en Carole King geschreven, psychedelische werkje Porpoise Song staat.

De film kijken heb ik niet aangedurfd. De tv-serie rondom de nepband vond ik als klein Edgartje op Sky Channel al niet te pruimen. Maar dat liedje… Het hypnotiseert me, maakt me een beetje weemoedig en ondanks het feit dat het me verre van opbeurt zet ik het op donkere herfst- en winteravonden graag op repeat.

Toen ik ‘m recent in een andere soundtrackcontext langs hoorde komen (Mad Men seizoen 6) wist ik het zeker. Dit is mijn ondergewaardeerde wapen in de soundtrackbattle!

Keuze Bram Koster: Mozart – Lacrimosa (Requiem) (Amadeus, 1984)

Ik besefte dat ik fout zat

Ik ben dol op filmmuziek. Niet zozeer vanwege de muzikale kwaliteit, alhoewel die vaak dik in orde is. Wat me er écht in aanspreekt, is dat het de snelste manier is om je de emotie van een film te laten herbeleven. The Godfather, The Piano, Le Fabuleux Destin d’Amélie Poulain, het zijn allemaal films die je weer voelt als je de muziek terughoort. Zelfs als je in een parkeergarage staat.

Dat laatste zal ik even uitleggen.

In 1999 heb ik American Beauty gezien in de bioscoop. Ik vond ‘m fantastisch, vooral door die duistere sfeer die er wordt neergezet. De muziek van Thomas Newman past erg fraai bij het verhaal. En keer op keer als ik het nummer Any Other Name hoor, voel ik die beklemmende sfeer terug. Ook die keer dat ik met m’n toenmalige vriendin aankwam in Brugge voor een romantisch weekend. In de parkeergarage werd een ‘up-tempo’ remix van het nummer gedraaid, maar desondanks had ik kippenvel en heb ik in die parkeergarage staan wachten tot het nummer voorbij was.

En dat was dus mijn keuze. Wás ja…

Want tijdens het schrijven van dit stuk besef ik dat ik fout zit. En ga ik mezelf tegenspreken. Maar de beste soundtrack ooit is natuurlijk die van Amadeus. En het beste stuk daarvan is Lacrimosa uit het Requiem.

Amadeus zit in m’n persoonlijke filmtop-5. En iedereen die de film gezien heeft, kent het laatste deel van de film, waarin Mozart zich letterlijk doodwerkt op het schrijven van een requiem – waarvan hij niet doorheeft dat die voor hemzelf is. De film heeft me liefde voor Mozart bijgebracht.

Dat is dus mijn keuze. Ik heb intussen die muziek zo vaak teruggehoord dat het inmiddels voor mij losstaat van de film. En nee, de muziek is niet speciaal geschreven voor de film (sic). Maar het is waarschijnlijk het mooiste muziekstuk ooit. Dus who cares?

Keuze Robert Arnold: Jevetta Steele – Calling You (Bagdad Cafe, 1987)

Dat dus

Ik heb de film nooit gezien en ik had ook nog nooit van Jevetta Steele gehoord. Maar dankzij Jeff Buckley ben ik ooit op dit liedje gestuit, en ik vind het prachtig.

Keuze Martijn Janssen: Sinéad O’Connor – You Made Me The Thief Of Your Heart (In The Name Of The Father, 1994)

Het loopt over van de symboliek, maar bovenal grijpt het je bij de strot en gaat recht naar je ziel

Van een nummer dat hoort bij een film die gaat over een grote misstand in de Engelse rechtspraak naar aanleiding van een IRA bomaanslag kan je niet al te veel vrolijkheid verwachten. Maar dit nummer grijpt je wel heel direct naar de strot.

Op alle mogelijke manieren wordt gerefereerd aan Ierland. Om te beginnen is het geschreven door Bono en Gavin Friday. De tekst zelf verwijst in zijn vorm ook naar het werk van de Ierse dichter W.B. Yeats. Naast moderne beats en bassen heeft de traditionele Ierse fiddle een prominente plek in het nummer. En dan is daar de stem van Sinéad O’Connor (en wat een stem heeft die vrouw!).

Haar Keltische soulstem geeft het nummer die extra emotionele dimensie.

I’ll never wash these clothes
I want to keep the stain
Your blood to me is precious
Nor would I spill it in vain

Verlies, verdriet, rouw en eerbetoon, het komt hier allemaal samen. Gezongen vanuit het oogpunt van Gerry Conlon, die zojuist zijn vader heeft verloren, gestorven in de gevangenis. De gevangenis waar hij terecht is gekomen vanwege Gerry (vader Guiseppe was gevangen genomen als een van de Maguire Seven toen hij naar Engeland was gekomen om zijn zoon bij te staan bij de Guildford Four rechtzaak) en die dus zijn vader’s hart heeft ontnomen. De moeizame relatie tussen vader en zoon, gelijk als de moeizame relatie tussen Groot-Britannië en Ierland.

Het is een nummer dat overloopt van de symboliek. Maar als je het hoort dan overweldigt de emotie en gaat het rechtstreeks naar je ziel.

Your spirit sings
Though your lips never part
Singing only to me
The thief of your heart

Keuze Marèse Peters: Sting – Angel Eyes (Leaving Las Vegas, 1995)

Triest, weemoedig en ellendig. Met hier een daar een sprankje hoop op liefde.

Meestal zijn soundtracks niet veel meer dan een verzameling liedjes die weinig met elkaar te maken hebben, behalve dat ze toevallig in dezelfde film gebruikt worden als muzikaal behang. Soms word je als filmliefhebber en muziekliefhebber tegelijkertijd bediend. Bijvoorbeeld door Quentin Tarantino, die er een handje van heeft om uiterst briljante verzamelingen van liedjes aan te leggen voor zijn films. Nog fijner wordt het als de filmmaker zijn vak echt serieus neemt en speciaal voor zijn film muziek laat opnemen of schrijven.

De twee soundtracks die ik al jaren koester, zijn die van The Fabulous Baker Boys (een film uit 1989 van Steve Kloves, met Michelle Pfeiffer en Jeff en Beau Bridges) en Leaving Las Vegas (uit 1995 van Mike Figgis, met Nicholas Cage en Elizabeth Shue). Muzikaal verantwoordelijk voor de muziek bij The Fabulous Baker Boys was Dave Grusin. Die heb ik al eerder wat veren in zijn kont gestoken, dus daar zal mijn pleidooi hier niet verder over gaan. Maar als je van piano en jazz(rock) houdt, moet je TFBB zeker gaan kijken. En luisteren!

Leaving Las Vegas dus. Vooropgesteld: een ellendige film, in de beste zin van het woord. Hoofdpersoon Ben gaat naar Las Vegas om zich dood te drinken. Hoertje Sera probeert hem te redden van zijn zelfgekozen lot, maar dat laat hij niet toe. De film is donker en emotioneel, afgewisseld met tragikomische momenten. Bens zelfdestructieve kracht hangt als een onvermijdelijk zwaard boven het hele verhaal.

Naast een aantal filmdialogen bestaat de soundtrack van Leaving Las Vegas uit de ongelofelijk goede filmmuziek die regisseur Figgis zelf schreef en uitvoerde (hoeveel talenten kan een mens hebben?), en drie jazz-standards gezongen door Sting. De sfeer van de soundtrack komt naadloos overeen met de sfeer in de film. Triest, weemoedig, ellendig. Met een sprankje hoop op liefde hier en daar. Hoogtepunt: Sting die Angel Eyes zingt. Hou het dan nog maar eens droog.

Keuze Juan Gomez Ocampo: Lyle Lovett – Promises (Dead Man Walking, 1995)

Waarom durf ik het maar niet aan om die film te kijken?

Het komt wel vaker voor. Bij mij in ieder geval.

Ik koop een soundtrack zonder de film gezien te hebben. Vaak bekijk je de film kort nadat je het album hebt  gekocht. Maar in  dit geval heb ik de cd zo vaak afgespeeld dat ik ‘m uit mijn hoofd ken en heb ik de film tot op de dag van vandaag nog nooit gezien.

Het komt er maar niet van. Elke keer als ik naar de prachtige nummers op Dead Man Walking luister denk ik steeds ‘vanavond ga ik de film zien’ en weer gebeurt dat niet. Waarom niet?

Geen idee? Misschien omdat ik het album dan nog maar eens drie keer afspeel. Tot in bed toe. Koptelefoon op en luisteren naar de prachtige stemmen van Springsteen, Cash, Waits, Earle, Vega, Vedder, Smith en anderen.

Misschien wil ik de film gewoon niet zien. Dit album met grote namen en prachtige nummers maken een eigen film in mijn hoofd. Het begint al als Bruce in mijn oor zingt;

There’s a pale horse coming
And I’m gonna ride him
I’ll rise in the mornin’
My fate decided
I’m a dead man walkin’

En zo neemt elk nummer op dit album neemt je mee op reis.  Een muzikale reis met elk zijn eigen filmpje. Het mooiste filmpje? Promises van Lyle Lovett:

Promises given
And promises broken
Words stain my lips
Just like blood on my hands

And words are like poison
That sinks down inside you
And some things you do
You just don’t understand

Keuze Dimitri Lambermont: Michael Kamen & Orbital – Event Horizon (Event Horizon, 1997)

De soundtrack is namelijk zo heerlijk vervelend dat je de film niet eens meer nodig hebt voor een avondje pure paranoia

In 1997 kwam de film Event Horizon van regisseur Paul Anderson uit. Een leuke mix van sci-fi – het speelt zich af in de ruimte en draait om een speciaal ruimteschip dat reist via een zwart gat – en bloederige horror – natuurlijk is het allemaal heel erg vervelend in dat zwarte gat. Infinite Space. Infinite terror. De film maakt de belofte van Terror redelijk waar, maar toch is Event Horizon geen kaskraker geworden. Aan de soundtrack zal het niet hebben gelegen., maar daarover zo meer.

Eerst maar even de inhoud van de film, met dank aan Wikipedia de korte, korte versie: “In het jaar 2047 wordt een groep astronauten erop uit gestuurd om het verloren gewaande schip Event Horizon te gaan onderzoeken. Dit schip verdween 7 jaar eerder onder mysterieuze omstandigheden, maar het is nu weer verschenen in ons zonnestelsel. De Event Horizon is ooit uitgerust met een experimenteel voorstuwingsmechanisme (de zogenaamde gravity drive ofwel “zwaartekracht-motor”) dat snelheden groter dan het licht zou kunnen bereiken. Bij de eerste test van de aandrijving verdween het schip van de radar en was sindsdien spoorloos.”

“Het ruimteschip “Lewis and Clark” bereikt de Event Horizon die zich nu in een baan rond de planeet Neptunus bevindt. Als de astronauten aan boord komen van het verlaten schip wordt duidelijk dat de bemanning op gruwelijke wijze om het leven is gekomen. Langzaam maar zeker wordt de afgrijselijke waarheid onthuld: het experiment zeven jaar geleden is niet mislukt, het is juist gelukt. Beter dan ooit kon worden gehoopt. De Event Horizon heeft een reis gemaakt die zó ver was dat het, het menselijk bevattingsvermogen te boven gaat. En het is teruggekomen met iets kwaadaardigs aan boord.”

Blijkbaar kom je via een zwart gat maar op één plek uit: de hel. Hoewel het reddingsteam op een van de opnames denkt te horen dat iemand zegt “Liberate me ex infernis” (“save me from hell”), blijkt dit bij nadere inspectie “Libera tutemet ex infernis” (“save yourself from hell”). Brrrr. “De astronauten worden één voor één geconfronteerd met hun diepste innerlijke angsten en een aantal komt daarbij op afschuwelijke wijze om het leven. De kwaadaardige entiteit die deze psychosen veroorzaakt lijkt zich achterin het schip te bevinden, waar ook de gravity-drive is.”

De film was geen groot succes in de bioscoop, maar heeft zo door de tijd een aardige status als cult-klassieker gekregen. Natuurlijk hebben we al eerder van de mix van horror en sci-fi mogen genieten in films als Alien, maar toch viel Event Horizon – voor mij – in positieve zin op. Dat komt door de sfeer, de redelijke hoeveelheid gore en natuurlijk de soundtrack.

De hele sfeer van de film is namelijk nogal… claustrofobisch. Men zit vast in een ruimteschip en komt de ergste persoonlijke angsten tegen. En die angsten zijn bloederig. Geen pretje en het was bij Event Horizon dat ik voor het eerst sinds lange tijd weer eens goed kon genieten van een schrikeffect. Je zit de eerste keer echt op het puntje van je stoel. De spanningsboog is strak aangespannen en de soundtrack maakt dit nog eens een tikje erger.

De soundtrack is namelijk zo heerlijk vervelend dat je de film niet eens meer nodig hebt voor een avondje pure paranoia. Gewoon het licht in de kamer zacht zetten en de stereo hard. Michael Kamen en Orbital zorgen voor een perfecte mix van standaard horror-spanningsbogen, kale ijzige beats en spooky geluidseffecten.

En dat alleen al zorgt regelmatig voor een goed schrikeffect. Als er ijle stemmen murmelend door je kamer zweven en er komt opeens een partij blazers in knallen, dan zit je redelijk tegen het plafond geplakt. De kracht van de soundtrack zit in de samenwerking tussen een ‘standaard’ soundtrackgenie als Kamen en de verknipte versie van muziek die Orbital maakt.

Voor Michael Kamen, die al de nodige actiefilms van muziek had voorzien – The Dead Zone, Brazil, Highlander, Lethal Weapon, Action Jackson, Die Hard 1, 2, Robin Hood: Prince of Thieves, Die Hard with a Vengeance – was het haast een eenvoudige vingeroefening. Hij bracht spanning, waar spanning nodig was. Samen met het London Metropolitan Orchestra zorgde hij voor een ondersteunend tapijtje van onheilspellende violen en blazers.

Maar daarmee was de soundtrack nog niet klaar… Blijkbaar had de regisseur het elektronische duo Orbital beloofd dat ZIJ de muziek voor Event Horizon mochten verzorgen. Bij de studio waren the powers that be hier huiverig over en dus lieten ze Kamen komen om zijn trucje te doen. Om toch nog iets goed te maken, mocht Orbital dan maar samenwerken met Kamen. Zo kwamen de werelden van orkestrale filmmuziek en koude elektronica samen. En wat hebben ze samen een lol gehad. De originele score van Kamen is onherkenbaar bewerkt, geknipt, geplakt en vervormd.

Uiteindelijk werd het een tour de force in vier delen (The Forward Decks, The Main Access Corridor, Engineering en The Event Horizon) vol loops, percussie en atmosferische geluiden zoals ijle klaagzangen. Het is geen album om voor je plezier op te zetten. En ook dat wil je zo nu en dan wel eens horen.

Oké, Event Horizon is geen Alien en zal het nooit zijn. Maar de naargeestige sfeer die de soundtrack weet neer te zetten, is zeker meer credits waard.

Keuze Stefan Koopmanschap: Rob Dougan – Clubbed To Death (The Matrix, 1999)

Veel mensen die van filmmuziek houden, lijken beats eng te vinden

Ik zou wel willen schrijven over de hele soundtrack van The Matrix. Of die van Spawn overigens, waar een aantal bijzondere en fantastische samenwerkingen op staan. Maar ik mag maar over 1 liedje schrijven die van een soundtrack komt. En dan kom ik toch bij Clubbed To Death van Rob Dougan uit. Hoewel er zat soundtracks zijn die prachtig zijn, is dit er eentje die me blijft achtervolgen. Die goed blijft. Die bij iedere luisterbeurt weer voor kippenvel zorgt.

En hoewel The Matrix een van de meest gehypte films is, en muziekkenners de soundtrack van de film zeker weten te waarderen, blijkt buiten de wereld van de muzieksnobs deze soundtrack regelmatig vergeten te worden. Het heeft onder andere te maken met het feit dat het geen filmische soundtrack is (hoewel je daar bij Clubbed To Death over kan twijfelen, want de hele track ademt The Matrix). Er zitten beats in. Veel mensen die van filmmuziek houden lijken dat eng te vinden.

De grap is dat film- en televisiemakers de track wel weten te vinden. In 1996 wordt de originele versie van Clubbed To Death gebruikt in de gelijknamige film. In 1999 wordt de Kurayamino remix gebruikt in The Matrix. En een latere remix staat op de soundtrack van het eerste seizoen van Big Brother UK. Ook hoor ik een loopje van de beats af en toe als ‘achtergrondmuziek-bedje’ op de radio. Maar nooit hoor ik de daadwerkelijke track ergens op de radio. En veel mensen lijken de muziek ook gewoon niet te kennen. En dat is zonde. Wat het is een prachtig nummer. Alleen wat ondergewaardeerd…

Keuze Victor Romijn: Air – Highschool Lover (The Virgin Suicides, 1999)

Waarom je als regisseur wel drie keer moet nadenken voordat je een artiest kiest voor de soundtrack

Een van de eerste keren dat ik me er bewust van werd dat muziek voor films ook gewoon gecomponeerd moet worden is toen ik hoorde van het tweede album van Air. Ze hadden de soundtrack van The Virgin Suicides van Sofia Coppola verzorgd. In het enige nummer waarin wordt gezongen (Playground Love) kregen ze hulp van ene Gordon Tracks, die gewoon Thomas Mars van Phoenix bleek te zijn, de man van Sofia.

Ik hoorde het album voordat ik de film zag. Bijzonder, omdat je zo de sfeer van een film al voor je kan zien. En je merkt meteen hoe bepalend een geluid kan zijn voor een film. Als regisseur moet je echt drie keer nadenken voor je een artiest kiest om je film te scoren. Het moet echt passen. Bij The Virgin Suicides past het gelukkig uitstekend.

Toen ik de film later zag gaf de muziek een goede dreigende sfeer, onheilspellend, wat later in de film ook uitkwam. Het paste perfect bij de tijdsgeest waarin de film zich afspeelde, en de melancholiek van het verhaal. Een prachtig voorbeeld van hoe 1 en 1 samen 3 kunnen worden.

Keuze Martijn Vet: Aimee Mann – Wise Up (Magnolia, 1999)

Alle hoofdrolspelers zingen het om de beurt mee. Een bespottelijk idee, dat fantastisch werkt.

Wat kun je een regisseur veel vergeven, zolang hij maar een briljante film maakt.
Doorgaans ben ik niet zo van de lange films. Ik moet toegeven dat ik het liefst heb dat een film het verhaal vertelt, zonder al te veel poespas en overbodige scènes. Ook ben ik een filmkijker van het type ‘dat kan toch nooit’. Sciencefiction, magisch realisme en fantasy zijn aan mij bepaald niet besteed.

Magnolia van Paul Thomas Anderson duurt drie uur. Die zat ik met groot gemak uit, op het puntje van mijn stoel en regelmatig met ingehouden adem. Een bizarre scène aan het einde, waarin een aantal kikkers letterlijk uit de lucht komt vallen, zou mij normaal gesproken hoofdschuddend achterlaten, maar hier valt hij precies op zijn plaats en weet hij me mateloos te ontroeren. Vlak daarvoor komt Wise Up voorbij. Niet een kort fragment op de achtergrond, zodat we snel door kunnen met het verhaal, maar in de volle drieënhalve minuut. Alle hoofdrolspelers zingen het om de beurt mee. Een bespottelijk idee, waar menig regisseur zich flink aan zou vertillen. Het werkt fantastisch.

Wat eigenlijk ook onvergeeflijk is: Magnolia bevat een paar liedjes die helemaal niet voor de film bedoeld waren. Sterker nog, Aimee Mann schreef Wise Up voor de film Jerry Maguire, maar het belandde alleen op de soundtrack-cd. Liever had ik dit niet geweten. Wise Up hoort bij Magnolia. Het past bij de karakters, die door schade en schande wijs zijn geworden en er ieder op hun manier achter komen dat het verleden zijn sporen nalaat.

Keuze Rard Spätjens: Nina Simone – Sinnermann (The Thomas Crowne Affair, 1999)

Beter had de ontknoping niet muzikaal omlijst kunnen worden

Nu eens geen Tarantino of Scorsese, maar McTiernan. Wie? Die van Die Hard.

In The Thomas Crown Affair speelt de evercharming Pierce Brosnan een rijke playboy die voor de lol schilderijen steelt. De muziek in de film is van Bill Conti (Rocky!), maar er is één nummer dat er helemaal uitspringt: Sinnerman van Nina Simone in de ontknoping van de film.

Het opstuwende ritme van het nummer en het ritme van de scène gaan perfect samen. De spanning wordt opgevoerd.
Lets play ball: klik, klik, klik, klik en langzaam komt de piano erin. De kijkers in de scène én de kijker van de film worden op het verkeerde been gezet. Overal schieten bolhoedjes tevoorschijn.

Dan komt de prachtige stem van Simone erin en het ritme versnelt weer, in beeld en geluid. Haar prachtige geluid maakt het heerlijk dramatisch. En we zitten bijna meewippend op de bank.

Als de ontknoping volgt, verandert het ritme. Langzaam horen we nog wat uithalen van miss Simone en dan heeft mister Crown ons allemaal tuk!

Heerlijk om te zien en te horen. Waarschijnlijk geen Oscar-film, maar door deze scène stijgt de film ver boven andere; een perfecte combinatie van muziek en film.

Keuze Freek Janssen: Remedios Silva Pisa – Naci En Alamo (Vengo, 2000)

Laat je door Tony Gatlif meenemen op zigeunerreis, en begin in Alamo

Tony Gatlif is een regisseur die meer waarde hecht aan de soundtrack van zijn film dan aan het daadwerkelijke plot. Zijn meest indrukwekkende film vind ik Latcho Drom (1993) en die bestaat louter uit muziek en dans. Het is een documentaire-achtige film (geen musical!) waarin hij zigeuners uit verschillende delen van de wereld laat zien en horen en zo de verspreiding van zigeuners verbeeldt van India, via het Midden-Oosten, Oost-Europa en Noord-Afrika naar Zuid-Spanje. Bij elke scene hoor je hoe de muziek lokale muzikale invloeden heeft opgepikt.

Vengo uit 2000 is een film waarvan ik het plot eigenlijk alweer ben vergeten. Het schijnt te gaan over twee rivaliserende families. Maar wat vooral blijft hangen na het kijken van Vengo is de flamenco-muziek. Naci En Alamo is zeker het meest toegankelijke wat de film heeft voortgebracht, en misschien ook wel het mooiste liedje.

Al iets minder goed in het gehoor liggend is Arrinconamela. Als je hier nog niet door bent afgeschrikt, zet dan deze op. De zangeres in deze scène, La Caita, zong zeven jaar eerder de slotscène in van Latcho Drom. Misschien had mijn bijdrage wel over dit hartverscheurende nummer moeten gaan, maar ik vermoed dat dit voor ongeoefende flamenco-oren een paar stappen te ver is. Laat je door Tony Gatlif meenemen op je eigen reis, die begint in Alomo.

Keuze Roland Kroes: Arling & Cameron – Le Flic Et La Fille (Imaginary Film, 2000)

B-film

De beste soundtrack voor mij is de soundtrack voor een film die nooit is gemaakt… Ineens was er een nummer op de radio dat leek mee te liften op de Easytune-rage. Ware het niet dat die Easytune-rage niet langer duurde dan de tweede week van december 1995 (Wonderwall, anyone?). En het was inmiddels de 21ste eeuw geworden.

W.E.E.K.E.N.D. borduurde voort op het eerdere werk van de heren Arling & Cameron, die al een novelty hit op hun naam hadden met Aloha, dat overigens wél samenviel met de eerder genoemde rage.

Afijn, het album van W.E.E.K.E.N.D. bleek niets minder dan een conceptalbum. Nee, geen aaneengeregen muzikale compositie à la Dark Side of the Moon, maar een album met soundtrack-nummers bij niet-bestaande B-films. Mijn favoriet? Eigenlijk allemaal. Maar het openingsnummer is mijn absolute favoriet. Een 60’s/ 70’s funky nummer. Dat volgens de titel zou moeten behoren bij een of andere Franse film. De smeris en het meisje.

Als het maar niet Louis de Funès is, hoop ik dan. Ogen dicht en luisteren maar.

Keuze Frans Kraaikamp: Peter Gabriel – The Return Part 2 & 3 (Rabbit-Proof Fence, 2002) 

Een indrukwekkende film over gestolen kinderen met muziek die je meesleept in de tragedie

Hoewel ik een goede film op z’n tijd echt waardeer, heb ik niet dezelfde passie voor film als voor muziek. Toch schoot bij het thema soundtracks meteen een film door mijn hoofd die enorme indruk heeft gemaakt: Rabbit-Proof Fence. Niemand minder dan Peter Gabriel schreef de muziek voor de film. De muziek draagt de film en drukt je steeds dieper in het verhaal. 

Rabbit-Proof Fence (2002) is een aangrijpende – op een waargebeurd verhaal gebaseerde – film over hoe in de jaren-dertig van de twintigste eeuw in Australië werd omgegaan met Aboriginals.  Mister Neville was als ambtenaar verantwoordelijk voor het beschermen van de Aboriginal-bevolking. Aan het ‘beschermen’ heeft hij zijn eigen interpretatie gegeven. Hij is van mening dat Aboriginals een gevaar zijn voor zichzelf. In het bijzonder richt hij zich op kinderen die een blanke en een Aboriginal-ouder hebben. Hij spoort ze op, haalt de kinderen bij hun ouders weg en stopt ze in een heropvoedingskamp waar ze worden klaargestoomd om voor blanken te gaan werken. Hij wil daarmee het Aboriginal-bloed langzaam uitbannen door hen alleen te laten trouwen met blanke Australiërs.

In het fragment zie je hoe de twee zussen Molly en Daisy en nicht Gracie worden afgevoerd naar het heropvoedingskamp. Het kamp is een hel en ze willen terug naar hun familie. Ze slaan succesvol op de vlucht waarbij ze ‘The Tracker’ (man met het paard) te slim af zijn. Uiteindelijk wordt Gracie in de val gelokt door een verzonnen verhaal van een voorbijganger die omgekocht is door Mr. Neville. Zij wordt teruggevoerd naar het kamp. De zussen bereiken na een lange reis langs het ‘konijnen-proef hek’ hun familie.

Het bij de film horende soundtrackalbum: Long Walk Home: Music from the Rabbit-Proof Fence zit vol met emotionele uitbarstingen, melodieuze zang en instrumenten zoals de didgeridoo die de sfeer van Australië vertolken. De spanning is nooit weg. Als ik de soundtrack-cd luister komt dikwijls kippenvel opzetten. Mooi ook om te zien dat een film het werk van een artiest kan beïnvloeden. Zowel de film als de soundtrack zijn een absolute aanrader!

Keuze Eric van den Kieboom: Helen Sjöholm – Gabriella’s Song (As It Is In Heaven, 2004)

Er toevallig langszappen, zwaar onder de indruk zijn en het dan uitgevoerd zien door de lokale toneelvereniging

Je hebt dat wel eens: je ligt in bed een beetje te zappen en blijft hangen bij iets onbekends dat je niet los laat, zodat je op een doordeweekse dag tot (te) laat nog wakker bent. As It Is In Heaven bleek een zeer leuke film te zijn over een topdirigent die het wat rustiger aan moest doen en terugkeerde naar zijn geboortedorp.

De film op zich is voor elke muziekliefhebber goed te doen, maar dan op driekwart van de film geeft de door haar man misbruikte Gabriella een solo in de kerk. Een dag later ga je op YouTube op zoek om het lied nog eens te kunnen horen en komt het in alle talen tegen, door koren gezongen of op talentenshows op TV. Kortom: ik was niet de enige die onder de indruk van het nummer was.

Vorig jaar was ik dan ook met stomheid geslagen toen ik een aanplakbiljet zag waarin werd aangekondigd dat onze plaatselijke toneelvereniging As It Is In Heaven zou gaan spelen in het Openluchtheater. Gedurende de voorstelling beeld je je al in hoe Gabriella’s Song zou klinken, gezongen door gewoon een Oosterhoutse zangeres. Maar ze kwam er mee weg, wat eigenlijk aangaf dat de kracht van het nummer in de song zelf zat en niet zozeer in de uitvoerende.

Keuze Bas van Sambeek: With A Little Help From My Friends (Across The Universe, 2007)

De film waarvan de soundtrack de film draagt, dat is pas een ondergewaardeerde soundtrack

Toen ik de aankondiging van Across the Universe zag, wist ik dat ik ‘m moést zien. Een film waarbij het verhaal opgebouwd is uit Beatles-lyrics! Briljant. Helaas moest ik nog twee jaar wachten voordat ie eindelijk in Nederland te zien was. Je zou bijna denken dat ik ‘m vergeten was, maar niets was minder waar. Ik weet nog dat ik regelmatig IMDB checkte om te zien hoe het er voor stond. Toen ie uiteindelijk in Nederland uit was, kon ie natuurlijk alleen maar tegenvallen. Zeker voor een musical-hater (dat had ik me nog niet beseft: het was een musical). Maar All You Need Is Love en mijn Beatles-liefde won met gemak.

Het script van de film is gebaseerd op songteksten van Beatles-nummers en volgt grofweg de chronologie van Beatle-nummers. De film begint in Engeland in een kelder in Liverpool, maar verplaatst zich snel naar de hippies in de VS en volgt te ontwikkeling van flower power naar protestgeneratie en alle bekende thema’s van de sixties en seventies als rassenhaat, homoseksualiteit, drugsverslaving en oorlog. De muzikale ontwikkeling van de Beatles komt hier grotendeels mee overeen en versterkt het verhaal. De klassiekers komen voorbij en laten je met een nieuwe blik naar de oude teksten kijken.

Voor wie de film gaat kijken (doen!): de acteurs zingen de Beatles-nummers, waardoor de bekende deuntjes een natuurlijk onderdeel van het verhaal worden. Dat is natuurlijk omdat het gebruik van de originele opnames onbetaalbaar is, maar levert in dit geval een prachtige geheel op. Zowel in het verhaal als in de cast komt veel muziekgeschiedenis voorbij, want naast de Beatles wordt aan Jimi Hendrix gerefereerd en Bono en Joe Cocker geven onder meer acte de presence. Een feest der herkenning voor cultuurnerds.

Sinds deze film is I’ve Just Seen A Face een van mijn nieuwe Beatles-favorieten, maar With A Little Help From My Friends is voor de beginners het nummer dat de film het best samenvat:

[polldaddy poll=7694974]

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.